tag:blogger.com,1999:blog-58747797356543306912024-03-28T18:33:25.070+01:00Stop discriminatie! Maar hoe? <b>Onregelmatig periodiek over empirisch onderzoek naar discriminatie en agressie</b><br><br>Onze missie: -- "To boldly go where no man has gone before!" --<br><br>Onderwerpen: discriminatie, meten van fascisme, F-schaal, rechts autoritarisme (RWA), sociale dominantie (SDO), bevooroordeeldheid (prejudice), systeem 1 vs systeem 2 denken (snel denken vs langzaam denken)<br><br>Dr. Mik van Es -- psycholoog, psychometricusUnknownnoreply@blogger.comBlogger432125tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-57967915782113928052024-03-28T17:26:00.005+01:002024-03-28T17:34:54.182+01:00Wederzijds groepsdenken staat vrede in de weg<p> </p><p>In het AD (6 november 2023, p. 17) een ingezonden brief over de oorlog in het Midden-Oosten. De kop boven de brief heb ik gebruikt als titel voor deze blogpost. Ik heb het eerste stuk van de brief weggelaten.<br /></p><p></p><blockquote><p>"In een ideale 21ste eeuw zou Israël een economische en technologische motor kunnen zijn, die welvaart en werk aan de hele regio biedt. Gaza ligt prima, en zou zich best kunnen ontwikkelen tot een mooie Middellandsezee-enclave zoals Monaco.</p><p>Wat zo'n utopie in de weg staat? Het wederzijdse groepsdenken dat 'wij' fundamenteel anders of beter zijn dan 'zij' (racisme), een van generatie op generatie overgedragen obsessie over onrecht dat door de verre voorouders van de buren aan onze verre voorouders is aangedaan en de mythe met een 'onze god is de best', zoals Van Kooten en De Bie sarcastisch zongen.</p><p>Rob Hooft van Huijsduijnen, Genève"</p></blockquote><p> </p><p>In deze blog benoemde ik het eerst als de alfa-bètafactor. Zodra definitief duidelijk was, hoe het gemeten moest worden, werd het: bevooroordeeldheid (prejudice). Hooft van Huijsduijnen noemt het: groepsdenken. Maar het gaat steeds om hetzelfde.</p><p> </p><p>Dat is nog niet alles. De brief bevat ook een prachtige, korte en duidelijke definitie van racisme. Of van groepsdenken. Het is maar, hoe je het wilt noemen.</p><p>Ik zou het zo omschrijven: <br /></p><p></p><blockquote>Het geloof, dat 'wij' fundamenteel beter zijn dan 'zij'.</blockquote><p></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-57853642993744032232024-03-28T17:05:00.006+01:002024-03-28T17:27:24.805+01:00In het stemhok schuilt een monster<p> </p><p>De ingezonden brief staat in de Volkskrant (17/1/2024, p. 29) en is van Bart Kraak uit Amsterdam. De brief staat afgedrukt vlak boven een column van Heleen Mees.</p><p>Die column heeft de veelzeggende titel:</p><p></p><blockquote>"Europa moet nu zijn eigen nucleaire verdediging gaan regelen".</blockquote><p></p><p>Trump heeft even eerder de voorverkiezingen in Iowa overweldigend gewonnen. En daar ondermeer gezegd dat hij het prima zal vinden als Poetin Europa verder binnentrekt. Hij zal hem geen strobreed in de weg leggen.</p><p>Maar goed, dat de brief van Kraak vlak boven die column staat, zal toeval zijn. Die informatie over Iowa en Trump is echter nuttig om de brief helemaal te kunnen plaatsen.</p><p>Hier volgt de volledige brief.</p><p></p><blockquote><p>"<b>Stem</b></p><p>Iowa bewijst het opnieuw: niet de dorpsgek, maar het dorp is gek.</p><p>Trump, Wilders en andere populisten zijn op zich niet het kwaad, zonder het electoraat zijn ze niets en niemand.</p><p>Het is de stem van de kiezer die hen gevaarlijk maakt. In het stemhok schuilt een monster."</p></blockquote><p> </p><p>De auteurs van <i>The Authoritarian Personality</i> (1950) zagen het ook zo.</p><p>Amen.</p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-23257645022367746852024-03-26T15:31:00.011+01:002024-03-27T17:13:53.108+01:00Israël: "Ja, het land is in de war nu. Een hopeloze situatie."<p> </p><p><span style="font-size: xx-small;">Laatst bijgewerkt: 26/3/2024 om 23.44</span><br /></p><p> </p><p>In de Trouw van vandaag (dinsdag, 26 maart 2024) zie ik een foto staan van een oudere dame, die nog steeds met grote ogen, monter de wereld inkijkt. Het blijkt een interview te zijn met dichtster en toneelschrijfster Judith Herzberg. Dat zegt me niets, want ik heb een blinde vlek voor namen van mensen en heb weinig met dichters en toneel.<br /></p><p>De oudere dame blijkt inmiddels 89 te zijn. Dan valt het kwartje. Het is de dochter van Abel Herzberg, de Joodse Nederlander die zo koel en waarnemend wist te schrijven over het innerlijk en uiterlijk van fascisten. Van buiten glimmend gepoetste laarzen en een indrukwekkend uniform, maar van binnen leeg.</p><p>Judith is als kind opgehaald en meegenomen door Jo, voordat Abel met zijn vrouw door de bezetters werden afgevoerd via Barneveld naar Westerbork en vandaar naar het concentratiekamp. Maar misschien zeg ik het nu wat krom, want Westerbork was natuurlijk ook al een soort concentratiekamp.</p><p>Het stuk Rivka van Judith is net voor de tweede keer in Duitsland opgevoerd. Zelf vindt ze het een van haar beste toneelstukken. Ze hoopt dat het ook een keer in Nederland zal worden opgevoerd.</p><p>In de jaren tachtig woonde Judith in Israël. Joop van Tijn van Vrij Nederland wilde, dat ze daar verhalen schreef over het dagelijkse leven.</p><p>Maar wat heeft al dit bovenstaande van doen met het onderwerp van deze blog? Dat komt nu.</p><p>Wat vindt ze van Israël nu? Zou ze er niet opnieuw naar toe moeten om verhalen te schrijven over het dagelijkse leven daar?</p><p>En dan zegt ze: "'Ja, het land is in de war nu. Een hopeloze situatie."</p><p>Ik had het zelf niet beter kunnen verwoorden.</p><p> <br /></p><p>Israël heeft te kampen, waar vrijwel ieder land momenteel mee te kampen heeft: de ruk naar rechts. De steeds verder toenemende verrechtsing.</p><p>Gedacht vanuit het soortenmodel noemde ik dat vroeger de toenemende alfa-bètafactor. In het soortenmodel worden vier verschillende soorten mensen van elkaar onderscheiden. Dat onderscheid wordt gemaakt op basis van hun score op RWA (Right Wing Authoritarianism) en SDO (Social Dominance Orientation).</p><p>Mensen die hoog scoren op beide (RWA+, SDO+) lijden aan het koning/keizer-syndroom. Mensen die laag scoren op beide (RWA-, SDO-) lijden aan het boer/productie-syndroom.</p><p>Maar hoe wordt je koning/keizer? Dat lukt alleen met de hulp van de twee andere soorten. De gewone volgelingen/gelovigen (RWA+, SDO-) en de 'men of action' (RWA-, SDO+). De koning/keizer (of alfa) heeft dus zijn inner circle van andere alfa's, vervolgens zijn generaals en officieren (de men of action) en tenslotte zijn manschappen (de gewone volgelingen/gelovigen).</p><p>Al die mensen moeten eten en willen natuurlijk ook spelen (vermaak) en andere leuke dingen. Wie gaan daar voor zorgen? Wel zij niet, dat is duidelijk. Daar zijn die domme bèta's prima geschikt voor. Die mensen moet blij zijn, dat ze nog leven!</p><p>Macht, discriminatie en agressie is het verdienmodel van de machtige groep (de lethal union). Wat houdt de machtige groep bijelkaar? Wat is de centrale variabele? We weten nu dat dat bevooroordeeldheid is. Vroeger noemde ik dat de alfa-bètafactor.<br /></p><p>Maar al die weelde en luxe, gecombineerd met het 'zalige' van niet echt productiewerk hoeven doen, trekt natuurlijk steeds meer mensen aan. Iedereen wil het graag zo gemakkelijk mogelijk hebben. Met andere woorden: in een rijke landbouwsamenleving (wat alle moderne samenlevingen zijn) neemt de bevooroordeeldheid steeds verder toe.</p><p>Mensen worden steeds meer gericht op zichzelf en hun positie in de machtige groep. Ze willen sociaal scoren, veel macht hebben en snel rijk zijn. En verder vooral genieten en seks hebben, zo lang het kan.</p><p>Het gevolg is dat ze steeds meer via hun emotionele systeem (systeem 1) gaan denken. Hun denken wordt kroegpraat, wordt sociaal babbelen, wordt rechts geleuter. Als je het mooi wilt zeggen: het wordt 'snel denken'. In werkelijkheid is het geen denken, maar babbelen, leuteren.</p><p>Het gevolg is dat ze niet meer via hun rationele systeem (systeem 2, het brein) gaan en kunnen denken. Ze komen steeds meer los te staan van de harde werkelijkheid. Hun denken wordt steeds meer babbelen.</p><p>Ik noem dat verrechtsing. De weg kwijt zijn. Het contact met de werkelijkheid verloren hebben.</p><p>Maar Judith omschrijft het voor Israël treffend en kernachtig: 'Het land is in de war nu'.</p><p>Als je in die toestand bent beland (je bent je rationele denken kwijt, doordat je dat nooit ontwikkeld en gekoesterd hebt), zit je in een behoorlijk hopeloze situatie. Precies zoals Judith het verwoordt.<br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-53628862242238417252024-03-25T00:01:00.003+01:002024-03-27T17:15:46.293+01:00Het raadsel van 'The Authoritarian Personality' -- deel II<p> </p><p><span style="font-size: xx-small;">Laatst bijgewerkt: 27/3/2024 om 17.19 </span><br /></p><p> </p><p>De vorige blogpost (het eerste deel van twee) over het boek <i>The Authoritarian Personality</i> (TAP), dat in 1950 verscheen, eindigde ik zo:<br /></p><p></p><p></p><blockquote><p>"De onderzoekers hebben zich door hun negatieve emoties over de lage
betrouwbaarheid van PEC laten meeslepen, waardoor ze zich niet
realiseerden dat ze via de E- en PEC-schaal tweemaal dezelfde factor
hebben gemeten."</p><p> "Tot zover bevat mijn verhaal niets nieuws,
want het voorgaande heb ik in andere bewoordingen eerder gerapporteerd
op deze blog. Maar nu komen we bij de volgende poging bevestiging te
krijgen voor de validiteit van de E-schaal door deze te correleren met
de beroemde/beruchte F-schaal. Hier verandert mijn eerder gerapporteerde
belangrijk."</p></blockquote><p><br /></p><p>Als de PEC-schaal de E-schaal niet kon
bevestigen, moesten ze dat op een andere manier proberen, dachten de
auteurs van TAP. Het overtuigend aantonen van de kronkel in de kop van
'fascisten' kon immers alleen lukken als een totaal andere maat
hetzelfde opleverde als de E-schaal. Men moest 'fascisme' tweemaal met
succes meten, voordat er een redelijk overtuigend verhaal zou ontstaan.<br /></p><p>Men
zocht de oplossing in de constructie van de F-schaal. Die vragenlijst
was bedoeld de 'fascistische' persoonlijkheid bloot te leggen door te
vragen naar de diepere kenmerken daarvan.<br /></p><p style="text-align: left;"><span style="font-size: small;">Welke kenmerken? Deze (p. 255 e.v., TAP): </span></p><blockquote><p style="text-align: left;"><span style="font-size: small;">1. Conventionalisme (4 items) -- Rigid adherence to conventional, middle-class values.<br /></span></p><p style="text-align: left;"><span style="font-size: small;">2. Authoritarian Submission (7 items) -- Submissive, uncritical attitude toward idealized moral authorities of the ingroup.<br /></span></p><p style="text-align: left;"><span style="font-size: small;">3.
Authoritarian Aggression (8 items) -- Aggression: Tendency to be on the
lookout for, and to condemn, reject, and punish people who violate
conventional values.<br /></span></p><p style="text-align: left;"><span style="font-size: small;">4. Anti-intraception (4 items) -- Opposition to the subjective, the imaginative, the tender—minded.<br /></span></p><p style="text-align: left;"><span style="font-size: small;">5.
Superstition and Stereotypy (6 items) -- The belief in mystical
determinants of the individual's fate; the disposition to think in rigid
categories.<br /></span></p><p style="text-align: left;"><span style="font-size: small;">6.
Power and "Toughness" (7 items) -- Preoccupation with the
dominance-submission, strong-weak, leader-follower dimension;
identification with power figures; overemphasis upon the
conventionalized attributes of the ego; exaggerated assertion of
strength and toughness.<br /></span></p><p style="text-align: left;"><span style="font-size: small;">7. Destructiveness and Cynicism (2 items) -- Generalized hostility, vilification of the human.<br /></span></p><p style="text-align: left;"><span style="font-size: small;">8.
Projectivity (5 items) -- The disposition to believe that wild and
dangerous things go on in the world; the projection outwards of
unconscious emotional impulses.<br /></span></p><p style="text-align: left;"><span style="font-size: small;">9. Sex (3 items) -- Exaggerated concern with sexual "goings-on."</span></p></blockquote><p><span style="font-size: small;"> </span></p><p><span style="font-size: small;">Het
probleem met deze lijst is dat dezelfde items geteld worden bij
meerdere kenmerken. (Items zijn ondergebracht in meerdere subschalen
tegelijk). Wie de hierboven vermelde aantallen optelt, komt uit op 46.
In werkelijkheid telde de F-schaal 30 items.<br /></span></p><span style="font-size: small;">Een volgend probleem is, dat wie de vermelde lijst in TAP (</span><span style="font-size: small;">p. 255 e.v.</span><span style="font-size: small;">) het aantal afzonderlijke items probeert te achterhalen, uitkomt op 29. Maar in werkelijkheid telde de F-schaal 30 items. </span><span style="font-size: small;">Dat soort slordigheden vergroot het vertrouwen van de lezer in de onderzoekers niet.</span><br /><span style="font-size: small;">Ook
9 kenmerken van de fascistische persoonlijkheid denken te zien, maar
vervolgens niet voor ieder kenmerk een aantal aparte items te genereren,
komt ongelukkig over. Wanneer men dan vervolgens ook nog items voor
meedere kenmerken tegelijk gaat gebruiken, wordt de lezer niet
opgewekter.</span><br /><div> <br /><p></p><p style="text-align: left;"></p><p></p><p></p><p></p><p>De
resulterende F-schaal bleek behoorlijk betrouwbaar (0.90 gemiddeld, p.
258). De gemiddelde onderlinge correlatie tussen de items bedroeg
volgens 0.13 (p. 261) op een selecte steekproef. Via de formule voor
testverlenging vindt men dan een betrouwbaarheid van 0.82 voor 30 items
(met gestandaardiseerde varianties). Een waarde die dus goed kan
kloppen, rekening houdend met een afrondingsfout en de nogal
geselecteerde steekproef.<br /></p><p></p><p>Naar we nu weten, had de
schaal echter twee belangrijke problemen. Allereerst werden de
veronderstelde subschalen niet teruggevonden in de data. De gemiddelde
correlatie tussen de items in een subschaal was niet hoger dan de
gemiddelde correlatie tussen de items van verschillende subschalen.<br /></p><p>Ten
tweede kon de vragenlijst eenvoudig gefaket worden door systematisch
het hoge of het lage antwoord te kiezen. Alle items waren zo
geformuleerd, dat iemand die het er mee eens was, voortdurend hoog
scoorde, dus als 'fascist' antwoordde. Dit probleem staat ook bekend als
response-bias.<br /></p><p>Dit laatste probleem gold echter niet voor de 5
PEC-items. Hier kwamen wel 'omgekeerde' items in voor. De hoge
correlatie tussen E en PEC na correctie voor onbetrouwbaarheid had dit
punt dus kunnen weerleggen. </p><p>De auteurs van TAP relativeerden het
eerste probleem. De subschalen waren (bij nader inzien?) slechts bedoeld
als hulpmiddel en waren verder niet echt van belang. (Waarom die
indeling dan eerst wel uitgebreid behandelen?) Het ging erom dat alle
items enigszins dezelfde factor maten. Dat resulteerde in een
betrouwbare lijst en daar ging het om.</p><p>Ze rapporteren een
correlatie van gemiddeld 0.73 tussen de E- en de F-schaal (p. 263). Maar
de E-schaal was niet perfect betrouwbaar en de F-schaal ook niet. Om te
weten in hoeverre beide schalen dus dezelfde factor meten, moet je
corrigeren voor die dubbele onbetrouwbaarheid via de correctie voor
attenuation.</p><p>In mijn eerdere weergaven van de gebeurtenissen dacht
ik dat de auteurs dit niet wisten en dit niet hadden gedaan. In een
voetnoot op pagina 264 van TAP blijkt echter, dat ze dit wel wisten en
wel hebben gedaan: <br /></p><p></p><blockquote>"<b>8</b> The correlation
coefficient which, theoretically, would result if two scales were
perfectly reliable, i.e., if the average obtained r were corrected for
attenuation, is about .9. This indicates a striking correspondence,
though not a complete identity, of what is measured by the two scales."</blockquote><p></p><p>In
een voetnoot? Dit was belangrijke informatie, die de gevonden
correlatie van 0.73 in een totaal ander daglicht zette. Waarom stond dit
niet in de tekst?</p><p></p><p>Voetnoot <b>8</b> refereert aan de volgende passage in de tekst (p. 262-264, terwille van de leesbaarheid heb ik twee witregels tussengeplaatst):</p><p></p><blockquote>"It
is obvious, therefore, that if the reliabilities of the two scales were
increased (which can be done by increasing the number of items within
each) the correlation between E and F would be very high indeed.<b>8</b></blockquote><p></p><blockquote>This is not to say, however, that E and F for all practical purposes measure the same thing.</blockquote><p></p><blockquote>A
correlation of .775 means that about two-thirds of the subjects who
score in the high quartile on the one scale, score in the high quartile
on the other, and that there are practically no reversals, i.e., cases
in which a subject is high on one scale but low on the other. If one
wished to use the F scale alone in order to single out subjects who were
practically certain to be highly ethnocentric, i.e., in the high
quartile on the present E scale, it would be necessary for him to limit
himself to those scoring at the very highest extreme on F, perhaps the
top 10 percent."</blockquote><p></p><p>De auteurs van TAP zien die
correctie voor onbetrouwbaarheid als een soort theoretische exercitie,
die ze liefst snel weer achter zich laten. Ja, als je oneindig veel
items zou gebruiken, dan zou je natuurlijk een nog hogere correlatie
vinden. Maar tja, dat hadden ze niet gedaan!</p><p>Vervolgens komen ze
met een correlatie van .775, die niet gevonden is. Ze redeneren dan dat
als je twee testen hebt, die precies hetzelfde meten, een onderlinge
correlatie van .775 eigenlijk nog te laag is om individueën betrouwbaar
te classificeren. Dat verhaal klopt wel, maar dan heb je het over de
betrouwbaarheid. Niet over dat, wat de test probeert te meten! De
validiteit.<br /></p><p>In dit geval gaat het echter om de validiteit. Een
onbetrouwbare test kan nog steeds een valide maat zijn voor iets, maar
bevat slechts een klein beetje 'iets' en heel veel ruis. De items van de
F-schaal zijn een goed voorbeeld. In de geselecteerde steekproef hadden
ze een betrouwbaarheid van slechts 0.13. Ze bevatten weinig iets en
veel ruis. Maar als je 60 van die items hebt, levert dat een test met
een betrouwbaarheid van 0.90. Deze bevat dus veel iets en weinig ruis.<br /></p><p></p><p></p><p>Met
andere woorden: de auteurs van TAP waren op de hoogte met de correctie
voor onbetrouwbaarheid, ze wisten ook hoe ze die moesten berekenen, maar
ze snapten de functie niet. Een bekend probleem in de wiskunde en
statistiek. Mensen leren sommen maken, leren formules te gebruiken, maar
snappen niet, waartoe dat alles dient.</p><p>Programmas als SPSS maken
dit tegenwoordig allemaal nog erger. Mensen generen vellen vol
diepzinnige en geheimzinnige cijfers, snappen er in feite amper iets van
en baseren daarop vervolgens hele onderzoeksrapporten met soms
volstrekt wilde conclusies. Dat probleem speelde in 1950 dus ook al.</p><p>Met de hierboven geciteerde voetnoot <b>8 </b>is
nog iets merkwaardigs. De auteurs vermelden
correlaties en betrouwbaarheden altijd in twee decimalen nauwkeurig. Maar
nu opeens in één decimaal. Waarom? Wie de moeite neemt de zaak na te
rekenen vindt
een voor onbetrouwbaarheid gecorrigeerde correlatie tussen de E-schaal
en de F-schaal van 0.86. Als je dat
afrondt op 1 decimaal nauwkeurig, krijg je 0.9. In werkelijkheid vonden
ze dus 0.86, maar waardeerden ze dat op tot 0.9. Dat leek
beter. <br /></p><p>De voor onbetrouwbaarheid gecorrigeerde
correlatie van 0.86 tussen de E-schaal en de F-schaal betekent dat E en F
bij perfect betrouwbare maten ongeveer drie vierde (74 procent) van
alle variantie gemeenschappelijk hebben. Ze meten dus niet volledig
hetzelfde, maar wel in zeer hoge mate hetzelfde.</p><p>Dat ze niet
volledig hetzelfde meten, na correctie voor onbetrouwbaarheid, is in werkelijkheid alleen
maar positief. Anders zou je immers in feite
tweemaal precies dezelfde maat gehanteerd hebben. Nu is duidelijk dat het echt om twee verschillende maten gaat. Twee maten die in hoge mate dezelfde factor meten, maar op totaal verschillende manieren.<br /></p><p><br /></p><p></p><p>De
auteurs van TAP deden in totaal drie poging de fascistische
persoonlijkheid bloot te leggen. Ze hadden vertrouwen in de eerste
poging en terecht. De E-schaal (Etnocentrisme-schaal) had betrouwbare
subschalen en die subschalen correleerden onderling behoorlijk. Alle
subschalen maten in hoge mate dezelfde factor.</p><p>Maar om redelijk
zeker te zijn, dat ze hiermee inderdaad de 'fascistische'
persoonlijkheid te pakken hadden, hadden ze bevestiging nodig van een
tweede maat, bedoeld die persoonlijkheid aan te tonen.</p><p>De eerste
poging tot bevestiging was de PEC-schaal en hoewel ze die terugbrachten
tot ver onder het minimum gewenste aantal items, lukte die poging.
Alleen de auteurs staarden zich zo blind op de veronderstelde slechte
betrouwbaarheid, dat ze die niet meer wilden en durfden te berekenen.
Dan zou de schande -- een bijna volstrekt onbetrouwbare maat -- publiek
worden. Door die nalatigheid konden ze niet zien dat hun poging tot
bevestiging desondanks volledig was geslaagd.</p><p>Omdat de eerste
poging mislukt was, naar ze dachten, ondernamen de auteurs een tweede
poging: de constructie van de F-schaal. Bedoeld de fascistische
persoonlijkheid via kenmerken van de diepe persoonlijkheid bloot te
leggen. Maar de correlatie tussen de E-schaal en de F-schaal bleek weer
belangrijk lager dan men gehoopt had.</p><p>In dit geval berekenden ze
echter wel de correlatie tussen beide variabelen na de correctie voor
onbetrouwbaarheid te hebben uitgevoerd. Ze vonden een prachtige waarde,
die ze zelf nog wat opwaardeerden door af te ronden op 1 decimaal. <br /></p><p>Maar
in werkelijkheid begrepen ze niet goed, wat ze precies gevonden hadden
Dit was toch een soort berekende waarde? De echte correlatie was
helemaal niet zo hoog, dachten ze, en daar ging het toch om.<br /></p><p>Hoe moet je dit alles verklaren? Onderzoekers vinden twee keer goud, maar snappen niet, dat ze goud hebben gevonden.</p><p></p><p> </p><p></p><p>Ik
zit al meer dan 50 jaar in het empirisch sociaal-wetenschappelijke
onderzoek. Als data-analist, als toekijker, als lezer van onderzoek, als
docent en als onderzoeker. Tegenwoordig en ondertussen al heel lang,
als onafhankelijk onderzoeker. Een groot goed! </p><p>Ik heb dit soort
zaken al vele malen meegemaakt. Altijd ging het om mensen die hun
onderzoeksvraag niet duidelijk hadden. Die met imponerende verhalen
kwamen in plaats van met goed onderzoek. Om mensen die ingewikkelde
technieken toepasten, maar niet de moeite wilden nemen om zich daarin
echt te verdiepen. </p><p>Met andere woorden: het gaat om mensen die
genetisch als het ware niet geschikt zijn voor natuurwetenschappelijk
onderzoek. In termen van deze blog: het gaat om bevooroordeelde mensen.
Om 'sociale' mensen. Niet om nerds, met een vreemde passie hebben om te
willen begrijpen, hoe de wereld in elkaar steekt.<br /></p><p>Ik denk dus
dat in ieder geval een aantal van de (voorin vermelde) auteurs van TAP
en mogelijk allemaal, behoorlijk hoog scoorden op dat, wat ze zelf
probeerden te meten. Dus op bevooroordeeldheid.<br /></p><p>Wat zijn de aanwijzingen?</p><p>1. Eerst dat vreemde onderscheid maken tussen 'auteurs' en mensen die slechts een hoofdstuk mogen bijdragen.</p><p>2.
Dan zo emotioneel reageren op een ten onrechte ingekorte vragenlijst,
dat je de betrouwbaarheid niet meer berekent en niet meer wilt weten.</p><p>3. Vervolgens de 'correction for attenuation' uitrekenen, maar de waarde opwaarderen door die af te ronden op 1 decimaal.<br /></p><p>4. Wel de 'correction for attenuation' uitrekenen en vermelden, maar niet snappen wat het resultaat precies betekent.</p><p>5.
Je onderzoek in een onvoorstelbaar dik boek presenteren, terwijl
uiteindelijk maar een klein deel van dat boek de informatie bevat, waar
het uiteindelijk om gaat.<br /></p><p>6. Je vraagstelling niet goed duidelijk hebben en niet goed duidelijk maken.</p><p>7. Je methode niet goed duidelijk hebben, maken, en volgen. <br /></p><p> </p><p>We
weten nu dat de auteurs van TAP driemaal bevooroordeeldheid gemeten
hebben op verschillende manieren. Dat dat lukte, kwam niet doordat de
auteurs zulke vreselijk goede onderzoekers waren. Dat kwam, doordat
bevooroordeeldheid voortdurend zo algemeen aanwezig is, dat het bijna
niet gemist kan worden, zodra je er gericht naar op zoek gaat.</p><p>Bevooroordeeldheid
is zelfs zo algemeen aanwezig, dat onderzoekers in de sociale
wetenschappen en de alfawetenschappen er vaak behoorlijk hoog op scoren.
Dat is enerzijds mijn persoonlijke waarneming, anderzijds is het ook
wat het soortenmodel suggereert. De auteurs van TAP waren op dit punt
helaas niet echt uitzonderlijk.<br /></p><p>Voor de goede orde: ik denk
dat bevooroordeeldheid door de cultuur en tijdgeest waarin we leven,
inmiddels ook in bijvoorbeeld de klimaatwetenschap en andere
natuurwetenschappen vaak een probleem is geworden. Het is te
optimistisch om te denken dat het daar niet voorkomt.<br /></p><p>Waar
moet je dan aan denken? Men produceert in de klimaatwetenschap vaak
prachtige verhalen over hoe het allemaal misschien toch heel erg mee zou
kunnen vallen. Dat is 'mooi', maar er valt te voorzien dat het ijs op
Groenland en Antartica niet heel erg onder de indruk zal zijn van al die
'mooie' verhalen.</p><p><br /></p><p>Het raadsel van TAP is, als je het
globaal stelt, dat er iets mis is met het boek. Voor Altemeyer was dat
duidelijk: er was heel veel mis met dat boek. Met het werk van Altemeyer
is ook wel eens iets mis, maar er is nooit fundamenteel iets mis. Wat
is dan precies het verschil?</p><p>Ik denk dat Altemeyer het ooit
verwoord heeft. Hij puzzelde graag. Deden de auteurs van TAP dat ook?
Het lijkt me niet erg aannemelijk.</p><p>Het wezenlijke probleem van TAP
is dat de auteurs niet echt bezig waren een puzzel op te lossen. Het
boek was in de eerste plaats een middel om sociaal hogerop te komen, in
ieder geval voor een aantal van de voorin vermelde auteurs. Hun in
doorsnee te hoge mate van bevooroordeeldheid is, wat TAP tot een boek
maakt, waarin -- onderzoeksmatig gezien -- vreemde dingen gebeuren.<br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><br /><p></p><p></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p></p><p><br /></p><p> <br /></p><p><br /><br /></p></div>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-43541516307816760772024-03-24T04:33:00.013+01:002024-03-25T00:02:39.838+01:00Het raadsel van 'The Authoritarian Personality' -- deel I<p> </p><p><span style="font-size: xx-small;">Laatst bijgewerkt: 24/3/2024 om 23.59</span><br /></p><p> </p><p>Het boek 'The Authoritarian Personality' (TAP) dat in 1950 verscheen, geldt als het begin van het empirische onderzoek naar discriminatie en facisme. Met 'discriminatie' werd niet bedoeld dat mensen een auto anders behandelen dan een hond, maar werd 'sociale discriminatie' bedoeld. Met 'fascisme' werd bedoeld 'enthousiasme voor de strongman'.</p><p>Het boek heeft ladingen kritiek losgemaakt, maar uiteindelijk -- na bijna 75 jaar -- leidde al die ophef tot de bijna onvoorstelbare resultaten op het gebied van discriminatie en agressie, die we nu hebben.</p><p>Dat het boek die cult-status tenslotte kon krijgen, danken we vooral aan het werk van wijlen Bob Altemeyer. Zonder zijn bijna levenslange werk om de F-schaal te verbeteren, wat resulteerde in de RWA-schaal en onze kennis over 'rechtse autoritaristen', zou het boek mogelijk verzonken zijn in de diepten van het verleden.</p><p>In dit verband is er nog een bijzonderheid te melden. Altemeyer vond TAP aanvankelijk helemaal niks. Ook later zag hij vooral problemen met het in TAP uitgevoerde onderzoek.</p><p>Waarom ging hij dan toch door op dit gebied, waar veel psychologen vaak weinig mee hebben? Er zijn leukere dingen dan de Holocaust. Altemeyer formuleerde het zo: hij puzzelde graag. Dit was een soort grote puzzel, het was leuk die op te lossen.<br /></p><p>Terug naar het boek. Met het boek zijn een aantal merkwaardige zaken. Op bepaalde punten is het een vreemd boek.<br /></p><p></p><p>Het idee achter het boek was relatief simpel. Duitse Joden waren voor zichzelf tot de overtuiging gekomen dat er met de nazi's in Duitsland iets was. Dat het mensen waren met een gemankeerde persoonlijkheid.</p><p>Mijn vader kwam in Nederland tijdens de bezettingsjaren tot een soortgelijke conclusie. Hij had een stel NSB'ers in zijn kennissenkring en had zich afgevraagd: hoe kun je enthousiast zijn voor zo'n foute club? Zijn conclusie was als volgt: het waren op zich goede mensen, waar niets mis mee was, maar ze hadden 'een kronkel in de kop'. Iets in hun hoofd zat niet goed.<br /></p><p>Waar moet je beginnen als je onderzoek wilt doen naar de Holocaust? Het populaire antwoord is, dat alles begon met Hitler. Maar als je beter kijkt, zie je dat dat niet klopt. Hitler was een oproerkraaier, het was iemand die een grote menigte met zijn toespraken kon opzwepen. Dat soort mensen heb je echter overal en altijd.</p><p>De vraag was dus, hoe had deze oproerkraaier de macht kunnen grijpen? Hij kon pas aan de macht komen, nadat een belangrijke minderheid van de Duitsers op hem stemden.</p><p>Wie waren die Duitsers? De meeste Duitsers stemden niet op Hitler. Wat maakte dat sommige Duitsers dat wel deden en Hitler door dik en dun steunden? Met andere woorden: was het mogelijk de kronkel in de kop van fascisten echt aan te tonen?</p><p> </p><p>Ik probeer hier de zaken zo simpel en helder mogelijk op te schrijven. En zo kort mogelijk. Dat is een soort natuurwetenschappelijke traditie. Einstein schijnt daar ooit iets over opgemerkt te hebben. Het moet allemaal zo kort mogelijk, maar niet zo kort, dat het onduidelijk of onvolledig wordt. De auteurs van TAP waren echter niet geschoold in de natuurwetenschappelijke traditie.</p><p>Het principe dat Einstein zo pakkend verwoordde, was niet besteed aan de
auteurs. De tekst gaat eindeloos door. Zelfs de twee mensen die meer
geschoold waren in de statistische verwerking van vragenlijstonderzoek,
hebben de neiging eindeloos door te keuvelen over van alles en nog wat.
Dat maakt het achterhalen van wat men nu precies gedaan en gevonden
heeft, niet eenvoudiger. <br /></p><p>Het boek telt 984 bladzijden (inclusief de twee voorwoorden,
exclusief dankwoord, inhoudsopgave, index en literatuurlijst). Het gaat,
afgezien van de tabellen en figuren, om dicht bedrukte bladzijden.
Ongeveer 500 woorden per pagina. In totaal dus ongeveer een half miljoen
woorden.</p>Was deze wijdlopigheid in die tijd en in die kringen
normaal? In de serie boeken waarin TAP verscheen, was een jaar eerder
(1949) <i>Prophets of Deceit</i> verschenen. Ook dit boek ging over de
Holocaust, maar dan niet over de mensen die de strongman aan de macht
hielpen, maar over de mensen die strongman probeerden te worden en te
zijn. Dit boekje telt 160 niet te grote, prettig leesbare bladzijden.
Die vreemde wijdlopigheid was dus in die tijd en in dat verband absoluut
geen culturele norm. Het is echt een kenmerk waarmee TAP zich onderscheidt. Wat mij betreft: in negatieve zin.<br /><p> <br /></p><p></p><p>Als je beter kijkt naar de hoofdstukken in het boek, zie je dat slechts twee van de vier vermelde auteurs scholing en ervaring hadden met de statistische verwerking van persoonlijkheidsvragenlijsten. Dat waren: Daniel J. Levinson en R. Nevitt Sanford.</p><p>De twee andere voorin vermelde auteurs, Else Frenkel—Brunswick en T. W. Adorno, worden in dit deel van het boek over de vragenlijsten , alleen vermeld bij de F-schaal (hoofdstuk VII), maar niet als eerste auteur. Dat was Sanford.</p><p>Frenkel-Brunswick was verantwoordelijk voor 'Part II' (198 bladzijden).
Adorno was verantwoordelijk voor 'Part IV' (184 bladzijden).</p><p>Alleen deel 1 van het boek (Part I) is gewijd aan het vragenlijstonderzoek en telt 260 bladzijden. Slechts iets meer dan een vierde van het hele boek vormde de basis voor waar we nu zijn.<br /></p><p><br /></p><p>'Part III' telde 114 bladzijden en handelde over de problemen en de scoring van de Thematic Apperception Test. Het eerste hoofdstuk was van Betty Aron (niet voorin vermeld als auteur). Het tweede hoofdstuk was van Levinson.</p><p>'Part V' telde (exclusief het slothoofdstuk) 184 bladzijden in drie hoofdstukken. Je zou dit deel kunnen zien als een soort toegift. Het eerste hoofdstuk was van Sanford, het tweede van William R. Morrow (voorin ook niet vermeld als auteur) en het derde hoofdstuk was van Maria Hertz Levinson (voorin ook niet vermeld als auteur). </p><p>Het slot-hoofdstuk telt 6 bladzijden en is kennelijk namens de voorin het boek vermelde auteurs. Het begint namelijk zo: "The most crucial result of the present study, as it seems to the authors, ..."</p><p>Je bent allemaal wetenschappelijk geschoold en je schrijft allemaal in hetzelfde boek over 'sociale discriminatie'. Je bent dan geneigd te verwachten, dat iedereen als gelijkwaardig lid van het team wordt gezien. In dit geval werd er echter openlijk onderscheid gemaakt. Er waren vier 'echte' auteurs en er waren drie 'onechte'. Die laatsten mochten wel een hoofdstuk schrijven, maar waren niet van voldoende gewicht om voorin vermeld te worden als auteur. Men dacht kennelijk: onderscheid moet er zijn. </p><p></p><p><br /></p><p>Hoe pakten de auteurs het probleem van het vinden van de 'kronkel in de kop' aan? De eerste poging was om antisemitisme te meten met een vragenlijst. Dat leek goed te lukken, het leverde een betrouwbare lijst op. Alle items leken hetzelfde te meten.</p><p>Maar openlijk vragen naar de mening over Joden is natuurlijk niet ideaal. Je hebt dan kans dat echte jodenhaters invullen dat ze Joden fantastische mensen vinden. Men probeerde de lijst daarom breder te maken door te vragen naar de mening over zwarte mensen, de mening over andere Amerikaanse minderheden en de mening over het eigen land (Patriotism, vaderlandsliefde). Deze nieuwe vragenlijst had dus vier sublijsten.</p><p>Al die vier sublijsten bleken betrouwbaar (de score op de even items correleerde hoog met de score op de oneven items) en bleken alle vier dezelfde factor te meten. Deze resulterende lijst noemde men Etnocentrisme (E) of de E-schaal. Etnocentrisme betekent dat mensen de eigen groep als ideaal en norm zien en andere groepen als afwijkend, fout en minderwaardig.</p><p>Was Etnocentrisme inderdaad de kronkel in de kop die men zocht? Kon je met Etnocentrisme inderdaad nazi's herkennen? Als je daar zeker van wilde zijn, had je minstens nog een aparte check nodig, leek het.<br /></p><p>Als check vroeg men naar de politiek economische overtuiging. Men dacht dat 'fascisten' qua denkbeelden op dit gebied nogal rechts moesten zijn. Deze PEC-schaal (Political Economic Conservatism-schaal) bleek minder betrouwbaar (0.70) dan de E-lijst, maar voor onderzoeksdoeleinden (om groepen te karakteriseren) leek dat nog voldoende. </p><p>Vervolgens was men pennywise, maar pound foolish. Men wilde zuinig doen, maar daardoor stortte de hele check uiteindelijk volledig inelkaar. Men bracht de PEC-lijst terug tot de helft: 5 items. Dan was de lijst sneller in te vullen door de respondenten, dacht men. Maar een vragenlijst met een matige betrouwbaarheid, die vervolgens ook nog eens gehalveerd wordt, heeft daarna natuurlijk doorgaans een veel te lage betrouwbaarheid. En dat was precies wat er gebeurde.<br /></p><p>Wat leverde het onderzoek naar het verband tussen E en PEC op? Als alles goed was, zou men een mooie correlatie moeten vinden, omdat E en PEC allebei op verschillende manieren de aanleg moesten meten om enthousiast te zijn over de strongman. De correlatie die men vond, hield echter niet over. Kennelijk hadden E en PEC wel een factor gemeenschappelijk, maar maten ze tegelijkertijd allebei ook nog steeds iets anders, dacht men.</p><p>Letterlijk vermeldt TAP (p. 180) (de witregels heb ik terwille van de leesbaarheid tussengevoegd):</p><p></p><blockquote><p>"The general level of the E-PEC correlations demonstrates that ethnocentrism and conservatism, as measured by the present scales, are significantly but imperfectly related.7 In everyday terms, we may say that conservatives are, on the average, significantly more ethnocentric than liberals are. The more conservative an individual is, the greater the likelihood that he is ethnocentric — but this is a probability and not a certainty.</p><p>Since the existence of an affinity between these ideological patterns has often been observed previously, the present correlations are perhaps less a startling discovery than an indication of the validity of the scales. To those who have been unaware of the E-PEC relationship, the significance of the correlations must be stressed.To those who tend to equate conservatism and ethnocentrism as psychological trends in the individual, it must be pointed out that the correlations are far from perfect.</p><p>Even with a much more reliable measure of PEC, the correlation with E could hardly average over .70 — a value inadequate for predictive purposes. It becomes necessary, then, to understand what produces the close association between these ideological patterns in the individual, as well as what systematic factors — apart from ignorance or misinformation — make the E-PEC correlation less than 1.0."</p></blockquote><p> </p><p>Welke correlatie vond men eigenlijk tussen E en PEC? De gemiddelde correlatie (over verschillende groepen; niet de beste manier om een correlatie te berekenen over een groot bestand!) was 0.57 (p. 179). Maar om die correlatie op waarde te kunnen schatten, heb je de betrouwbaarheden nodig van de twee betrokken variabelen. Omdat men dacht dat die akelig laag zou uitvallen, had men die echter maar niet berekend.</p><p>Wie de tekst nauwkeurig leest, ziet echter dat op p. 175 van TAP de gemiddelde onderlinge correlatie tussen de 5 items van de gehalveerde PEC-schaal staat vermeld als 0.14. Maar dat betekent dat de items (na standaardisatie op een standaarddeviatie van 1) een betrouwbaarheid hadden van gemiddeld 0.14. Via de Spearman-Brown formule voor testverlenging vind je dan voor 5 items samen een betrouwbaarheid van 0.45. Inderdaad nogal laag.</p><p>Maar als de betrouwbaarheid rond de 0.45 ligt en de gevonden correlatie bedraagt 0.57 dan is er een soort probleem. Want een variabele kan nooit hoger met een variabele correleren dan de wortel uit zijn betrouwbaarheid. In dit geval: 0.67. Met andere woorden: de gevonden correlatie was gelet op de onbetrouwbaarheid van de maat, vrijwel maximaal. </p><p>Wanneer we ook nog rekening houden met de onbetrouwbaarheid van de E-schaal (0.80) dan vinden we via de formule voor 'attenuation' een maximaal mogelijke correlatie van 0.60 wanneer beide variabelen (E en PEC) perfect betrouwbaar gemeten zouden zijn. Met andere woorden: rekening houdend met de onbetrouwbaarheid van beide variabelen was de gevonden correlatie vrijwel maximaal. Om precies te zijn, na correctie voor onbetrouwbaarheid 0.95. <br /></p><p></p><p>De onderzoekers hebben zich door hun negatieve emoties over de lage betrouwbaarheid van PEC laten meeslepen, waardoor ze zich niet realiseerden dat ze via de E- en PEC-schaal tweemaal dezelfde factor hebben gemeten.</p><p> </p><p>Tot zover bevat mijn verhaal niets nieuws, want het voorgaande heb ik in andere bewoordingen eerder gerapporteerd op deze blog. Maar nu komen we bij de volgende poging bevestiging te krijgen voor de validiteit van de E-schaal door deze te correleren met de beroemde/beruchte F-schaal. Hier verandert mijn eerder gerapporteerde belangrijk.</p><p>Dat rapporteer ik ter wille van de lengte echter in de volgende blogpost.<br /></p><p></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-21199082893013415462024-03-19T02:48:00.005+01:002024-03-24T23:43:17.729+01:00De rest van Amerika heeft zijn verstand verloren<p> </p><p>Het artikel waar Google News me op attendeert, is getiteld: "Joe Biden’s Superfans Think the Rest of America Has Lost Its Mind" (<b>https://www.nytimes.com/2024/03/04/us/politics/biden-voters-democrats.html</b>).</p><p>Het is nogal een zuur artikel. De mensen die pro Biden zijn, als je moet kiezen tussen hem en Trump niet zo'n moeilijke keuze, worden weggezet als een stel wereldvreemde, oude zakken. Ik ben het echter helemaal met die 'oude zakken' eens. De mensen die voor Trump zijn, hebben hun verstand verloren!</p><p>Ik denk zelfs dat niet alleen de rest van Amerika zijn verstand verloren heeft, maar dat het een wereldwijd verschijnsel is. In Nederland zitten we met het probleem. Zweden heeft het probleem. Frankrijk heeft het probleem. Italië heeft het probleem. Turkije heeft het probleem. Israël heeft het probleem. Gaza had het probleem en misschien nog wel. Libanon heeft het probleem. De Britten hebben het probleem. Haïti heeft het probleem al heel lang. En zo kan ik nog wel even doorgaan.<br /></p><p>Kan ik mijn bewering hard maken? Ik beperk me even tot Amerika. Dan hebben we een concreet geval.<br /></p><p> </p><p>In eerste instantie focus ik op bevooroordeeldheid. Door het laatste grote onderzoek van wijlen Bob Altemeyer weten we dat bevooroordeeldheid de variabele is die het enthousiasme voor Trump het best voorspelt en ook behoorlijk goed voorspelt (r>0.80).</p><p>Maar daarna verzink ik in een soort moeras. Ik kan (na een nacht zoeken via Google) geen directe bevestiging vinden voor een relatie tussen bevooroordeeldheid en slecht denken.</p><p>Als je erover nadenkt, misschien ook niet zo vreemd. Bevooroordeeldheid wordt al heel lang gemeten en dat schijnt altijd goed te lukken, maar verder lijkt er nog veel onbekend over te zijn.</p><p>Er is geen duidelijke inhoudelijke definitie zoals die je voor RWA wel hebt. Bij RWA heb je dankzij Altemeyer uitgebreid valideringsonderzoek, maar dat lijkt bij 'prejudice' vooral te ontbreken. RWA is gestandaardiseerd via een vaste reeks items, maar ook dat ontbreekt bij bevooroordeeldheid.</p><p>Vervolgens is er een probleem met de tweede poot van de vergelijking: het 'slechte denken'. Helemaal maagdelijk terrein, lijkt het. Er bestaat tot nu toe geen geaccepteerde maat voor iets als 'goed denken'. Intelligentie heeft er misschien wel mee te maken, maar is toch niet precies hetzelfde.</p><p> </p><p>In tweede instantie blijkt het echter simpel. Met Trump-stemmers is iets merkwaardigs aan de hand. Ze geloven op grote schaal dat Trump de verkiezingen gewonnen heeft, terwijl hij die in werkelijkheid verloren heeft. Dat percentage ligt tegenwoordig op maar liefst 69 procent (<b>https://www.washingtonpost.com/dc-md-va/2024/01/02/jan-6-poll-post-trump/</b>). Meer dan twee derde van alle Trump-enthousiasten gelooft in iets, dat duidelijk onwaar is.</p><p>Dat bevestigt een voorspelling van het soortenmodel. De hoge cultuur (de cultuur van de strongman) hanteert sociale waarheid en niet feitelijke waarheid. Wat de leider en leiders beweren, blaten de volgelingen/gelovigen en de 'men of action' slaafs na en accepteren ze vervolgens als absolute waarheid.</p><p>Maar als je sociale waarheid hanteert om je status in de groep in stand te houden en zo mogelijk te verhogen, dan hanteer je normaal systeem 1 en niet systeem 2. Met andere woorden: bevooroordeelde geesten hanteren inderdaad als manier van denken: systeem 1 (het snelle 'denken', het babbelen).</p><p> </p><p></p><p>In dit kader is er nog een tweede soortgelijk punt. De inwoners van de staten die overwegend op Trump stemmen, stemmen nogal eens tegen hun belang in. Of ze handelen tegen hun belang in. Men overziet als het ware de situatie niet goed, laat zich leiden door zijn gevoel en door wat de groep beweert en kiest vervolgens het verkeerde alternatief.</p><p>Een concreet voorbeeld hiervan is het zich niet laten inenten tegen COVID. In Trump-country zijn daardoor in verhouding veel meer slachtoffers gevallen dan in de democratische VS-staten. Dat laat zien, dat het denken van de Trump-stemmers in doorsnee inderdaad niet is afgestemd op de harde werkelijkheid.</p><p> </p><p>Conclusie?</p><p>Wat we hier gevonden hebben, is dat bevooroordeeldheid gekoppeld blijkt te zijn aan niet feitelijk denken (aan babbelen, aan systeem 1 'denken'). Bevooroordeelde personen hanteren sociale waarheid, in plaats van feitelijke waarheid, precies zoals het soortenmodel voorspelt.<br /></p><p>Dankzij het zure bericht op de website van de New-York Times weten we nu, dat bevooroordeeldheid inderdaad gekoppeld is aan de manier van denken. Bevooroordeelde personen hanteren systeem 1 (het snelle 'denken', ze babbelen). Het zijn extreem bevooroordeelde mensen, die harde problemen denken te kunnen oplossen met borrelpraat.</p><p>Ik veronderstelde dat verband al eerder, maar hier hebben we een concreet voorbeeld, dat het laat zien en bevestigt.</p><p><br /></p><p>Mag je dit niet feitelijke 'denken' (systeem 1 denken, babbelen/leuteren, snel 'denken') aan duiden als 'slecht denken'?</p><p>Je moet je eigenlijk realiseren waar die twee manieren van denken oorspronkelijk voor bedoeld waren. Wat de functie was.<br /></p><p>Jagers/verzamelaars hebben twee belangrijke manieren van bestaan. Om voedsel te bemachtigen moeten ze interacteren met de harde natuur. Ze moeten dan hun systeem 2 optimaal benutten. Ze moeten in die omstandigheden hun brein overuren laten maken, omdat ze te maken hebben met de harde natuur.<br /></p><p>Maar bij het nuttigen van de buit in het relatief veilige dorp of nederzetting, is het belangrijk dat je de onderlinge band versterkt. Alleen kun je in het oerwoud niet overleven en ben je ten dode opgeschreven. Het doel is, dat je je als gemeenschap samen, als het moet, je verdedigt en de strijd aangaat. Wat je dus doet, is samen plezier maken, lol maken, samen eten, samen drinken en sociaal de juiste dingen zeggen. <br /></p><p></p><p>Dingen die wij nu ook nog volop doen en misschien wel te vaak en te veel. Maar ook dingen waar in beginsel niets mis mee is, zo lang we het mate doen en begrijpen, waarom we het doen.</p><p>Iemand die echter alleen maar borrelpraat produceert, moet vervolgens niet gek opkijken als het in het gevaarlijke oerwoud mis gaat.</p><p>Wij hoeven gelukkig geen voedsel meer te bemachtigen in dat gevaarlijke oerwoud, maar ook wij zijn uiteindelijk nog steeds volledig afhankelijk van die harde, externe wereld.</p><p>Als dus het zeewater in 2100 vijf meter of meer gestegen is, zoals sommige klimaatwetenschappers zich nu soms laten ontvallen, gaat het niet lukken om met borrelpraat dat water terug te duwen.</p><p>En als de mannetjes van Poetin straks voor de deur staat, gaat het niet lukken om zijn troepen met borrelpraat terug te krijgen naar dat grote land waar ze vandaan komen.</p><p>De mensen die oprecht denken dat ze in dat soort gevallen met borrelpraat de wereld naar hun hand kunnen zetten . . .</p><p>Ik denk, dat je die moet noemen, wat ze zijn: knettergek, volkomen mesjokke. Of om het wat aardiger te formuleren: ze zijn de weg kwijt. Ze weten niet meer precies waar ze zijn en wat ze aan het doen zijn. <br /></p><p></p><p>Dat is dus, wat we met bevooroordeeldheid meten. <br /></p><p><br /></p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-11531549796592504432024-03-16T03:58:00.002+01:002024-03-20T02:26:46.443+01:00Alleen oude knarren koken nog zelf, lijkt het<p> </p><p>Als het soortenmodel klopt, en dat moet bijna wel want het is vrijwel volledig gebaseerd op empirische gegevens, dan neemt in landbouwsamenlevingen (culturen waar landbouw zorgt voor het voedsel) de alfa-bètafactor geleidelijk steeds verder toe. Met andere woorden: de mensen worden in doorsnee steeds bevooroordeelder.</p><p>Wat wil dat zeggen? Mensen gaan steeds meer denken via hun onderbuik (systeem 1, het snelle 'denken'), terwijl het moeizame denken met het hoofd (systeem 2, het trage denken) steeds meer in onbruik raakt en steeds minder goed beheerst wordt.</p><p>Een paar blogposten eerder ging het over het sterk toegenomen overgewicht. Een steeds groter deel van de bevolking heeft overgewicht. Hoe kan dat? Mijn verklaring was niet populair, maar wel simpel: mensen krijgen steeds minder zelfbeheersing. Ze worden steeds bevooroordeelder.</p><p>We zijn nu een paar dagen verder. De Volkskrant brengt een groot artikel: "Zelf je eten koken lijkt steeds meer iets voor mensen van boven de 50" (12/3/2024, p. 25). Veel jonge mensen maken het zichzelf graag makkelijk. Dus je koopt iets, of je laat iets brengen, maar zelf koken is vaak een brug te ver.</p><p>Het lijkt allemaal plausibel. En het past volledig bij mijn verklaring van de afnemende zelfbeheersing en de toenemende bevooroordeeldheid. Het toenemende systeem 1 denken.</p><p>Want als je kookt, moet alles wel kloppen. Je hebt te maken met de harde natuur. Zelf eten koken is toch even je systeem 2 gebruiken.</p><p>Net als: wandelen, rennnen, joggen, dansen, klussen, goed autorijden, fietsen, suppen, kanoën, zingen, zakelijk schrijven, rekenen, boekhouden, computergames spelen met harde feedback. En ga zo maar door.<br /></p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-20283556895424162232024-03-13T16:27:00.003+01:002024-03-16T03:56:24.503+01:00Falende crisiszorg is alleen mogelijk door het leger van slaafse, agressieve, uniforme volgelingen/gelovigen (RWA+)<p> </p><p><span style="font-size: xx-small;">Laatst bijgewerkt: 16/3/2024 om 3.59</span> <br /></p><p> </p><p>Het aritkel staat in de Volkskrant van dinsdag, 12 maart 2024. Het gaat over crisiszorg voor jongeren. De titel zegt misschien al genoeg. De titel luidt: <i>'Ruim 20 uur per dag eenzaam opgesloten'</i>.</p><p>Tja, dat is natuurlijk ook een methode. Je wilt iemand zogenaamd helpen en dan sluit je die persoon gewoon op.</p><p>Waarom doen mensen dat? </p><p>Dat is in dit geval niet zo moeilijk uit te leggen. De zogenaamde 'zorgverlener' stelt 24 uur per dag, 7 dagen per week individuele zorg te verlenen. Ik weet niet wat de huidige dagprijs is, maar enige tijd geleden lag die royaal boven de duizend euro per dag.</p><p>We zijn allemaal mensen en we moeten allemaal leven en we willen allemaal brood op de plank, en heel veel mensen willen graag ook nog heel veel meer dan alleen dat. Zorgverlening is een geweldig verdienmodel.</p><p>Maar dat is toch zielig voor die hulpbehoevende jongere? De één zijn dood, is de ander zijn brood. Dan moeten ze maar gewoon zorgen geen hulp nodig te hebben. Simpel toch?</p><p>Hoe is het mogelijk dat zogenaamde zorgverleners voortdurend hun kwalijke praktijken ongeremd kunnen voortzetten? Want het opsluiten van jeugdigen is niets nieuws op dit gebied. En het zal hierna ook niet anders worden.</p><p>Mag je dit de betrokken zorgverleners kwalijk nemen? Dat zijn ook maar gewoon mensen, die graag geld en status willen.</p><p>In het empirische discriminatie-onderzoek (het empirische onderzoek naar 'fascisme') is men tenslotte tot het inzicht gekomen dat mensen als Hitler en Stalin niet het echte probleem vormen. Want als je zulke mensen weghaalt, is er onmiddellijk iemand anders die de plaats van strongman probeert in te nemen. Het echte probleem zit bij hun basis. De volgelingen/gelovigen die de strongman op het schild hijsen.</p><p>Zo is het bij zorgverleners ook. Het echte probleem zijn niet de mooipratende zorgverleners, maar het volstrekt onkritische publiek dat zich maar wat graag door hen laat oplichten.</p><p>Kunnen we dat meten? Ja, dat kunnen we meten. De eigenschap die maakt dat mensen volstrekt onkritisch de mooipraterij van de strongman geloven, meten we als 'rechts autoritarisme' met de RWA-schaal (Right Wing Authoritarianism-schaal) van wijlen Bob Altemeyer.</p><p>De mensen die hoog op die maat scoren, hebben drie merkwaardige eigenschappen waardoor ze gedefineerd worden als 'volgeling/gelovige'.</p><p>1. Ze zijn extreem onderworpen en volgzaam aan mensen, die ze zien als hoger.</p><p>2. Ze zijn extreem agressief, zodra hun leiders daarvoor het groene licht geven of daartoe aanzetten.</p><p>3. Ze willen ten koste van alles volstrekt normaal zijn en naadloos passen in hun groep.</p><p>Als al deze slaafse, agressieve, uniforme mensen niet zo talrijk waren en zo goedgelovig, zouden al die pseudo zorgverleners geen enkele kans krijgen hun kwalijke praktijken uit te oefenen.</p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p> <br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p> </p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-33822195173965422662024-03-10T04:02:00.013+01:002024-03-12T16:27:46.911+01:00Elf procent van de elfjarigen wil van het andere geslacht zijn! Of toch niet?<p> </p><p><span style="font-size: xx-small;">Laatst bijgewerkt: 12/3/2024 om 16.31</span><br /></p><p> </p><p>Ik zie het nieuws laat in de nacht of vroeg in de ochtend, het is maar hoe je het tijdstip van kwart over vijf 's ochtends aanduidt. De kop staat op het voorblad van het Dagblad van het Noorden. Elf procent van de elfjarigen wil van het andere geslacht zijn.<br /></p><p>Dit is een blog over discriminatie, niet over transgenders en transgenderisme. Wat heeft dit nieuws te maken met zaken als discriminatie, geweld, agressie, corruptie, oorlog, burgeroorlog en genocide? Ogenschijnlijk niets, maar in werkelijkheid heel veel.</p><p>Wat betekent het, wanneer elf procent van de elfjarigen aangeeft het eens te zijn met de stelling, 'Ik wil van het andere geslacht zijn'?</p><p>Ik zou denken, dat dat betekent dat een belangrijk deel van die elfjarigen geslacht ziet als iets, dat je zelf kunt en mag kiezen. Terwijl we het vroeger zagen als iets dat je nu eenmaal was. Je was 'jongen' of 'meisje'. In werkelijkheid waren er natuurlijk ook mensen die er lichamelijk wat tussenin vielen, maar daar hielden we op die leeftijd nog geen rekening mee.</p><p>Maar als je geslacht ziet als iets dat je zelf mag kiezen, betekent dat ook, dat je leeft vanuit je ideeënwereld. Je voelt je (voor jezelf meer aangetrokken tot) de tegenovergestelde sekse en daarom zie je dat, als wat je eigenlijk bent en wilt zijn. Een typisch geval van systeem 1 denken. Dat is echter nog niet alles.</p><p>Denken vanuit de onderbuik (via systeem 1) is typerend voor bevooroordeeldheid. Dat is de centrale variabele die aangeeft of mensen discrimineren, agressief zijn, impulsief handelen, corrupt zijn, zaken verzinnen, liegen, 'mooi' praten en toch ook heel belangrijk: of ze enthousiast de (aspirant) strongman zullen steunen.</p><p>Elf procent van de elfjarigen die kiest voor de tegenovergestelde sekse, laat dan zien dat er in de samenleving op het punt van bevooroordeeldheid (systeem 1 denken) iets heel erg mis zit, ben ik dan geneigd te denken.<br /></p><p>Die conclusie past perfect bij wat we via een veelheid van andere indicatoren al weten. De handjes zitten steeds losser aan het lijf, verkeersdeelnemers maken steeds meer ongelukken, brugdelen vallen onbedoeld uit de takels, plafonds en vloeren komen onverwachts naar beneden, het wegdek in tunnels wordt opeens door opwellend water omhoog gestuwd en ga zo maar door.</p><p> <br /></p><p>Maar klopt dat verhaal uit de krant in dit geval wel helemaal? Het kan best zijn dat die onvrede met het biologische geslacht inderdaad is toegenomen en dat ook de rest van mijn verhaal hierboven daardoor helemaal klopt. Maar in tweede instantie zie ik toch ook enkele problemen, waardoor die conclusie wat prematuur is.</p><p>Een eerste probleem dat ik zag na het opvragen van het onderzoeksrapport waarop het hele verhaal gebaseerd is (<b>https://link.springer.com/article/10.1007/s10508-024-02817-5</b>), is dat de onderzoekers op een belangrijk punt, een punt waar in feite hun hele onderzoek op gebaseerd is, hebben volstaan met één enkele vraag.</p><p>Psychologen hebben daar slechte ervaringen mee. Hoe weet je dan zeker dat de bedoeling van de vraag echt is overgekomen? Veel kinderen hebben tegenwoordig leesproblemen en begripsproblemen. Verder had je altijd al een belangrijke groep kinderen, waar iets mee was op het gebied van leren en intelligentie, waardoor ze al problemen hadden met simpele vragen.</p><p>Stel je voor dat deze hele blog over empirisch onderzoek naar discriminatie gebaseerd zou zijn op één enkele vraag, namelijk: bent U antisemiet? Vrijwel iedereen zou vermoedelijk antwoorden: 'nee'.</p><p>Als enige optie zouden we vervolgens moeten concluderen dat er eigenlijk helemaal geen antisemieten waren te vinden. Maar als je dan nog verder doordenkt: dan kunnen er dus ook nooit mensen geweest zijn, die de Holocaust uitvoerden en mogelijk maakten. En als je vervolgens dan nog verder door zou redeneren, zouden we ons moeten bekeren tot het leger van de Holocaust-ontkenners. Met andere woorden: onderzoek doen is prima, maar je moet het wel serieus en goed doen.<br /></p><p>Kortom, als je je hele onderzoek ophangt aan het begrijpen van een enkele vraag, dan is er in je universitaire opleiding behoorlijk wat, heel erg mis gegaan.</p><p>Voor de goede orde: dit waren onderzoekers van het UMCG. Dat betekent niet, dat alle onderzoekers daar van dit kaliber zijn, zeker niet, maar je mag dus ook niet uitsluiten dat sommigen dat wel zijn.</p><p>Een volgend probleem waar ik tegen aanliep is: welke vraag hebben de onderzoekers nu precies gebruikt? Toch wel belangrijk, als je je hele onderzoek ophangt aan één enkele vraag. Volgens het onderzoeksverslag deze:</p><p></p><blockquote>"I wish to be of the opposite sex".</blockquote><p>Maar dit waren Nederlandse kinderen. Je zou denken, dat de onderzoekers die vraag dan wel vertaald zullen hebben en mogelijk hebben ze dat ook gedaan, maar het staat niet vermeld in hun verslag. Als alles draait zoals in dit geval om één enkele vraag, vind ik dat uiterst onzorgvuldig en slordig.</p><p>Volgens de krantenartikelen was de stelling die men gebruikt heeft echter:</p><p></p><blockquote>"Ik wil van het andere geslacht zijn".</blockquote><p>Maar is 'ik wens van het andere geslacht te zijn' inderdaad precies hetzelfde als 'ik wil van het andere geslacht zijn'? De ervaring leert, dat zodra je een kleinigheid verandert aan een geformuleerde vraag, je heel veel verandert. Als je dan dus in je artikel wel de Engelse variant vermeldt, maar niet de Nederlandse vertaling, is het hele onderzoek in feite oncontroleerbaar geworden. In meer wetenschappelijke termen: niet repliceerbaar. Bull-shit dus.<br /></p><p></p><p>Dan de antwoordmogelijkheden. Een ja/nee-vraag of een waar/onwaar-vraag is qua beantwoording vaak het simpelst. Maar in dit geval waren de antwoordalternatieven:</p><p></p><blockquote>0-Not True, 1-Somewhat or Sometimes True, 2-Very True or Often True.</blockquote><p>Als je kiest voor 'Not True', wat betekent die '0-' daarvoor dan precies daarvoor? Voor een respondent lijkt me die '0' nodeloos verwarrend.</p><p>Dan dat tweede alternatief. Je krijgt een stelling voorgelegd en die stelling zou 'somewhat' (een beetje) waar zijn. Ik leerde vroeger bij logica dat een stelling waar was of niet. Maar een beetje waar? Dat kan alleen als je gevoelsmatig denkt, via systeem 1.<br /></p><p>Alsof dat allemaal nog niet genoeg is, krijgt de respondent vervolgens ook nog een extra keuze. In plaats van 'somewhat' mag hij/zij ook lezen 'sometimes' (soms). Voor het derde alternatief geldt dit probleem op dezelfde wijze. <br /></p>Je moet bedenken, je legt dit voor aan een qua intelligentie brede groep van elfjarigen, waarin dus ook gemiddeld intelligente en laag intelligente kinderen zitten. Dan is dit toch allemaal verwarrend en ingewikkeld? Wat voor respondenten dacht men precies te ondervragen? Een groep aanstaande gymnasiumleerlingen?<p></p><p><br /></p><p>Vervolgens ging ik op zoek naar die elf procent. Voor dat je dat kunt doen, moet je eerst de respondentengroep een beetje duidelijk hebben en hoe men daar precies aankwam. Wel, dat viel niet mee. De onderzoekers vermelden slechts dit:</p><p></p><blockquote>"We used data from the Tracking Adolescent’s Individual Lives Survey (TRAILS). Detailed information about TRAILS sampling procedures is provided elsewhere (Oldehinkel et al., 2015). In this study, data from both the population cohort (TRAILS) and the clinical cohort TRAILS-CC were used (combined: N = 2772; 53% male at T1) to enrich the sample for common child psychiatric diagnoses (see Table 1 for the sample characteristics)."</blockquote><p>Als onderzoeker en wetenschapper heb ik geleerd dat onderzoek op eigen benen behoort te staan. Toen Galilei zijn valproeven deed, min of meer het begin van de moderne, empirische wetenschap, refereerde hij niet aan de literatuur op zijn gebied van eerdere grootheden voor hem of aan waarnemingen van horen zeggen. Integendeel: hij sloeg zelf de hand aan de ploeg. Hij ging zelf experimenteren en meten. Wat hij bij zijn 'valproeven' aan metingen vond, kun je zelfs nu nog steeds (zelfs via internet) nalezen.<br /></p><p>Maar deze onderzoekers zeggen eigenlijk: ja, luister eens, van die dataverzameling weten we eigenlijk geen flikker af. En het interesseert ons ook geen bliksem. Dat staat elders wel ergens beschreven. Als je het echt wilt weten, zoek je het maar na.</p><p>Maar onderzoek staat en valt met de onderliggende dataverzameling. Hoe kun je er anders zeker van zijn, dat die data kloppen? Wie is er dan precies verantwoordelijk voor die data?</p><p>Als data-anlyst in de sociale wetenschappen was altijd de eerste stap, waarmee ik begon, de data te checken. De doorsnee psycholoog vond dat bespottelijk, maar vrijwel altijd bleek er wel iets en soms heel veel niet te kloppen. </p><p>In dit geval krijgen we echter via het onderzoeksverslag geen enkele duidelijkheid en geen enkele garantie voor de validiteit en juistheid van de data waar men alles op stelt te baseren. Er wordt van ons gevraagd: er het beste maar van te hopen. De onderzoeker hebben het niet gecheckt en als wij als lezers dat nu ook maar niet doen, mogen we hun 'mooie' verhaal zo geloven. <br /></p><p></p><p> </p><p>Wie waren de respondenten? Ook dat wordt in het artikel niet duidelijk. Hoeven we als lezers kennelijk ook niet te weten. Gewoon kinderen!<br /></p><p>Ook de opzet van het onderzoek laat zich uit de tekst nogal moeizaam achterhalen. Men heeft een groep kinderen op een of andere manier geselecteerd en die een aantal jaren gevolgd, waarbij men steeds na verloop van enige tijd, opnieuw data verzamelde bij wat nog over was van de oorspronkelijke groep. In het kader van deze blogpost doen die latere dataverzamelingen verder niet ter zake, omdat we ons concentreren op die eerste meting bij elfjarigen, maar het feit dat je je opzet zo knullig beschrijft, vertelt iets over je niveau als onderzoeker. </p><p>Zijn de uitkomsten van deze meting representatief voor doorsnee kinderen? Wat blijkt uit het citaat hierboven is dat de respondentengroep bestond uit twee delen. Men had kennelijk ongeveer 80% redelijk normale kinderen in de respondentengroep en ongeveer 20% kinderen die een psychiatrische diagnose hadden. Met andere woorden: de totale groep was volledig niet representatief!</p><p>Goed, maar we zijn nog steeds op zoek naar die 11 procent. Is dat nu een verzinsel van de pers of staat het echt in het onderzoeksverslag? In het 'abstract' van het verslag staat dit: </p><p></p><blockquote>"In early adolescence, 11% of participants reported gender non-contentedness." </blockquote><p>Met 'early adolescence' bedoelt men kennelijk de respondenten als ze rond de elf jaar zijn. Met 'gender non-contentedness' bedoelt men, niet schrikken:</p><p></p><blockquote>"Gender non-contentedness was assessed with the item "I wish to be of the opposite sex" of the Youth Self-Report (YSR; Achenbach & Rescorla, 2001) at T1 through T3 and with the same item of the Adult Self-Report (ASR; Achenbach & Rescorla, 2003) at T4 through T6. Participants indicated to which extent the statement applied to them during the past six months, by rating each item on a three-point Likert scale: 0-Not True, 1-Somewhat or Sometimes True, and 2-Very True or Often True"</blockquote><p>De bedoeling was dat de respondenten aangaven of de uitspraak, dat men de andere sexe wilde zijn voor hen van toepassing was: 'gedurende de afgelopen 6 maanden'. Met andere woorden: weer een extra bepaling in de vraag om de hele zaak nog moeilijker en lastiger te maken voor deze arme ongeveer elfjarigen.</p><p>Wat bedoelt men hier met 'Likert scale'. Als psychometricus ben ik uiteraard vertrouwd met die term, maar weet ik ook dat verschillende mensen daar verschillende dingen onder verstaan. De vraag is dus: wat bedoelt men er hier mee?</p><p>In dit geval gaat het om een enkel item. Men bedoelt er dan kennelijk een beoordelingsschaal mee, die loopt van helemaal oneens naar helemaal eens, waarop de respondent de intensiteit van zijn gevoel kan aangeven. Dus dit idee:</p><p></p><p></p><blockquote>helemaal oneens I----------------------------------------------I helemaal eens.</blockquote><p>De bedoeling is dat de respondent op het schaaltje via een kruisje aangeeft, waar men zit.</p><p>Onderzoekers vinden zo'n glijdende schaal echter vaak onhandig en perken dan de keuzemogelijkheden in. In dit geval had de respondent drie mogelijkheden. <br /></p><p></p><p></p><p>In dit geval zouden we dan krijgen: <br /></p><blockquote>0-Not True / 1-Somewhat or Sometimes True / 2-Very True or Often True.</blockquote><p>De alternatieven staan in volgorde van toenemende intensiteit. Het lijnstukje waarop men een kruisje kan plaatsen, heeft in dit geval geen functie meer en heb ik weggelaten. De bedoeling is dat de respondent het gewenste alternatief omcirkelt of onderstreept.</p><p>Maar op een normale Likert beoordelingsschaal is het midden altijd neutraal. Je bent het niet oneens met de stelling, maar ook niet eens. Je onthoudt je van een oordeel. Het middelste alternatief is hier '1-Somewhat or Sometimes True'.<br /></p><p>Dat betekent dus dat elfjarigen die het een lastige of moeilijke vraag vonden, veiligheidshalve het neutrale midden gekozen zullen hebben. De hoge response op deze vraag duidt daar ook op, men kon gewoon neutraal antwoorden. Er was geen reden de vraag over te slaan. De onderzoekers zien de keuze voor het neutrale midden echter at als een absoluut bewijs voor de 'gender non-contentedness' van de respondent.<br /></p><p></p><p>Het wordt echter nog gekker. We waren op zoek naar de 11 procent, die men in het 'abstract' vermeld heeft. Men heeft gemakshalve beide groepen (de gewone en de psychiatrisch gediagnostiseerde kinderen) bijelkaar genomen. Als je dat doet, krijg je de volgende aantallen. Ik zet ze in de volgorde van de schaalalternatieven:</p><p></p><blockquote>2392 / 250 / 66.</blockquote><p>Van de in totaal 2772 respondenten hebben 2392 + 250 + 66 = 2708 deze vraag beantwoord. Dat is afgerond 98 procent. Voor zo'n lastige vraag best veel. Dat maakt het extra plausibel, dat relatief veel respondenten gemakshalve het middelste alternatief hebben gekozen.<br /></p><p>De onderzoekers hebben vervolgens alle respondenten die alternatief 2 en alternatief 3 kozen, bijelkaar gekieperd. Duidelijk allemaal genderproblemen, geen twijfel mogelijk! Dat levert 250 + 66 = 316 respondenten op met een verondersteld genderprobleem.</p><p>Maar 316 van 2708 respondenten levert op 11,7 procent. Afgerond: 12 procent. En niet 11 procent zoals de onderzoekers stellen!</p><p>Nu scheelt dat maar een enkel procentje en het zou een ongelukkige en slordige afrondingsfout kunnen zijn. Aan de andere kant wordt dat foute percentage wel vermeld in het abstract en gecommuniceerd naar de pers. Je communiceert iets nadrukkelijk, maar je neemt niet de moeite om het eerst minstens drie keer te checken. Ben je dan een 'wetenschappelijk onderzoeker' of een 'ordinaire praatjesmaker'?</p><p>Dat is echter opnieuw nog niet alles. Wie de percentages in 'Table 1' van het artikel gaat checken, vindt een hele reeks percentages, die niet klopt. Men heeft er niet eenmaal een potje van gemaakt, maar men heeft er systematisch een potje van gemaakt. <br /></p><p>Nog zijn we er niet. Men stelde nadrukkelijk uit te gaan van een Likert-scale en vermeldde bij de alternatieven zelfs de schaalwaarden. Bij een Likert-scale tel je de punten van de respondent op alle vragen op tot de totaal-score. In dit geval was er slechts één vraag en haalt een respondent dus 0, 1 of 2 punten.</p><p></p><p>Maar dat betekent dus in ieder geval wel, dat je de respondenten die om wat voor reden dan ook kozen voor het middelste alternatief ook echt half moet rekenen. Je kunt als onderzoeker niet zo maar even een half goed antwoord opwaarderen tot een volledig goed antwoord. Deze 'onderzoekers' zien het probleem -- dat ze volledig zelf onnodig in het leven hebben geroepen -- echter niet. Waarom zou je de twijfelaars niet een puntje extra geven, moeten ze gedacht hebben.<br /></p><p></p><p></p><p>Als je het resultaat op de juiste manier berekent, krijg je: 250 x 0.5 + 66 = 191. Dat levert 191 van 2708 op, of 7,1 procent. Een belangrijk lagere waarde dan de 11 procent die de onderzoekers gevonden zeggen te hebben. En ook dan geldt nog steeds, dat die grote groep die het middelste alternatief koos mogelijk als neutraal antwoord toch volledig wordt meegerekend.<br /></p><p>Waarom dit geknoei met uitkomsten? Het artikel levert het antwoord. De 'onderzoekers' wilden aantonen dat genderdysforie in de jeugd heel normaal is. Men begon dus met een foute insteek. Men dacht niet, hoe zit dit nu precies? Nee, men wilde aantonen dat genderdysforie in de jeugd heel normaal is.</p><p>Vervolgens heeft men vanuit die instelling de nodige moeite gedaan om een lekker hoog percentage te 'vinden'. In werkelijkheid dus: 'te scheppen'.</p><p>Het doel van het onderzoek was niet te achterhalen, hoe het werkelijk zit in de harde wereld. Het doel van de 'onderzoekers' was hun geloof zo met 'feiten' te onderbouwen, dat ze het vervolgens breed konden communiceren. En het is duidelijk dat deze 'onderzoekers' in die opzet ook geslaagd zijn. Hun verhaal stond in ongeveer alle media.</p><p>Maar in werkelijkheid is dit niet het verhaal van serieuze onderzoekers, maar het verhaal van volgelingen/gelovigen die met hun boodschap een groot publiek aan zich hopen te binden en daardoor zelf in status hopen te stijgen. Het is in wezen een ultra-rechts strongman-verhaal. Het is een 'mooi' verhaal ophangen, dat niet klopt met de harde feiten.</p><p>Het lijkt me heel plausibel dat er veel kinderen zijn, die tijdelijk of misschien zelfs steeds, liever de andere sekse zouden zijn, mits je dat echt zou kunnen kiezen. Waarom niet? Maar dit onderzoek toont dat helaas niet overtuigend aan.</p><p>Wat dit onderzoek wel aantoont, is dat sommige onderzoekers de benaming 'onderzoeker' niet verdienen. We kunnen dat soort mensen misschien beter benoemen als 'pseudo-wetenschappelijke praatjesmakers'.</p><p>In dit geval is er echter nog belangrijk meer dan alleen een pseudo-wetenschappelijk artikel in een erkend tijdschrift met een onzin-verhaal. Het verhaal heeft in de landelijke media royaal aandacht gekregen. Slecht onderzoek is iets van alle tijden.</p><p>Maar dat de uitkomsten van zo'n onderzoek vervolgens massaal worden overgenomen door de dames en heren journalisten, zonder dat iemand ook maar even een poging doet het verhaal te checken, is mijns inziens een teken aan de wand. <br /></p><p></p><p>Deze uitkomsten passen naadloos in de grote trend van deze tijd. Steeds meer gebabbel en geleuter, steeds meer borrelpraat en onderbuik-verhalen. We kunnen dat meten als toenemende bevooroordeeldheid. En we merken het als toenemende irrationaliteit en andere gekkigheid. Al met al voorspelt dit helaas weinig goeds.</p><p> <br /></p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p></p><p></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><br /><p></p><p></p><h2></h2><p> </p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-67183752971719454992024-03-07T04:53:00.005+01:002024-03-12T02:40:51.748+01:00De strijd tegen overgewicht en de afnemende zelfbeheersing<p> </p><p>In een eerdere post (<b>https://stopdiscriminatie.blogspot.com/2024/03/3-waarom-eten-mensen-ongezond-ligt-het.html</b>) stelde ik de vraag: "Waarom eten mensen ongezond?" Ik veronderstelde dat dat onder andere ook iets te maken moest hebben met de 'persoonlijkheid' van de mensen.</p><p>Ik vind die laatste term een wat vaag woord, maar de ene mens is inderdaad de andere niet. Die verschillen tussen mensen in gedrag en karakter kunnen we soms meten en dat geeft een indicatie van hun persoonlijkheid.<br /></p><p>Ik dacht in het geval van gezond/ongezond eten aan de variabele die centraal staat in deze blog over discriminatie: bevooroordeeldheid. Bevooroordeeldheid komt in twee smaken. Ik dacht dat het vooral om de smaak 'rechts autoritarisme' moest gaan. Iets dat we kunnen meten met de RWA-schaal (Right Wing Authoritariansm-schaal) van wijlen Bob Altemeyer.</p><p>Wat is 'rechts autoritarisme' precies? Altemeyer heeft zich veel moeite gegeven dat begrip inhoudelijk af te bakenen. Hij schrijft daar in zijn boek The Authoritarians (2006) over op pagina 9:</p><p></p><blockquote>"Psychologically these followers have personalities featuring:<br />1) a high degree of submission to the established, legitimate authorities in their society;<br />2) high levels of aggression in the name of their authorities; and<br />3) a high level of conventionalism."</blockquote><p>Hoe moet je dat samenvatten? Dit zijn uiterst onderworpen, uiterst agressieve mensen, die het liefst volledig verdwijnen in hun groep van soortgelijken.</p><p><span style="font-size: x-small;"></span></p><blockquote><span style="font-size: x-small;">Wat voor mensen? Ogenschijnlijk keurige, aardige, sociale mensen. Maar in werkelijkheid: op bloed beluste monsters. Dit zijn 'the dogs of war'. Dit zijn de vechthonden van de strongman, ongedurig trekkend aan hun riem. Klaar om onheil, chaos en vernietiging te zaaien. Dit zijn de soldaten van de strongman. Deze mensen vormen aan de ene kant zijn voetvolk, de basis van zijn macht en zijn leger. Maar deze mensen vormen ook zijn inner circle, zijn élite.</span></blockquote> <br /><p></p><p></p><p>Verder dacht ik in dit verband een tweede variabele te zien: het omgaan met problemen. Je hebt mensen die ieder mogelijk probleem zelf bij de kop pakken en je hebt mensen die bij ieder mogelijk probleem luidkeels gaan klagen en de hulp van hun sociale omgeving eisen.<br /></p><p>In het Engels heet dat 'coping ability' en je kunt het meten met een vragenlijst als bijvoorbeeld 'neuroticisme' (een schaal van de ABV) maar dan omgekeerd. De mensen die laag scoren op neuroticisme zijn de grote doehetzelvers op het gebied van probleem oplossen. Deze koele kikkers formuleren het probleem, bestuderen het, verzamelen informatie en houden vol tot het probleem eindelijk echt is opgelost. De neurotici (de mensen die hoog scoren) gaan daarentegen luidkeels klagen. En hopen vervolgens dat hun sociale omgeving het probleem zal oplossen.</p><p>Bestaat het voetvolk van de strongman uit zulke erkende probleemoplossers? Dat lijkt uiterst onwaarschijnlijk. Het voetvolk (de volgelingen/gelovigen) verwacht dat de strongman op bovennatuurlijke wijze al hun problemen zal oplossen. Iets dat in de praktijk natuurlijk niet echt gaat gebeuren, integendeel. </p><p>Ik verwachtte dat die twee variabelen een rol zouden moeten spelen, zodra je zelf je eten moet kiezen uit een groot aanbod van gezond eten en veel lekker, maar ongezond eten. Wat doe je dan? Kies je voor lekker nu of voor gezondheid later? Kies je op de korte termijn of focus je op de lange termijn?</p><p>Je verwacht dus dat de persoonlijkheid van mensen met overgewicht een belangrijke rol moet spelen. Maar het vreemde is, dat je dat nooit in rapporten en artikelen terug ziet komen. Ik sloot die post daarom zo af:</p><p></p><blockquote>"En dat is een punt dat je in de rapporten en artikelen hierover bij mijn
weten nooit terug ziet komen. Men legt tot nu toe vrijwel nooit een
verband met de persoonlijkheid van mensen die ongezond eten, terwijl die
duidelijk wel een belangrijke rol lijkt te spelen."</blockquote><p>Klopt mijn veronderstelling dat mensen de persoonlijkheid van dikkerds niet wil zien als belangrijke factor? <br /></p><br /><p></p><p></p><p>Op maandag, 4 maart 2024 kwam ik in de Trouw (op pagina 3) een stuk tegen over hetzelfde onderwerp. De titel: <i>'De strijd tegen overgewicht kun je niet aan de markt overlaten'</i>. Dat verhaal had ik amper gelezen of ik kom op dinsdag, 5 maart 2024, in de Volkskrant op pagina 10 een vrijwel soortgelijk artikel tegen. De titel: <i>Nederlanders hebben steeds vaker overgewicht, want (ongezond) eten is overal</i>.<br /></p><p>Dat leek me een beetje veel toeval. Ogenschijnlijk was de aanleiding voor beide artikelen het CBS dat cijfers over het toegenomen overgewicht op maandag publiceerde. Maar beter lezen leerde dat beide artikelen zijn ingestoken door het Partnerschap Overgewicht Nederland (PON) dat volgens een van de twee artikelen een organisatie is 'die de overheid adviseert over obesitas'.</p><p>Wat is het PON? "Het PON heeft als missie een Nederland zonder overgewicht en obesitas", aldus haar website. Dat klinkt goed! </p><p>Wat is eigenlijk het verschil tussen overgewicht en obesitas? Met dat laatste woord blijkt 'ernstig overgewicht' bedoeld te worden. Het klinkt een beetje alsof deze blog zou heten: Stop Disciriminatie en Ernstige Discriminatie! Als je discriminatie stopt, stop je volgens mij ook ernstige discriminatie.</p><p>Maar gelukkig heeft het PON ook een 'visie'. En wel deze:</p><p></p><blockquote>"De visie van PON is het streven naar het verbeteren van de aanpak van overgewicht en obesitas, waaronder een stevige verbinding tussen het sociale en medische domein; het verbeteren van de gezondheid, kwaliteit van leven en verhogen van maatschappelijke participatie van personen met overgewicht en obesitas. De vier vormen van preventie (universeel, selectief, geïndiceerd en zorggerelateerd) zijn hierbij noodzakelijke randvoorwaarden."</blockquote><p>Bij het stoppen van discriminatie zie ik persoonlijk nog wel wat problemen, maar het PON lijkt al een heel uitgewerkt plan te hebben op welke manier het probleem van overgewicht volledig en voorgoed opgelost kan worden.</p><p>Laten we eens kijken. De aanpak van overgewicht en obesitas moet verbeterd worden, althans daar zegt het PON naar te streven. Mijn buurman is te dik, daar moet ik dus nodig wat aan doen. Maar dat is nog niet alles. Het sociale en het medische domein moet stevig verbonden worden! Het wat? Wat moet ik me daarbij precies voorstellen?</p><p>De gezondheid moet verbeterd worden. Men bedoelt vermoedelijk: van mensen met overgewicht. De kwaliteit van het leven moet verbeterd worden. Je zou denken: van alle Nederlanders, maar vermoedelijk is PON er alleen voor de echte dikkerds onder ons. De niet-dikkerds hebben gewoon het nakijken. Die moeten niet zo zeuren. Ik begin bijna mijn buurman te benijden.</p><p>Dan komt er een interessant stukje visie. De 'maatschappelijke participatie' van de dikkerds moet worden verbeterd. Wat bedoelt men? Ik denk: ze moeten dus meer uitgaan, ze moeten zich in het straatbeeld nadrukkelijker manifesteren en ze moeten vooral hun mond vaker en nadrukkelijker opentrekken. Kortom, het PON heeft een hele agenda klaar met punten, die men wil realiseren.</p><p> </p><p>Laten we nu naar de cijfers van het CBS kijken. Allereerst valt me op dat het in Trouw vermeldde niet klopt. Men stelt dat het percentage met obesitas (gedefinieerd via het BMI) verdrievoudigd is. In werkelijkheid liep het op van 5,4 procent naar 15,6 procent. Het is <i>bijna</i> verdrievoudigd.</p><p>Dan is er iets vreemds met die cijfers. Nederland scoort als een van de laagste landen in Europa. Er zijn een paar landen die nog lager scoren, maar dat zou ook kunnen komen doordat men daar zijn statistieken niet helemaal perfect op orde heeft. Hoe je het ook draait of keert: vrijwel geen enkel land in Europa heeft in verhouding zo weinig mensen met overgewicht als wij!</p><p>Maar het wordt nog gekker. In mijn eerdere post vermeldde ik dat al. Bepaalde landen en gebieden in de wereld hebben veel dikke mensen, maar Europa juist niet. En vervolgens behoren wij in dat Europa dus tot een van de drie landen met de minste dikkerds. Met andere woorden: vrijwel geen enkel land ter wereld heeft zo weinig dikkerds als Nederland. Een uitkomst die het PON kennelijk liever niet hoort.</p><p></p><p>Dat slaat in feite de grond onder beide artikelen behoorlijk weg. Niet dat obesitas geen probleem zou zijn voor sommige mensen. Maar vergeleken met andere landen eten de mensen in doorsnee vrijwel nergens zo matig als in Nederland!</p><p><br /></p><p>Wat moeten we doen om het overgewicht nog drastischer terug te dringen?<br /></p><p>Volgens het Trouw-artikel is de belangrijkste oorzaak: de ongezonde omgeving waar Nederlanders dag in dag uit in verkeren. Supermarkten bieden vooral ongezond eten aan, alcohol koppelen we aan gezelligheid, en er wordt volop fastfood aangeboden en verkocht. Dan is er ook nog al die tv-reclame voor chips en hamburgers.</p><p>Welk mensbeeld heeft men? Dit:</p><p></p><blockquote>"Het is sowieso al ontzettend moeilijk om je gedrag aan te passen, maar de maatschappelijke context maakt het bijna onmogelijk. We zijn feitelijk de hele dag bezig om ongezonde verleidingen te weerstaan. Daarom zou de overheid veel harder moeten ingrijpen."</blockquote><p>Belangrijk meer dan 80 procent van alle Nederlanders heeft geen overgewicht en kan alle verleidingen tot nu toe dus kennelijk prima weerstaan. Maar om de dikkers die al dat lekkers niet kunnen weerstaan, te redden van een wisse dood, moet de overheid de supermarkten gaan voorschrijven, wat die nog mogen aanbieden aan gezond eten. Alle fastfood moet verboden worden, evenals alle alcohol. TV-reclame voor snoep en fastfood is natuurlijk ook fout en moet ook verboden worden. Een aantal mensen in Nederland is te dik en nu moet de overheid haar verantwoordelijkheid nemen en alle Nederlanders voorschrijven, wat ze nog mogen eten.</p><p>In Europa is een vernietigende oorlog aan de gang, waar de NATO en Nederland ook tot over hun oren bij betrokken zijn, die tot nu toe uiterst slecht voor de NATO en ons verloopt, omdat er vrijwel geen leger meer is en ook geen munitie. Het toeslagenschandaal ligt net achter ons en is nog lang niet opgelost. Het luchtalarm is ondertussen ook afgeschaft, want dat was ook maar onnodig duur. Kortom, de overheid maakt er een gigantische puinzooi van, maar dat verhindert het PON niet met in haar kielzog beide kranten, om enthousiast te pleiten voor meer overheidsingrijpen.</p><p>Op een bepaald punt hebben we een lichtend voorbeeld. Hoogleraren die ter zake kundig waren, stelden in de tijd toen ik ging studeren (rond 1970) openlijk dat het drugsbeleid van de overheid net zo werkte als de beruchte drooglegging in Amerika. Men schiep een probleem, waar het eerst niet was. Inmiddels zijn we 50 jaar verder en is dat probleem alleen maar belangrijk groter geworden. Het is een soort verdienmodel voor overheidsinstanties geworden, die de burger moet onderhouden en bekostigen. Maar voor het PON en deze kranten is dat allemaal niet voldoende. De chaos mag nog best wat groter!</p><p>Wat valt me op in beide verhalen? Die arme, domme burger kan er zelf absoluut niets aan doen. Het is een willoos slachtoffer van het militair-industrieel complex, de markt, de economie, de supermarkten en de reclame. Hier ligt een taak voor de overheid! Het PON heeft al een heel stappenplan klaar. Verbieden al die rotzooi!</p><p>Het Volkskrant-verhaal begint zelfs met een pertinente onwaarheid: <br /></p><p></p><blockquote>"Er is geen bewijs dat de mensen die vandaag de dag met overgewicht kampen over minder zelfdiscipline beschikken dan de mensen die begin jaren tachtig nog op gewicht waren."</blockquote><p>Maar als er nu bijna driemaal zoveel dikkerds zijn als toen, dan moet er toch iets drastisch veranderd zijn? In de voorstelling van het PON wordt er nu als het ware driemaal zoveel zoet en vet eten aangeboden als toen. Maar dat klopt natuurlijk niet, want in 1980 kon je ook al overal snacks kopen en ook toen hadden mensen al behoorlijk wat te besteden.</p><p>Er blijft dus maar één mogelijkheid over. Een mogelijkheid waar het PON beslist niet aan wil. De mensen hebben in die ruim 40 jaar, in doorsnee, een stuk minder zelfbeheersing gekregen!</p><p>Dat klopt precies met wat ik in deze blog al vele malen heb betoogd. De mate van bevooroordeeldheid neemt steeds verder toe. Mensen worden steeds meer alfa (bevooroordeeld) en steeds minder bèta (onbevooroordeeld). Men gaat steeds meer denken vanuit de onderbuik (systeem 1). Vanuit zijn wensen, gevoelens, geloof en ideeën in plaats van dat men probeert te denken vanuit de harde feiten (systeem 2).<br /></p><p>Er zijn talloze tekenen die daar op wijzen. Die extreem verminderde zelfbeheersing als het om eten gaat, past daar perfect bij.<br /></p><p>Verder is het is ook wat je op grond van het soortenmodel (de theorie) moet verwachten. In moderne samenlevingen (waar de voedselvoorziening gebaseerd is op landbouw en dergelijke) wordt de alfa-bètafactor (bevooroordeeldheid) geleidelijk aan steeds hoger. De klassen met de meeste status en macht, zijn het minst productief, maar het meest consumptief. Het gevolg is dat steeds meer mensen zo hoog mogelijk in de sociale pikorde proberen te komen.<br /></p><p>Dat proces valt in de praktijk niet eenvoudig te stoppen. De geschiedenis leert dat dat proces uiteindelijk verwoestende en vernietigende gevolgen heeft. Een dergelijke samenleving (cultuur) vernietigt of uiteindelijk zichzelf of wordt vernietigd door een externe factor. <br /></p><br /><p></p><p></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p></p><br /><p></p><p> <br /></p><br /><p><br /><br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-82789566265670084092024-03-06T01:19:00.002+01:002024-03-09T03:43:50.334+01:00Waarom 65 miljoen doden niet voldoende zijn<p> </p><p>In de kranten die ik onder ogen krijg, kom ik regelmatig ingezonden brieven tegen van mensen die volstrekt zeker weten dat de manier om Poetin te beteugelen, is het onmiddellijk afschaffen van onze laatste restanten leger, vloot en luchtmacht. Als we dat maar doen, zullen we merken dat Poetin een heel aardige man is, waar geen kwaad in schuilt. Een man die alleen zijn eigen voormalige gebieden (alles achter het voormalige IJzeren Gordijn) veilig wil stellen en als compensatie voor de meegemaakte ellende heel misschien ook nog een paar kleine stukjes extra wil.<br /></p><p>Ik verbaas me altijd over die brieven. Hebben we dan helemaal niets geleerd van die overbodige Tweede Wereldoorlog en de Holocaust? Het antwoord moet kennelijk zijn: nee, daar hebben we niets van geleerd.</p><p>Maar hoe kan dat?</p><p>Ik wil dus graag begrijpen, hoe kennelijk redelijk ontwikkelde mensen (ze kunnen althans prima schriftelijk hun woordje doen) iets enorms als de Tweede Wereldoorlog met 65 miljoen doden kunnen wegdenken. Doen alsof het er nooit geweest is. Doen alsof we daar niets van hebben kunnen leren.</p><p>Wat ik denk te merken aan die brieven, is een bepaalde stelligheid. Als we dat nu maar gewoon doen, wat de briefschrijver aanbeveelt, komt het allemaal gegarandeerd helemaal goed. Het klinkt, als ik het zo opschrijf, een beetje alsof je een strongman hoort praten. Volg mij en jullie worden allemaal rijk! </p><p>De Volkskrant van zaterdag, 2 maart 2024, laat 'schrijvers en denkers' vertellen hoe het verder moet met Nederland. Dit keer mag Thomas van Aalten uitleggen, hoe hij worstelt met zijn pacifisme (Boeken & Wetenschap, p. 18).<br /></p><p>Wie is Thomas van Aalten?, vraag ik me af. Wikipedia omschrijft hem als 'schrijver/journalist'. Maar als ik even verder zoek, levert zijn LinkedIn-pagina meer duidelijkheid. Hij is 'journalist / writer / essayist' volgens eigen opgave 'freelance' en dat al sinds september 2001. Waarom 'writer' vraag ik me af. En wat precies is een 'essayist'? Is dat weer iets anders dan 'writer'?</p><p>Maar Van Aalten is volgens zijn LinkedIn-pagina nog veel meer. Hij is 'leerlijnendokter'. Maar dan wel: 'zelfstandig'. En dat is hij al vanaf 2023, volgens LinkedIn nu precies een jaar.</p><p>Daar stopt de veelzijdigheid van Van Aalten nog niet. Hij blijkt ook 'Coördinator Deeltijd COCB Hogeschool van Amsterdam' te zijn sinds juni 2023. Dus nog geen jaar.<br /></p><p>Ook dan zijn we er nog niet. Hij blijkt ook nog 'Onderwijskundig adviseur' bij het 'Mediacollege Amsterdam' te zijn sinds februari 2024. Dus iets meer dan een maand.</p><p>Wat me opvalt aan zijn LinkedIn-pagina is dat hij niets vermeldt over zijn opleiding. Toch niet helemaal onbelangrijk dunkt me, als je iemand een beetje wilt plaatsen. Zijn Wikipedia-pagina vermeldt daar wel iets over, namelijk dit: "terwijl hij aan de Hogeschool Holland in Diemen in 2001 zijn diploma haalt aan de opleiding Tekstschrijven, een specialisatie van de opleiding Communicatie". Hij heeft dus een diploma Tekstschrijven gehaald aan de Hogeschool Holland in 2001. Wel, dat is beter dan niks.<br /></p><p>Maar waar ontleent hij dan precies zijn grote onderwijskundige kennis aan? Wikipedia vermeldt op dit punt niets en ook zijn LinkedIn zwijgt in alle talen. Kennelijk is het zo, dat hij op dit punt nooit echt formeel onderwijs heeft gevolgd.</p><p>Natuurkundigen zeggen wel eens tegen mensen die allerhande slimme opmerkingen over de relativiteitstheorieën van Albert Einstein denken te moeten maken: joh, je hebt vast helemaal gelijk, maar ga eerst even je natuurkundestudie afronden, daarna praten we verder.</p><p>Maar ik geef toe, als je de opmerkingen hoort en leest die afgestudeerden in de onderwijswetenschappen soms maken (ik ben zelf afgestudeerd in de onderwijspsychologie), dan is dat inderdaad misschien vaak volstrekt overbodig. </p><p>Goed, Van Aalten is dus een uiterst veelzijdig mens, dat overal verstand van lijkt te hebben.</p><p>Wat schrijft hij over zijn pacifisme in deze moeilijke tijden?</p><p>Laat ik eerst iets opmerken over de stijl. Ik heb even terug de jaarlijkse brief van Warren Buffett gedeeltelijk gelezen. Wat mij in die paar bladzijden, die ik inmiddels gelezen heb, trof, was zijn stijl. Zo helder, zo duidelijk, zo logisch, zo rationeel. Ik werd daar helemaal blij van. Je zou willen, dat iedereen zo schreef. En zo helder kon formuleren en denken.</p><p>Wel. de stijl van Van Aalten is eigenlijk volledig het tegenovergestelde. Het springt van de hak op de tak. Vaak kan ik het betoog helemaal niet volgen en snappen. Zit er een duidelijk lijn in? Volgens mij niet.</p><p>Laat ik een alinea citeren:</p><p></p><blockquote>"Gekscherend riep mijn vrouw op de avond van de verkiezingsuitslagen: 'Ik word de nieuwe Ulrike Meinhof!' Ach, ooit was de gewapende strijd voor intellectuelen helemaal geen gekke optie. Filosoof Jean-Paul Sartre bezocht ongeveer een halve eeuw geleden (4 december 1974 om precies te zijn) Andreas Baader, een van de grondleggers van de Rote Armee Fraktion (RAF)."</blockquote><p>Ik weet niet of zijn vrouw dat echt uitriep. In het nieuws was kort geleden het oppakken van een voormalig RAF-lid dat al meer dan dertig jaar werd gezocht. Kennelijk wordt daarom nu opeens de RAF ter sprake gebracht.</p><p>Maar wat ik toevallig wel weet, is dat Satre bepaald niet iemand was, die in bezet Frankrijk de wapens opnam tegen de Duitsers of op andere manieren aan het verzet deelnam. Integendeel, hij probeerde dikke maatjes te blijven met Duitse officieren. Om het simpel te stellen: hij was bepaald niet vrij van fascistische gevoelens.</p><p>In het citaat komt ook weer die term 'intellectuelen' voor. Eerder in het stuk schreef Van Aalten: "Het is voor de goedmoedige intellectueel wennen bij de ochtendkoffie". Uit het vervolg blijkt dat hij daarmee zichzelf bedoelt. Over mensen die zichzelf zien als 'intellectueel' is wel het een en ander bekend. Om maar iets te noemen: dat zijn onmiskenbaar alfa's. Daar zal ik het in dit verband maar even bij laten.</p><p>Hij sluit zo af:</p><p></p><blockquote>"Laat ik me hier dan toch maar uitspreken vóór bewapening, in godsnaam. Wel volgens verstandige receptuur: om de bezetting van Oekraïne en de bezetting van Gaze een halt toe te roepen. Kunnen we daar geen handige deel uit slepen?"</blockquote><p>Eerder heeft hij geschreven:</p><p></p><blockquote>"Wat moet ik als schrijver in godsnaam van wel of niet bewapenen vinden? Mijn literaire vader Albert Camus was een pacifist, daar heb ik me altijd aan vastgeklampt. Ik was principieel tegen geweld, punt. Oorlog en crisis gouden tijden voor een schrijver? Helemaal niet, of je moet in herinnering brengen dat de eerste fabrikant van typemachines (Remington & Sons) ook een wapenfabrikant was."</blockquote><p>Eerst was hij principieel pacifist! Maar nu opeens niet meer! Hmm, waarom was hij eigenlijk pacifist? Nou, zijn 'literaire vader' (Albert Camus) was dat ook. Duidelijk toch?</p><p>Hoe je het ook draait en keert, dit lijkt me geen echte bèta. Dit is geen echt onbevooroordeeld mens. Integendeel, dit lijkt een volstrekte alfa te zijn. Iemand die extreem bevooroordeeld is, alles wil doen om hogerop te komen en geen normen en grenzen ziet.</p><p>De reden om zichzelf te verkopen als 'pacifist' is puur sociaal. Als dat goed valt, is hij volledig pacifist. Zodra dat niet meer goed valt, is hij het niet meer. Simpel toch?<br /></p><p>Na de oorlog werd een fervente nazi opgepakt en ondervraagd. In de oorlog had hij talloze toespraken gehouden waarin hij fel afgaf op die smerige Joden, die uiteraard zo snel mogelijk zo volledig mogelijk vernietigd moesten worden.</p><p>Maar bij zijn ondervragingen was hij dat allemaal volledig vergeten. Hij wist heel zeker, hij had absoluut niets tegen Joden. Dat waren bij wijze van spreken zijn beste vrienden.</p><p>Mensen dachten, dat hij loog. Maar als het soortenmodel klopt -- en dat doet het onmiskenbaar, althans tot nu toe -- dat sprak hij niet bewust onwaarheid. Als alfa zag hij de harde realiteit niet, en dus wat deed dan de precieze inhoud van zijn voormalige redevoeringen ertoe? Tijdens de bezetting probeerde hij gewoon een verhaal op te hangen en rond te bazuinen, dat goed viel bij zijn hogergeplaatsten. Na de bezetting waren die hogergeplaatsten opeens Geallieerde ondervragers. En dus probeerde hij nu die te vertellen, wat ze 'mooi' vonden. Zoals de wind waaide, zo waaide zijn rokje, zegt men dan wel.<br /></p><p>Terug naar de vraag van deze post: waarom zijn 65 miljoen doden niet voldoende? De meeste mensen zijn in meer of mindere mate bevooroordeeld. Als we wat voorzichtig schatten, verwacht je minimaal een 80 procent. </p><p>Dit zijn sociale mensen in de zin dat ze zich of thuis voelen in een machtige groep of daar op zijn minst belangrijk en machtig in willen worden. Deze mensen leven in een sociale werkelijkheid. Wat er in de Tweede Wereldoorlog gebeurd is, zal hun worst zijn. De sociale werkelijkheid bepaalt hun denken.</p><p>Nu vinden ze collectief Poetin een slechterik, zodra die hier de baas is, lopen ze zich het vuur uit de sloffen om het hem naar de zin te maken. Dat is waarom 65 miljoen doden niet voldoende zijn. In de wereld waarin deze mensen leven, zijn die doden weggevallen. Ze zijn er gewoon niet langer. Dat was toen, we leven nu in het nu.</p><p>Of zoals de site van Happinez stelt:</p><p></p><blockquote>"Door in het nu te leven raak je bevrijd van je denken, dat je voortdurend bestookt met negatieve gedachten, zorgen en angsten."</blockquote><p>Laten we toch genieten! Na ons de zondvloed! <br /></p><br /><p></p><p> <br /></p><br /><p></p><br /><p></p><p> <br /></p><br /><p></p><p><br /></p><p><br /></p><p> <br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-86403206255728343132024-03-04T00:47:00.004+01:002024-03-09T03:41:48.204+01:00De verzorgingsstaat vernietigt uiteindelijk zichzelf<p> </p><p><span style="font-size: xx-small;">Laatst bijgewerkt: 9/3/2024 om 3.44</span> <br /></p><p> </p><p>Op TPO.nl vind ik een Premium-artikel van Paul Krugman gedateerd 27-02-2024. De titel is: "Het mysterie van blanke plattelandswoede" (<b>https://tpo.nl/2024/02/27/het-mysterie-van-blanke-plattelandswoede/</b>).</p><p>Krugman buigt zich over de economie van het Amerikaanse platteland. Het deel van het land dat ook wel bekend staat als 'Trump-country''.</p><p>De agrarische output is vervijfvoudigd ten opzichte van 75 jaar geleden, maar het aantal mensen dat daarvoor nodig, is nog maar een derde van toen.</p><p>De kolenproductie is afgenomen en door nieuwe technieken is het aantal benodigde arbeiders nog slechts 20% van wat het eerst was.</p><p>De fabrieken in de kleine stadjes draaien niet langer of niet meer goed. Door de technologische revolutie zitten alle grote techniekbedrijven nu in of bij grote steden. De reden daarvoor is dat deze bedrijven grote aantallen hoog opgeleide werknemers nodig hebben, die ze in een kleine stad niet kunnen vinden.</p><p>Wonen in of bij een grote stad is vaak extreem duur. Het is daardoor voor mensen op het Amerikaanse platteland weinig aantrekkelijk om naar een grote stad te trekken en daar werk te zoeken. Daar komt bij dat veel Amerikaanse plattelanders weinig zin hebben om hun gezin mee te slepen naar een grote stad, gesteld dat ze dat zouden kunnen betalen.</p><p>En dan komt er een passage waar ik van schrik:</p><p></p><blockquote>"Dus zouden we deze gemeenschappen niet moeten helpen? Dat doen we. Federale programma’s – zoals sociale zekerheid, medicare, medicaid en meer – zijn beschikbaar voor alle Amerikanen, maar worden onevenredig gefinancierd door belastingen betaald door welvarende stedelijke gebieden. Als gevolg hiervan vinden enorme de facto overdrachten van geld plaats van rijke, stedelijke staten zoals New Jersey naar arme, relatief landelijke staten zoals West Virginia."</blockquote><p>Krugman vervolgt dan met:</p><p></p><blockquote>"Hoewel deze overdrachten de ontberingen van landelijk Amerika enigszins verzachten, herstellen ze niet het gevoel van waardigheid dat verloren is gegaan samen met landelijke banen. En misschien verklaart dit verlies aan waardigheid zowel de blanke landelijke woede als waarom die woede zo verkeerd gericht is – waarom het behoorlijk duidelijk is dat deze november een meerderheid van de blanke plattelands-Amerikanen opnieuw zal stemmen tegen Joe Biden, die als president probeert banen naar hun gemeenschappen te brengen, en voor Donald Trump, een oplichter uit Queens die weinig anders biedt dan bevestiging voor hun wrok."</blockquote><p>En even verderop:</p><p></p><blockquote>"Behoorlijk wat landelijke staten hebben ook hoge percentages van moord, zelfmoord en geboorten aan alleenstaande moeders – opnieuw niet omdat plattelands-Amerikanen slechte mensen zijn, maar omdat sociale wanorde is, zoals de socioloog William Julius Wilson lang geleden over stedelijke problemen heeft betoogd, wat er gebeurt wanneer werk verdwijnt." </blockquote>Krugman eindigt zo:<p></p><p></p><blockquote>"Het resultaat – waarvan ik op een bepaald niveau nog steeds moeilijk te begrijpen vind – is dat veel blanke plattelandskiezers politici steunen die hen leugens vertellen die ze willen horen. Het helpt verklaren waarom het MAGA-verhaal relatief veilige steden zoals New York afschildert als misdaadovergoten hellevuren, terwijl landelijk Amerika het slachtoffer is, niet van technologie, maar van illegale immigranten, ‘woke’ zijn en de diepe staat.<br /><br />Op dit punt verwacht je waarschijnlijk een oplossing voor deze lelijke politieke situatie. Schaller en Waldman bieden inderdaad enkele suggesties aan. Maar de waarheid is dat hoewel blanke plattelandswoede wellicht de grootste bedreiging is voor de Amerikaanse democratie, ik geen goede ideeën heb over hoe deze te bestrijden."</blockquote><p>Wat Krugman hier vertelt, was mij tot nu toe niet echt bekend. Het Amerikaanse platteland ontvangt enorme bedragen aan steun van de rijke stedelijke gebieden.</p><p>Maar wat gebeurt er, als je je hand moet ophouden om een aalmoes te mogen ontvangen van een rijk heer? Om te beginnen is dat niet leuk. Je kunt beter in de positie van rijk heer zitten, dan in de positie van bedelaar. En dan krijgt iemand anders, die bijvoorbeeld zwart is, voor je idee vaak meer. Zelfs bij dieren lijden dat soort situaties tot woede-aanvallen. Dat is niet eerlijk? Dat is gemeen!</p><p>Wat er in feite gebeurt, is dat het systeem 1 denken (het vragen, het bedelen, de boze underdog spelen) versterkt wordt, terwijl het systeem 2 denken niet ontwikkeld wordt. Dat systeem 2 denken werd ook al niet ontwikkeld doordat men vaak werkeloos is. En als je in een landelijke gemeenschap woont, is het onderling contact vaak sterker en frequenter dan in een massale stad. Ook door al die onderlinge contacten wordt het systeem 1 denken bevorderd.</p><p>Met andere woorden: door al die overdrachtsregelingen -- die we ook in Nederland op grote schaal hanteren -- maken we mensen erg bevooroordeeld. En zodra ze dat zijn, gaan ze op Trump of Wilders of een andere strongman stemmen, die ogenschijnlijk hun taal spreekt en hun vertelt, wat ze graag willen horen. <br /></p><p></p><p></p><p>Samgevat: de verzorgingssstaat vernietigt op termijn de democratische
orde waarop ze is gebaseerd. De verzorgingsstaat vernietigt uiteindelijk
zichzelf!</p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p></p><p></p><p> <br /></p><br /><p></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-71697148559071335882024-03-03T03:57:00.004+01:002024-03-09T03:38:50.770+01:003. Waarom eten mensen ongezond? Ligt het aan hun coping-ability (neuroticisme) en rechts autoritarisme (RWA)?<p> </p><p></p><p>De vier wetenschappers waarover de vorige blogpost handelde, zien een verband tussen de prijs van voedsel en de gezondheid daarvan. Ongezond eten zou goedkoper zijn dan gezond. Dat verklaart waarom mensen uit de sociaal lagere klassen vaak ongezond eten.</p><p>Dat klinkt plausibel, maar klopt niet. De eerste veronderstelling is fout. Goedkoop eten is lang niet altijd ongezond eten. Terwijl duur eten vaak helemaal niet zo gezond is.</p><p>Men veronderstelt dus een verband en doet vervolgens alsof dat verband ook echt bestaat en door alle mensen die er verstand van hebben, geaccepteerd wordt. Overtuigender bewijs voor de bevooroordeeldheid van deze 'onderzoekers' is moeilijk denkbaar, lijkt me.<br /></p><p>Die ogenschijnlijk vreemde en irrationele manier van betogen ('denken' is hier een te groot woord) valt te verklaren met het soortenmodel. Deze 'onderzoekers' proberen een 'mooi' verhaal te verkopen in hun groep (van andere bevooroordeelden) om zelf hoger in die groep te komen. <br /></p><p>Opnieuw evidentie dat het soortenmodel werkt.<br /></p><p>Maar hoe zit het dan met het gedrag van mensen die vaak ongezond eten? Waarom doen mensen dat?</p><p>Doen mensen dat omdat ze weinig geld hebben? Ik heb net een kaartje gezien van The Economist met daarop de landen waar mensen te zwaar zijn. De landen die daarop fel rood kleuren zijn de VS en de rijke olielanden in het Midden-Oosten. Kennelijk is het dus eerder andersom. Waar mensen behoorlijk wat geld te besteden hebben, gaat het helemaal mis.<br /></p><p></p><p>In de vorige post noemde ik een aantal problemen, die kunnen maken dat wanneer je weinig geld hebt, het lastig is om gezond te eten. Ik noemde:</p><p>- als je geen goede huisvesting hebt, wordt gezond eten veel lastiger;</p><p>- zodra je honger hebt, ga je gemakkelijker iets kopen, terwijl wat je koopt dan misschien niet zo gezond is, maar vooral zoet en vet;</p><p>- als je weinig geld hebt, heb je automatisch ook geldzorgen en ook dat leidt ertoe, dat je gemakkelijker maar wat koopt en naar binnen werkt;</p><p>- voor een goede maaltijd is een hele keten van activiteiten noodzakelijk: je moet plannen, boodschappen doen, koken, en daarna opruimen en afwassen en de rest zo mogelijk zo bewaren, dat je die later nog kunt gebruiken.</p><p>Na het schrijven van die post, vroeg ik me af: klopt dit allemaal? Wat weet ik eigenlijk op grond van mijn psychologische kennis over dit probleem?</p><p> </p><p>Stel je hebt weinig geld en je hebt honger. Dan heb je dus een probleem. Maar naar het omgaan met problemen (coping behavior) heb ik ooit onderzoek gedaan. Dat onderzoek leverde een duidelijke conclusie. Die helaas niemand leek op te pikken.<br /></p><p>Ik vond met mijn ongeveer 10 verschillende instrumenten (vragenlijsten) over het omgaan met problemen steeds dezelfde factor. Al mijn vragenlijst bleken mensen op precies dezelfde manier te ordenen. Die ene factor bepaalt kennelijk hoe mensen met problemen omgaan.</p><p>Dat ik die ene factor vond en betrouwbaar kon meten, betekent ook dat mensen in het omgaan met problemen op die factor sterk verschillen. Er bestaan min of meer twee totaal verschillende groepen mensen op dit punt. Mensen die geboren probleemoplossers zijn en mensen die kennelijk zo geboren zijn, dat ze hun problemen niet aanpakken, maar vooral luidkeels kenbaar maken. Vermoedelijk op zoek naar hulp en bijval van andere mensen.<br /></p><p>De factor die ik vond, correleerde hoog met de neuroticisme-schaal (van de ABV). Neuroticisme wordt ook wel omschreven als 'klaaggedrag' en als 'emotionele stabiliteit'. Maar kennelijk valt neuroticisme dus ook te interpreteren als het vermogen om niet goed om te gaan met problemen. Mensen die hoog scoren op neuroticisme, bleken slechte probleemoplossers. <br /></p><p></p><p>Aan de ene kant heb je dus mensen die proberen alle problemen zelf op te lossen, aan de andere kant heb je mensen die vooral opgewonden, angstig en boos worden en vervallen in luid geklaag. Als hun moeder aanwezig is (zo lang ze kind zijn), kan dat natuurlijk prima werken, maar zonder hulpvaardige vader of moeder in de omgeving zal dat natuurlijk vaak minder goed werken.</p><p>Je kunt je zelfs afvragen of het met een hulpvaardige sociale omgeving uiteindelijk wel goed kan werken. In die batterij van vragenlijsten werd ook naar de hoeveelheid problemen gevraagd, die men dacht te hebben. Mensen die hun problemen proberen uit te besteden aan anderen krijgen kennelijk steeds meer problemen.<br /></p><p>Dat betekent dus echt, dat je goede probleemoplossers hebt en slechte. Maar dan moet dat ook terugkomen zodra je eten nodig hebt. Neurotische mensen zouden dan dus minder verantwoord moeten eten dan de koele kikkers onder ons.</p><p> </p><p>Dan is er natuurlijk nog een andere variabele, die grote impact heeft op mensen. Dat is bevooroordeeldheid. Denk je vanuit je emoties en ideeën of denk je precies omgekeerd, vanuit de harde feiten.</p><p>Bevooroordeelde mensen vallen uiteen in drie groepen. Van die drie groepen scoren er twee hoog op rechts autoritarisme (RWA) en één laag. Die laatste groep (RWA-,SDO+) betitel ik wel als 'men of action': ze kunnen scherp denken (systeem 2) en hebben een grote drive hogerop te komen. Om die reden zijn het ideale generaals en officieren voor de strongman. Maar door die reden omarmen ze ook openlijk en enthousiast de vooroordelen van de groep.</p><p>Je moet dus verwachten dat deze koele kikkers als het gaat om hun eigen persoonlijke problemen, niet automatisch de onzin-verhalen van de groep zullen geloven. Op zulke momenten kunnen ze best even akelig realistisch worden.</p><p>De mensen die zich blindelings laten leiden door de vooroordelen van de groep vind je vooral aan de rechterkant, bij de rechtse autoritaristen (RWA+). Dit zijn mensen die het systeem 2 denken niet of amper beheersen.<br /></p><p></p><p>Ik zou dus verwachten dat vooral de rechtse autoritaristen (mensen die hoog scoren op RWA) gericht zullen zijn op directe bevrediging van hun hongergevoel.</p><p><br /></p><p>Of dit allemaal inderdaad het geval is, weet ik niet. Ook de relatie tussen neuroticisme en rechts-autoritarisme is me op dit moment niet goed duidelijk. Ik zou daar graag meer onderzoek naar willen zien.</p><p>Maar in ieder geval lijkt duidelijk dat de manier waarop een mens omgaat met problemen (neuroticisme) en de manier waarop men denkt (bevooroordeeldheid en rechts autoritarisme) invloed moeten hebben op de manier waarop men -- bij voldoende aanbod -- zijn eten kiest.</p><p>En dat is een punt dat je in de rapporten en artikelen hierover bij mijn weten nooit terug ziet komen. Men legt tot nu toe vrijwel nooit een verband met de persoonlijkheid van mensen die ongezond eten, terwijl die duidelijk wel een belangrijke rol lijkt te spelen.</p><p> </p><p><br /></p><br /><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p> <br /></p><br /><p><br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-71957583078185367322024-02-28T04:19:00.004+01:002024-03-01T03:52:03.192+01:002. Wat gaat er mis in die vier universitaire hoofden?<p></p><br /><div class="Ar Au Ao" id=":2rq" style="display: block;"><div aria-controls=":2u0" aria-expanded="false" aria-label="Berichttekst" aria-multiline="true" aria-owns=":2u0" class="Am aiL Al editable LW-avf tS-tW tS-tY" contenteditable="true" id=":2rm" role="textbox" spellcheck="false" style="direction: ltr; min-height: 416px;" tabindex="1">
<p>In de vorige blogpost ging ik in op een artikel in de Volkskrant
(22/2/2024) waarin vier universitaire docenten nogal wat onzin leken te
beweren. Tot overmaat van ramp leken ze zelf niet duidelijk te hebben,
wat ze precies wilden beweren.</p><p>We zouden die zaak natuurlijk
kunnen laten rusten en met de mantel der liefde bedekken. Maar het is
juist de taak van deze blog om te achterhalen waarom mensen heilig
geloven in volstrekt wilde verhalen. <br /></p><p></p><p>Wat wilden deze
vier docenten nu eigenlijk precies beweren? Ik denk het volgende. Als je
een krappe beurs hebt, kies je snel voor ongezonde voeding. Als je de
stelling op die manier formuleert, heb je in de praktijk vast gelijk.
Mensen met een krappe beurs, eten vaak ongezond.</p><p>Maar daar mag je
natuurlijk niet uit afleiden, dat ze ongezond eten, omdat ze een krappe
beurs hebben. Terwijl dat voor je gevoel wel heel verleidelijk is, als
je associatief denkt. Ze hebben weinig geld en daardoor eten ze
ongezond! Het klinkt plausibel, maar zo simpel ligt het niet.</p><p>Het
eerste probleem dat door alles heen loopt, is het huisvestingsprobleem.
Als je op straat leeft, kun je niet voor jezelf een lekker bordje
havermoutpap maken. Als je trekt met een tentje, kan dat nog net wel.</p><p>Een
tweede probleem is dat je, zodra je honger hebt, andere dingen en meer
dingen gaat kopen dan wanneer je geen honger hebt. Dat effect treedt ook
op, wanneer je zorgen hebt en met een krappe beurs heb je automatisch
zorgen.</p><p>Een derde probleem is dat je nogal wat moet doen, voordat
je een fatsoenlijke maaltijd op tafel hebt. Je moet bedenken wat je
nodig hebt, je moet boodschappen gaan doen, je moet alles klaarmaken en
bereiden en je moet zorgen, dat als je wat over hebt, dat zo wordt
opgeslagen, dat het niet verloren gaat. Met andere woorden: je moet een
goede koelkast hebben en ook zorgen dat die het doet en schoon is.</p><p>Al
die zaken maken dat het veel gemakkelijker is, zodra je geld hebt, even
ergens wat te kopen dat lekker vet en zoet is en dat naar binnen te
werken.</p><p>Ben ik te kritisch geweest? Lees ik in het verhaal iets,
dat ze helemaal nooit gezegd hebben? Als ik het artikel weer lees, staat
daar:</p><p></p><blockquote> "De consensus in de wetenschap is duidelijk: ongezond eten is goedkoper dan gezond eten."</blockquote><p></p><p>Die
manier van formuleren stuit mij al tegen de borst, want een
wetenschapper die afgaat op consensus in zijn vakgebied, gaat niet af op
de harde feiten. Met andere woorden: is geen fatsoenlijke
wetenschapper. Maar wat men beweert, staat er daarna heel duidelijk:
"ongezond eten is goedkoper dan gezond eten".</p><p>Ik heb nog een
Schwarzwalder Kirschtorte in de diepvries staan. Erg lekker, niet echt
gezond en behoorlijk duur. Er zijn dus legio voorbeelden te vinden
waaruit blijkt, dat de stelling niet klopt.</p><p>Bij zoeken op internet vind ik: <b>https://www.fit.nl/voeding/gezond-eten-duurder</b>.
Erik Huizenga, leefstijlcoach, stelt het daar na een genuanceerd
onderzoek zo: "Gezond eten hoeft niet heel erg duur te zijn". </p><p>Hoe
kom je er nu met zijn vieren bij om tegen alle harde evidentie in met
een hoop bombarie te beweren dat de consensus in de wetenschap duidelijk
is: ongezond eten is goedkoper dan gezond.</p><p>Het eerste deel laat zien dat je niks snapt van wetenschap, het tweede deel is aantoonbaar onjuist.</p><p>Wat gaat er mis in die vier universitaire hoofden?</p><p>Ik
denk dat het eerste deel van de zin boven de vraag hierboven, een
belangrijk deel van het antwoord bevat. Deze vier mensen begrijpen niets
van natuurwetenschappelijk onderzoek. Het zijn wel mensen die
gestudeerd hebben, maar ze hebben geen idee van wat
natuurwetenschappelijk onderzoek precies is en moet zijn.</p><p>Met
andere woorden: dit zijn alfa-wetenschappers. Dit zijn mensen, die
geloven dat de echte 'experts' het op een of andere manier allemaal
feilloos weten. Ze denken in status en niet in harde feiten. Je moet
mensen duidelijk maken dat je heel belangrijk en heel hoog bent, daarna
geloven ze je klakkeloos en heb je automatisch gelijk. (Alleen die
verdomde bèta's doen daar moeilijk over.)</p><p>Dat verklaart ook
het tweede deel van de bewering. Iedereen die zijn ogen open heeft, ziet
onmiddellijk dat het volstrekte onzin is, maar deze vier talking heads niet. Ze zien de harde werkelijkheid niet, daar
hebben ze geen boodschap aan. Ze zijn volledig gericht op de eigen groep
en proberen daarin zo hoog mogelijk te komen. Een 'mooi'
verhaal in de Volkskrant is dan nooit weg.</p><p>Dat koppelt aan het
volgende punt. Alfa's hanteren graag de Grote Leugen. De volledige
omkering van de werkelijkheid. Voor niet-alfa's is dat vaak zo
onvoorstelbaar, dat ze geneigd zijn te denken: dat verzin je toch niet
meer? Voor andere alfa's is die volledige omkering geen probleem, omdat
ze de harde werkelijkheid ook niet relevant vinden en daardoor ook niet
zien.</p><p>Mijn verklaring is dus: het gaat hier om double highs, om
mensen die hoog scoren op rechts autoritarisme en sociale dominantie en
daardoor extreem bevooroordeeld zijn.</p><p>Als dat inderdaad zo is, zou
je die vooringenomenheid in hun artikel terug moeten kunnen vinden.
Wel, dat gaat ook prima. Je hoeft alleen te zoeken naar alle mogelijke
wilde (ongefundeerde) veronderstellingen. Een aantal van die wilde
veronderstellingen heb ik besproken in mijn vorige post. In deze post
zijn opnieuw enkele aan de orde geweest.</p><p>Wat is mijn verklaring in
gewone mensentaal? Deze mensen houden een verhaal dat erop gericht is
een niet kritisch publiek te overtuigen van hun eruditie en status met
een 'mooi' verhaal. Een verhaal met vooroordelen die hun doelgroep
'mooi' vindt en graag hoort. Het streven is slechts om op die manier
zelf hoger in de groep te komen.</p><p>Daardoor komt men met zo'n ongefundeerde
uitspraak, waarvan vrijwel iedereen die zijn ogen wat open houdt, al
door heeft, dat die niet klopt. Maar de mensen in hun groep vinden het
ongetwijfeld een prachtige uitspraak, die bevestigt, wat ze al dachten.<br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p>
</div></div><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-88334312654220122024-02-26T04:22:00.006+01:002024-02-28T04:20:22.438+01:001. Vier onzin verkondigende universitaire docenten<p> </p><p><span style="font-size: xx-small;">Laatst bijgewerkt: 28/2/2024 om 4.23</span> <br /></p><p><br /></p><p>Kunnen we echt niets doen tegen de steeds verder stijgende verrechtsing? De mate van bevooroordeeldheid dus. <br /></p><p>Volgens mij is er op dit moment eigenlijk slechts één variabele bekend, waarvan we weten dat die een duidelijk verband heeft met bevooroordeeldheid, terwijl die in beginsel ook beïnvloedbaar is. Die variabele is de hoeveelheid onderwijs die men gevolgd heeft. Het opleidingsniveau. Hoog opgeleide mensen zijn, gemiddeld genomen, minder bevooroordeeld dan laag opgeleide mensen.</p><p></p><p>Opleidingsniveau en bevooroordeeldheid zijn dus gekoppeld. Maar als je de krant leest, slaat de schrik je soms om het hart. <br /></p><p> </p><p>In de Volkskrant van 22/2/2024 (p. 27) trekken vier universitaire docenten die werkzaam zijn bij een academisch ziekenhuis (UMC Amsterdam) van leer tegen een aantal eerder verschenen opiniestukken in de Volkskrant, die suggereerden dat gezond eten niet duur hoeft te zijn.</p><p>De titel van het artikel met het onderschrift luidt:</p><p></p><blockquote><p>"<b>Pas op voor goedkope stemmingmakerij met huis-tuin-en-keukenonderzoek</b></p><p>Het moet toch eenvoudig zijn om een gezonde en tegelijk goedkope maaltijd op tafel te zetten, luidt de publieke opinie. De wetenschap weet beter: mensen met een krappe beurs kiezen niet zomaar voor ongezonde voeding". </p></blockquote><p></p><p>Laten we hier even bij stil staan. Wat is er mis met huis-tuin-en-keukenonderzoek, vraag ik me af? Deze vier wetenschappers geloven kennelijk dat echt onderzoek daar beslist niet kan plaatsvinden. Dat lijkt me een foute gedachte.</p><p>Als het goed is, doe je thuis, in de woonkamer, in de tuin en in de keuken regelmatig kleine onderzoekjes. En soms zelfs behoorlijk grote.</p><p>Het onderzoek dat ten grondslag ligt aan het dubbele proefschrift van mijn vrouw en mij is bijvoorbeeld volledig thuis gedaan (de dataverzameling natuurlijk niet). De universiteit kreeg voor die dubbele promotie een premie van iets minder dan twee ton. Het totale onderzoek begroot ik zelf qua geïnvesteerde tijd en overige kosten op iets van drie miljoen. Het idee dat je vanuit je huis geen behoorlijk onderzoek kunt doen, is dus ongefundeerd.</p><p>Sterker nog: als je echt onderzoek wilt leren doen, lijkt het eigen huis me een prima plek om daar mee te beginnen. Ik herinner me nog levendig, hoe ik als dertienjarige geworsteld heb om de valproeven van Galilei te herhalen. Volgens prof. George Gamow zou dat uitermate eenvoudig zijn, maar ik leerde daardoor dat dat nogal optimistisch gedacht was. Later ontdekte ik dat Gamow een theoreticus was, die zelf van proeven doen geen kaas had gegeten.<br /></p><p>Dan dat onderschrift: "De wetenschap weet beter". Pardon, de wetenschap bestaat niet. Als je zegt, dat de wetenschap het beter weet, doe je alsof de wetenschap een persoon is. Dat slaat nergens op. <br /></p><p>Je kunt als je de term goed analyseert, hoogsten zeggen dat iemand wetenschap heeft van iets. Iemand heeft zich misschien verdiept in de plaatselijke bustijden en zegt dan: de volgende bus komt om tien over acht. Die persoon denkt dan wetenschap te hebben van de tijd waarop de bus komt. Vervolgens komt de bus inderdaad rond die tijd, of hij komt niet. Het is dus altijd een bepaald mens dat wetenschap van iets denkt te hebben en die specifieke kennis kan kloppen, maar kan ook niet kloppen.</p><p>Je kunt denken dat wetenschappers wetenschap zullen hebben van bepaalde zaken. Dat is natuurlijk ook zo, alleen zijn wetenschappers het onderling lang niet altijd eens. En als ze het wel eens zijn, zitten ze er in de praktijk ook nog geregeld naast.</p><p>Wanneer je als wetenschapper gelooft in de Wetenschap, ben je geen echte wetenschapper meer, maar een rechts-autoritaristische gelovige, die in feite niets begrijpt van echte wetenschap. (Met die term bedoel ik natuurwetenschap.) <br /></p><p>Dan het einde van dat onderschrift. "Mensen met een krappe beurs kiezen niet zomaar voor ongezonde voeding." Nee, maar dat was de stelling niet, die men wilde aantonen als onjuist. Dat was de stelling dat een gezonde maaltijd tegelijk ook goedkoop kon zijn. </p><p>Laat ik eens een uitstapje maken naar ons keuken-lab. Ik zie daar staan een pak biologische havervlokken 'fijn' van de Lidl met een gewicht van 500 gram. Als je uitgaat van het standaardrecept van het dure Quaker Oats Express dan zitten daar iets meer dan 18 porties in. Het enige dat je verder nodig hebt per portie is wat water. Eventueel wat zout en suiker als je dat lekker vindt. Ik kon op internet niet de exacte prijs vinden, maar wat ik me herinner is dat zo'n pak ongeveer een euro kost. Dan kom je op nog geen 6 cent per portie. Als je een stevig bord pap wilt, neem je een dubbele portie en heb je voor 12 cent een stevig bord heerlijke pap.<br /></p><p>Een ander voorbeeld. Een zak bruine bolletjes van de Lidl en een pot pindakaas van honderd procent pinda's met stukjes ook van de Lidl. Ik beweer niet dat het niks kost, maar dat het erg duur eten zou zijn, wil er bij mij niet in.</p><p>Of maak een stamppot. Anderhalve kilo aardappelen (zelf schillen), 2 potten rode kool van de Lidl, 2 stukken magere bief tartaar. Je hebt dan ongeveer 5 porties voor iets van 8 euro. Dat is natuurlijk niet niks, maar naar normale maatstaven is dat niet veel geld voor een voedzame warme maaltijd.<br /></p><p>Waar is het onderzoek waar deze vier wetenschappers zich op zeggen te baseren? Het talloze onderzoek op dit gebied dat allemaal hetzelfde zou hebben opgeleverd, blijkt van 2010 te zijn en verricht te zijn door de schrijvers van het artikel.</p><p>Wat hebben de auteurs precies gedaan? Ze hebben de voedingspatronen van ruim 570 mensen bekeken en beoordeeld op gezondheid en kosten. Wat bleek? Hoe gezonder, hoe duurder. Daarmee is dus bewezen, wat ze beweerden, of toch niet helemaal?</p><p>Ik denk van niet helemaal. Verstandige mensen eten vaak gezonder, geven hun geld verstandiger uit en verdienen vaak ook nog belangrijk meer. Het gevonden resultaat bewijst dus helemaal niks!</p><p>De onderzoekers hebben wel een verband gevonden, maar dat was ex post facto. Uit dat correlationele verband hebben ze vervolgens geconcludeerd tot een oorzakelijk verband. Maar het correlationele verband kan in dit geval prima verklaard worden door een onderliggende variabele, namelijk: intelligentie.<br /></p><p>Waar is die gigantische hoeveelheid overig onderzoek dan? Er blijkt volgens het artikel nog één ander onderzoek te zijn dat een aantal jaren later verscheen. In dat onderzoek keek men of de voeding die men kon kopen voor een minimunbudget wel 'sociaal-cultureel acceptabel' was. En dat was het volgens de onderzoekers niet.</p><p>Tja! Maar dat was de stelling niet! Het ging er niet om of de voeding 'sociaal-cultureel-acceptabel' was volgens bepaalde onderzoekers, het ging erom of de voeding gezond was en niet al te veel kostte.</p><p>In het artikel staat dan nog: "Niet iedereen trekt het namelijk om elke dag havermout en stamppot te eten." Wat is er mis met iedere dag een bordje havermout eten? Je hoeft natuurlijk niet iedere dag stamppot te eten, maar we eten het een paar keer peer week en vinden het doorgaans heerlijk.<br /></p><p>Dan staat er:</p><p></p><blockquote>"De consensus in de wetenschap is duidelijk: ongezond eten is goedkoper dan gezond eten."</blockquote><p></p><p>Sorry, maar in de wetenschap bestaat er niet iets als consensus. Ook het hele idee dat er iets als De Wetenschap zou bestaan, is lariekoek. Er bestaan wetenschappers, hoewel niemand precies weet wie daar precies wel en niet onder vallen. En wetenschappers vinden altijd overal iets van, maar zitten er ook vaak naast. Je moet als wetenschapper niet afgaan op de mening van wetenschappers, maar op wat er via onderzoek bekend is aan harde feiten.<br /></p><p>Laat ik dat illustreren aan de stelling. Ongezond eten zou goedkoper zijn, dan gezond. Ik hoef dus maar een enkel tegenvoorbeeld te vinden om die stelling blijvend te ontkrachten. Popper leert, dat dat is, waar we naar moeten streven. Wel, koop een kilo chips en koop een kilo aardappelen, eventueel geschilde. Wat is duurder en wat is gezonder?</p><p>Zes zakjes AH Robuuste Chips leveren 900 gram op en kosten 6 x 2,19 = 13,14. Laten we daar twee kilo ongeschilde aardappelen van de Lidl tegenover stellen (door het schillen mag dan de helft verdwijnen). Ik weet de exacte prijs niet, maar het zal ongeveer 2 of 3 euro zijn. Ik denk dat die chips wel lekker zijn, maar niet echt gezond. Althans een stuk ongezonder dan die aardappelen.<br /></p><p>Of een ander voorbeeld: een fles wijn van 750 milliliter tegen dezelfde hoeveelheid zelfgemaakte thee. Is wijn echt zo veel gezonder dan thee?</p><p>Kortom, de stelling dat gezond altijd duur zou zijn, klopt gewoon niet.<br /></p><p>Maar het wordt nog gekker. Eerst hebben de auteurs gesteld dat gezond eten nooit goedkoop kan zijn, nu komen ze halverwege hun eigen artikel met vetgedrukt de stelling:</p><blockquote><p><b>''Kortom. Je kunt gezond eten voor weinig geld."</b></p></blockquote><p>Halverwege het artikel zijn de auteurs volledig de stelling kwijt, waarvan ze de onjuistheid wilden aantonen. Een soort dementie op jonge leeftijd kennelijk.<br /></p><p>Dit soort mensen probeert bij het academisch ziekenhuis studenten op te leiden tot weldenkende dokters en wetenschappers, maar snappen het zelf kennelijk nog niet helemaal. Wat voor dokters en wetenschappers lever je op die manier af?<br /></p><p>En dat is nog niet alles. De krant vindt het geen enkel probleem om zo'n wild verhaal waar de tegenstrijdigheden en onzin vanaf spatten een hele pagina te gunnen.</p><p>Waar zijn we met zijn allen in terecht gekomen? In een enorm gekkengesticht? Waar zogenaamd 'hoogopgeleiden' met 'indrukwekkende' verhalen bizarre onzin uitkramen.<br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p> </p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p> <br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-76644286129562755202024-02-22T23:49:00.000+01:002024-02-22T23:49:11.731+01:00Is 'politiek links' altijd hetzelfde als 'politiek rechts'?<p> </p><p>In de vorige blogpost ging ik in op een interview met twee politicologen, die zichzelf opwierpen als zijnde 'links'. Maar als je afging op wat ze zeiden en hoe ze een en ander formuleerden, dan leken het onmiskenbaar twee rechtse rakkers van het ergste soort te zijn.</p><p>Staat zo'n geval op zich? Nee, bepaald niet, want de geschiedenis levert veel revolutionairen die na het slagen van de opstand zelf echte dictators bleken te zijn.</p><p>Maar betekent dat, dat 'politiek links' in feite altijd staat voor 'politiek rechts'? Volgens mij niet. Er zijn volgens mij wel degelijk politici die niet 'politiek rechts' zijn.</p><p>In mijn vorige post noemde ik Drees senior al. Je kon die man moeilijk beschuldigen van wat we nu Trumpiaans gebabbel zouden noemen. Dat hoeft niet te betekenen dat de man 'double low' was, maar het zou kunnen zijn dat hij inderdaad 'man of action' was. Dus niet autoritaristisch, maar wel sociaal dominant.</p><p>Een nog duidelijker voorbeeld is vermoedelijk de combinatie Churchill en Hitler. Hitler was onmiskenbaar een klassieke strongman, een typische double high. Dus rechts autoritaristisch en sociaal dominant. Maar Churchill kon behoorlijk rechtlijnig denken en kon ook goed 'out of the box' denken. Duidelijke indicaties dat hij niet rechts autoritaristisch was. Ook zijn gemakkelijk wisselen van politieke partij als dat even zo uitkwam, is daarmee in overeenstemming.</p><p>Wat is dan het verschil tussen een echt linkse politicus en een echt rechtse politicus? Het grote verschil moet dan zitten in de manier van denken. Een men of action is in staat de harde realiteit te zien. Hij of zij leeft niet in een puur sociale wereld. Het enige dat zijn denken kan corrumperen is die gigantische drive naar macht.</p><p>Wat is dan het verschil met een double low (niet autoritaristisch en niet sociaal dominant)? Een double low is niet of amper bevooroordeeld. Maar een men of action kan door zijn of haar sociale dominantie stevig bevooroordeeld zijn.</p><p>Het grote verschil met een double high is dat een man of action voor zichzelf vermoedelijk heel goed weet, dat wat hij zo fanatiek uitkraamt, volstrekte kolder is. Hij zegt het alleen om sociaal hogerop te komen.</p><p>Maar ik geef graag toe, als verder onderzoek anders uitwijst, dan moeten we daar volledig voor open staan. <br /></p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> <br /></p><p><br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-22500187257197413942024-02-22T03:44:00.007+01:002024-02-22T22:56:18.619+01:00Wat is 'politiek links'? Soms precies hetzelfde als 'politiek rechts'<p><br /></p><p><span style="font-size: xx-small;">Laatst bijgewerkt: 22/2/2024 om 22.59</span><br /></p><p><br /></p><p>De vorige blogpost ging in op de brief van Ilja Jasjin, die hij schreef vanuit het strafkamp naar aanleiding van de dood van Aleksej Navalny (Volkskrant, 21/02/2024). Jasjin vindt Poetin drie keer niks, je zou dus denken dat hij behoorlijk links is. Maar als je zijn brief leest, denkt hij als een fanatieke gelovige. En is hij dus ultra-rechts.</p><p>Alleen wie is in dit geval de strongman die hij door dik en dun volgt? Wel, afgaande op zijn brief, is hij zelf die (aspirant) strongman. Mocht hij ooit Poetin opvolgen, dan verandert er dus uiteindelijk helemaal niets of op zijn gunstigst: heel weinig.</p><p>Dergelijke ogenschijnlijk 'linkse' revolutionairen, die zich later ontpoppen als typische strongman, zijn geen zeldzaamheid, laat de geschiedenis zien.</p><p>Dus: wat is 'politiek links' precies?</p><p>Laat ik beginnen met 'politiek rechts'. De auteurs van <i>The Authoritarian Personality</i> (1950) deden drie verschillende pogingen om (enthousiasme voor) fascisme te meten. De resultaten van die drie vragenlijsten correleerden wel behoorlijk, maar lang niet optimaal. De auteurs dachten daardoor dat hun drie pogingen wel een gemeenschappelijke factor maten, maar dat ze daarnaast bij iedere poging ook steeds nog iets totaal anders maten. Ze zagen hun drie pogingen daardoor als slechts gedeeltelijk gelukt.</p><p>In werkelijkheid echter maten alle drie vragenlijsten, weten we nu, vrijwel volledig steeds dezelfde factor. Waar de auteurs geen rekening mee hadden gehouden, was de vaak grote onbetrouwbaarheid van hun instrumenten. Zodra je daar wel rekening mee houdt, blijken de onderlinge correlaties tussen de drie vragenlijsten zeer hoog. De auteurs zijn er dus in werkelijkheid in geslaagd 'fascisme' (enthousiasme voor de strongman) driemaal op verschiilende manieren te meten, maar hadden dat zelf niet door.</p><p>Na tientallen jaren onderzoek lukte het kort geleden wijlen Bob Altemeyer (na zijn pensionering) de drie variabelen die op dat moment nog in de race waren, te gebruiken in een onderzoek naar de populariteit van Donald Trump. Dat onderzoek laat zien dat bevooroordeeldheid (prejudice) de variabele is, die het enthousiasme voor de strongman het best voorspelt (met een correlatie hoger dan 0.80).</p><p>Wat politiek rechts is, kunnen we dus inmiddels meten en weten we ondertussen vrij goed.<br /></p><p>Verder zijn ook de twee belangrijkste wortels van bevooroordeeldheid bekend. Dat leidt tot het soortenmodel, dat in deze blog besproken is. Het soortenmodel vat de uitkomsten van wat er uit onderzoek bekend is, samen in een logisch model.</p><p>Over politiek rechts weten we dus ondertussen wel wat. Ook lijkt er veel duidelijk te zijn over de tegenhangers daarvan: de zogenaamde double lows. Mensen die laag scoren op bevooroordeeldheid, mensen die niet irrationeel gelovig zijn (ze scoren laag op rechts autoritarisme) en ze scoren laag op sociale dominantie. Ze zijn niet belust op macht.<br /></p><p>Je zou dus kunnen zeggen: we weten ook wat 'politiek-links' is. Alleen dat klopt niet. Want double lows hebben doorgaans niets met politiek. Ze zijn niet sociaal dominant, ze streven dus niet naar een hoge positie in de machtige groep. Ze zijn ook niet rechts-autoritarisch, ze spreken dus ook de taal van de volgelingen/gelovigen en van de strongman en zijn élite, niet.</p><p>Ze zijn gericht op produktie, op harde kennis en omdat ze niet echt gelovig zijn en buiten de machtige groep vallen, gewend en bedacht op discriminatie en vervolging. Dat maakt dat ze hun brein voortdurend overuren moeten laten maken om te overleven.<br /></p><p>Je kunt double lows dus veilig de tegenhangers van de strongman en zijn élite noemen, maar het zijn niet de mensen om een revolutie te beginnen. Daar hebben ze niks mee. Je zou ze 'psychologisch links' kunnenn noemen. Het zijn vrijdenkers, individualisten.</p><p>De grote vraag is dus: wat is 'politiek links' dan wel?</p><p>De Volkskrant bevatte vandaag (21/2/2024) een interview met twee politicologen over de vraag:</p><p></p><blockquote>waarom zijn de sociaal-democraten in Europa hun sterke positie kwijtgeraakt en hoe kunnen ze die terugkrijgen?</blockquote><p>Het artikel noemt als voorbeeld van een linkse politicus: Joop den Uyl. Als ik het artikel goed begrijp, was de PvdA dan: "de natuurlijke regeringspartij van links, het politieke tehuis van de 'gewone man' en de sociaal bewuste middenklasse".</p><p>Ik herinner me Joop den Uyl als iemand die vooral leeg bazelde. Een gigantische roeptoeter. De man had geen enkel inzicht in wat hij precies deed. In zijn tijd een soort Trump voor alle Nederlanders die het ook niet echt begrepen.</p><p>Het was zijn idee dat het net ontdekte Groningse gas zo snel mogelijk opgestookt moest worden, want over enkele jaren zouden alle huizen verwarmd worden door stroom uit kernenergie. Om die reden moest het gas ook zo snel mogelijk voor een appel en een ei verkocht worden aan het buitenland. Dan kreeg je er tenminste nog iets voor.<br /></p><p>Je hoefde geen helderziende te zijn om te zien aankomen, dat als je het gas gewoon in de grond liet zitten, de waardevermeerdering vele malen meer zou zijn dan de opbrengst van dat moment. Maar Joop den Uyl was geen helderziende. Hij leefde in het moment en na hem mocht de zondvloed komen. Vrijwel zeker komt die straks ook, maar dat is niet volledig zijn verdienste.<br /></p><p>De idiotie met het gas was niet het enige. De overheidsuitgaven stegen ondanks de gasinkomsten met een dusdanige snelheid dat het daarna nog tientallen jaren geduurd heeft, voordat de zaak weer enigszins in balans kwam.</p><p>Kortom, Joop den Uyl was vooral een typische strongman. Hij vertelde het publiek, wat het graag wilde horen. Hij wilde vooral graag populair doen en genoot van de macht. Maar wat er werkelijk gebeurde, liet de man siberisch koud. Dat zag hij ook helemaal niet.</p><p>Het artikel noemt de oude Drees niet. Maar als je een voorbeeld wilt van een oprechte sociaal-democraat dan was dat Drees senior wel. Die kon je met de beste wil van de wereld niet betitelen als een roeptoeter. Die wist altijd precies waar hij het over had. En het was iemand die daadwerkelijk iets probeerde te doen voor de mensen in de maatschappij die de onderlaag vormden: de armen, de behoeftigen, de arbeiders.</p><p>Wat me opvalt aan deze twee 'politiek linkse' politicologen, is hun hoogdravende en weinigzeggende taalgebruik. Links deed het bij de afgelopen verkiezing niet zo geweldig, stellen ze. Maar dat is niet de schuld van links. En het is ook niet de schuld van Wilders. Dat komt misschien door de rechtse partijen, vinden ze. Sorry, maar is Wilders dan niet rechts?</p><p>Waarom stemmen arbeiders niet meer links? "Er zijn altijd cultureel-conservatieve arbeiders geweest". Als je dat hoort, of je nou arbeider bent of niet, denk je toch: gatsie! Wil je stemmen op mensen die zo vaag en warrig praten? Ik niet!</p><p>Volgend antwoord op de vraag, waarom arbeiders niet meer links stemmen: Er is een generatie-wisseling. Een wat? Generaties wisselen toch voortdurend? Waar slaat dit op? Dit is jargon voor: de jongere garde heeft niks meer met links. Maar zeg dat dan ook!</p><p>Ik ben bepaald niet iemand die altijd met de handjes moest werken, maar als je het gekwek van deze twee 'linkse' politicologen hoort, ga ik over mijn nek. Ik zou zeggen: leer eerst eens gewoon praten!</p><p>Dan is er een ander punt dat in dit soort artikelen voortdurend terugkomt: men probeert het begrip 'poliitiek links' nooit te definiëren. Ik heb het voor Drees senior niet nagezocht, maar volgens mij wist die voortdurend precies wat hij bedoelde en waar hij het over had. Maar deze 'linkse' mensen hebben een soort glibbertaal, die je doet huiveren.</p><p>Wat is hun oplossing, zodat links meer kiezers gaat trekken? Schrik niet, dat is 'identiteitspolitiek'! Je bent niet meer dan een lid van de groep waartoe je behoort.</p><p>Voor de echte double lows, de echte kleine zelfstandigen, ziet het er dan met 'links' heel slecht uit, want zij horen per definitie nu eenmaal nergens echt bij.</p><p>Waar moet je dit soort mensen, die van zichzelf beweren 'links' te zijn, indelen in het soortenmodel?</p><p>Ze vragen zich nooit af. wat 'links' precies betekent. Daar liggen ze niet wakker van. Ze gebruiken het woord puur als een label om in discussies te scoren. Dat betekent ook, dat wat ze in feite zeggen, volstrekt leeg is. Wat ze zeggen, is slechts een manier om sociaal hogerop te komen.</p><p>Je weet niet precies waar je het over hebt en je wilt sociaal dolgraag scoren. Dat kan maar een ding betekenen. Dit zijn double highs, de meest bevooroordeelde en rechtse mensen die er op Gods aardbodem rondlopen.</p><p>Wat je hier ziet, is hetzelfde als in de brief van Jasjin, maar dan verwoord voor een totaal andere groep. Een groep waar gewone arbeiders niet bij horen en ook niet welkom zijn. Hier spreken twee extreem rechtse figuren met een 'mooi' verhaal, dat is afgestemd op hun eigen verwaande groep van hoogopgeleide praatjesmakers.<br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p> <br /></p><p><br /></p><br /><p></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-40925194074839531802024-02-22T01:31:00.004+01:002024-02-22T22:39:49.900+01:00De brief uit het strafkamp van de fanatiek gelovige - Deel 2<p> </p><p>In de vorige post ging ik in op de brief van Ilja Jasjin, die hij schreef vanuit het strafkamp naar aanleiding van de dood van Aleksej Navalny.</p><p>Het vreemde aan die brief is dat Jasjin tegen de zittende autoriteit is. Poetin is in Rusland de baas en Jasjin moet driemaal niets van die man hebben.</p><p>Op grond daarvan zou je denken dat Jasjin links moet zijn. Want hij strijdt tegen de gevestigde orde. Maar als je zijn brief leest, is dat onmiskenbaar het epistel van een fanatiek gelovige. Hij heeft een idee en wat er ook gebeurt, dat idee geeft hij niet op, maar blijft hij zien als de absolute waarheid.</p><p>Met andere woorden: hij moet torenhoog scoren op rechts autoritarisme zou je verwachten. En hij publiceert zijn brief met gevaar voor eigen leven, dus het kan bijna niet ander zijn dan dat hij ook torenhoog scoort op sociale dominantie. De man moet double high zijn, zou je verwachten. Rechtser kun je ze niet vinden. De gevaarlijkste mensen die er op Gods aardbodem rondlopen.</p><p>Vermoedelijk denkt Poetin dat zo langzamerhand ook. De afloop kun je je dan wel voorspellen.</p><p>Stel nu, dat Jasjin geluk zou hebben. Hij weet heel veel mensen achter zich te krijgen en Poetin weg te jagen en te doden. Hij wordt dus de nieuwe heerser over Rusland.</p><p>Wat gaat er dan gebeuren? Tja, dat is voorspelbaar. Precies hetzelfde als nu. De ene strongman is weg, de andere is hem opgevolgd. De oorlog wordt misschien tijdelijk even onderbroken, maar vermoedelijk niet al te lang.</p><p>Het interessante punt hier is dus dat je iemand hebt, die bereid is zijn leven te riskeren om de huidige machthebber weg te krijgen. Maar het is ook iemand die ultra-rechts is, althans in psychologische zin. Het is iemand die extreem bevooroordeeld is.</p><p>Is dat echt bijzonder? Denk aan Hitler. Die begon ook met een mislukte revolutie. Denk aan Fidel Castro, die begon met een geslaagde opstand. Denk aan Wilders. Ook die is begonnen met het prediken dat alles anders moet.</p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p> </p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-37190278264612155922024-02-22T01:01:00.003+01:002024-02-22T22:39:09.494+01:00De brief uit het strafkamp van de fanatiek gelovige - Deel 1 <p><br /></p><p>De Volkskrant publiceerde vandaag (woensdag 21/2/2024) een brief van Ilja Jasjin (p. 28) naar aanleiding van de dood van Aleksej Navalny. </p><p>Die brief geeft naar mijn idee goed de stemming weer, die ik in de Volkskrant en de Trouw vandaag denk te lezen. Ik laat hier de titel volgen, die vertelt eigenlijk het hele verhaal.</p><p></p><blockquote>"Ik zit achter de tralies, <b>mijn leven ligt in handen van Poetin en is in gevaar.</b> Maar ik blijf aan mijn overtuigingen vasthouden". </blockquote>Wat in de krant vetgedrukt was, heb ik ook vet gemaakt.<p></p><p>Ik laat hier ook het einde van de brief volgen.</p><p></p><blockquote><p>"Toen ik in februari 2015 bij het lichaam van Boris stond, zwoer ik tegen mezelf dat ik niet bang zou zijn, niet zou opgeven en niet zou vluchten. Negen jaar later, nu ik rouw om Aleksej, kan ik die gelofte alleen maar herhalen.</p><p>Zolang mijn hart klopt in mijn borstkas, zal ik vechten tegen tirannie. Zolang ik leef, zal ik geen kwaad vrezen, Zolang ik adem, zal ik bij mijn volk zijn.</p><p>Ik zweer het.</p><p>Aleksej, rust zacht, broeder. Joelia, Ljoedmila Ivanovna, Anatoli Ivanovitsj, Oleg, Dasja, Zachar, hou vol.</p><p>Ik ben bij jullie."</p></blockquote><p>Maar vermoedelijk niet lang meer, ben ik dan geneigd te denken.</p><p>Wat communiceert die brief? Dat Russen fantastische soldaten zijn. Ze zijn niet bang, ze zijn bereid om te sterven ook al is dat slechts voor een idee dat ze in hun hoofd hebben en wat je ook doet, van dat idee laten ze zich niet afbrengen. Als je die brief leest, begrijp je waarom ze het in Oekraïne erg moeilijk hebben.<br /></p><p> "Jasjin is een Russische oppositiepoliticus. Hij was bevriend met
Aleksej Navalny en de in 2015 vermoorde Kremlincriticaster Boris
Nemtso", aldus de kanttekening naast de brief in de Volkskrant. Hij
vindt Poetin dus driemaal niks.</p><p>Het is zeker dapper om zo'n brief te schrijven, terwijl Poetin ieder moment kan besluiten dat je nu wel lang genoeg je praatjes hebt verkocht. Maar is het ook verstandig?</p><p>Stel ik zat tijdens de Tweede Wereldoorlog in een Duits concentratiekamp. Ik ben dan geneigd te denken dat mijn eerste prioriteit zou zijn om zo lang mogelijk te overleven. Natuurlijk zou ik bepaald niet weg zijn van Hitler, maar ik zou ook niets opschieten met het sterven van een zinloze voortijdige dood.</p><p>Bovendien, op het moment dat Poetin zich min of meer openlijk ontdoet van Jasjin, laat hij aan zijn mensen opnieuw zijn enorme 'almacht' zien. Is dat wat Jasjin graag wil? Poetin de kans geven zijn almacht te tonen?<br /></p><p>Ik heb de stellige overtuiging dat 2+2 doorgaans 4 levert. Ik geloof dat niet alleen, ik het ook bewijzen en ik kan ook aangeven, dat die regel soms niet opgaat. Maar stel nu, dat iemand een pistool tegen mijn hoofd houdt en eist dat ik hardop zeg '2+2=5'. Zou ik dat weigeren of zou ik dan onder druk van dat pistool toch overstag gaan?</p><p>Voor mij is die vraag niet moeilijk, want hoewel ik graag via systeem 2 denk, kan ik ook via systeem 1 denken. Dus om mijn leven wat te verlengen, zou ik de persoon met het pistool zonder problemen tegemoet komen. Ik heb in mijn leven wel ergere onzin moeten verkondigen.</p><p>Ik denk dus dat als je Poetin niet ziet zitten en zijn heerschappij wilt beëindigen, bepaald geen geringe doelstelling, je niet veel opschiet met allerhande emotioneel geleuter. Aan de andere kant, ik ben absoluut geen politicus, dus als iemand het op die manier toch wil proberen, mag dat van mij, maar dan wel op eigen risico.<br /></p><p>Ik denk dat als je als NATO of als EU iets tegen Poetin wilt doen, je moet ophouden met emotioneel gebabbel en gewoon als een speer je huiswerk moet gaan doen. Natuurlijk stond de brug open en reed de trein niet, en ben je een echte held. Maar met dat soort praatjes ga je Poetin niet stoppen.<br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-15275132820618540712024-02-21T03:32:00.004+01:002024-02-21T23:57:50.644+01:00De dood van Navalny -- Deel 2<p> </p><p>In de vorige blogpost ging ik in op de reacties op de verkondigde dood van Navalny. Mensen waren ontzet, ontroerd, kwaad, boos, woedend, onthutst en ga zo maar door. </p><p>Maar als weldenkend mens kon je dat natuurlijk al maanden aan zien komen. In feite al vanaf het moment dat Navalny terugvloog naar Rusland en misschien nog wel veel eerder.<br /></p><p>Ik eindigde die post daarom met de zinnen:</p><p></p><blockquote><p>"Hoe gek kun je zijn?</p><p>Nou, kennelijk een stuk gekker dan je je als normaal mens kunt voorstellen." <br /></p></blockquote><p> </p><p>Dat is misschien wat populair geformuleerd. In ieder geval is 'gek' geen goede verklaring voor die weinig rationele reacties. Wat is de juiste verklaring?</p><p>Wat je in al die berichten ziet, is dat men veel te hoog zit op bevooroordeeldheid. Dat men daar in doorsnee veel te hoog op zit, weten we ook via andere bronnen. Denk bijvoorbeeld alleen al de enorme populariteit van Wilders. Een teken aan de wand! <br /></p><p></p><p>Mensen die hoog scoren op bevooroordeeldheid, zien de harde, externe werkelijkheid niet. Ze zijn gefocust op de sociale werkelijkheid van de groep, waarin ze leven. Ze denken daardoor vooral via hun emotionele systeem (systeem 1) en zijn niet goed in staat tot denken via het rationele systeem (systeem 2). Ze hanteren verder geen feitelijke waarheid, maar sociale waarheid.</p><p>Dat was ook precies wat er aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog gebeurde. De mate van bevooroordeeldheid wereldwijd was hoog opgelopen. Ik drukte dat vroeger wel uit als: de alfa-bètafactor stond torenhoog. Zodra dat het geval is, is oorlog doorgaans nog maar een kwestie van tijd. Mensen denken in dat geval zo dat gewelddadige conflicten vrijwel onvermijdelijk zijn. <br /></p><p>Aan de vooravond van die grote oorlog dacht men aan Geallieerde kant: wij willen vrede, wij willen blijvende vrede. Om dat te bewerkstelligen redeneerde men heel kinderlijk: men vernietigde de vloot, de vliegtuigen, de tanks, de geweren en stuurde alle soldaten naar huis. Op die manier kon er onmogelijk opnieuw oorlog komen, dacht men. Bovendien, wie zou dat na die vreselijke Eerste Wereldoorlog nog willen?</p><p>Aan de andere kant was de bevooroordeeldheid ook torenhoog opgelopen, maar daar wilde men hartstochtelijk revanche voor de verloren Eerste Wereldoorlog. De eer was gekwetst, het land lag in puin, dit moest worden gewroken! Men zag de overwinning al voor zich. Zegevierend zou men Europa en zo nodig de rest van de wereld onderwerpen!</p><p>Mijn verklaring voor die opgewonden reacties op de dood van Navalny, terwijl effectieve acties om het probleem te lijf te gaan in feite volledig uitblijven, is dus dat onze samenleving in doorsnee veel te hoog zit op bevooroordeeldheid.</p><p></p><p>Daardoor kwebbelt men wel druk, maar men ziet de harde realiteit niet langer. Men heeft niet langer oog voor de harde buitenwereld. Men vertelt elkaar dat het wel goed zal komen en gelooft dat vervolgens zelf, want iedereen vindt dat.<br /></p><p>Men gelooft dat men zijn verontwaardiging nadrukkelijk moet uiten en dat dan alles wel goed zal komen. Alleen zo werkt de harde Natuur niet.</p><p>Wat gaat er precies mis?</p><p>Een eerste punt is het emotionele denken. Het is vreselijk. Het is heel erg. En het geloof dat men die emoties vooral van de daken moet schreeuwen, dan komt alles vanzelf goed.</p><p>Een tweede punt is het niet in staat zijn om de harde, externe realiteit te zien. De harde realiteit is dat Nederland geen leger van betekenis heeft, dat de NAVO vooral een luchtkasteel is en dat het minimaal tien jaar duurt voordat de NAVO weer voldoende wapens en munitie heeft, mits men als een gek aan het bewapenen slaat.</p><p>Heeft men nog tien jaar om dat te doen? Ik denk niet, dat Poetin geduldig bereid is te wachten tot de tegenstander eindelijk op sterkte is.</p><p>Een derde punt is het omarmen van sociale waarheid. We zijn het allemaal even eens. Poetin deugt niet. Dat geeft een goed gevoel: we vinden even allemaal hetzelfde. We zijn één. Maar de feitelijke waarheid is dat we niets doen van enig belang en ook niet in staat zijn die collectieve verlamming te doorbreken.</p><p>Een vierde punt is dat typische niet-rationele denken. Men kwekt opgewekt, men brengt zijn emoties en gevoelens met veel bombarie tot leven, maar men is niet meer goed in staat te denken in termen van oorzaak en gevolg.</p><br /><p><br /></p><p> <br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-83445907984779255512024-02-20T00:09:00.007+01:002024-02-21T23:57:33.153+01:00De dood van Navalny -- Deel 1<p> </p><p>Volgens de Russische autoriteiten is Navalny dood. Zijn vrouw, mogelijk weduwe dus, merkt terecht op dat die autoriteiten vaak liegen. Je weet dus niet zeker of hij echt dood is.</p><p>Maar laten we even aannemen dat hij echt dood is. In de Volkskrant van vandaag (maandag, 19 februari 2024) is het een onderwerp dat voortdurend terug blijft komen.</p><p>Laat ik wat koppen citeren.</p><p>"Angst en woede bij rouw om Navalny". Die kop staat op de voorpagina onder een grote foto van een herdenking in Amsterdam, waarbij mensen kaarsjes aansteken bij een portret van Navalny.</p><p>Op de voorpagina ook, helemaal bovenin, boven "de Volkskrant", het kopje: "Steeds waren er nieuwe veroordelingen, steeds verder raakte de vrijheid uit het zicht, steeds strakker werd de strop om zijn nek". Links daarvan het portret van Arie Elshout met daarnaast klein de tekst; "Voor columnist Arie Elshout was Navalny een echte held".</p><p>Op pagina 2 een column van Sander Schimmelpenninck met de titel: "De schaamteloze omkering is het handelsmerk van extreem-rechts". Ogenschijnlijk heeft dat niets met de veronderstelde dood van Navalny te maken. Maar wie de column las, zag op het einde:</p><p></p><blockquote>"Dit alles om af te leiden van het feit dat de PVV-fractie bestaat uit schertsfiguren. Het nieuwe Kamerlid Joeri Pool bijvoorbeeld, die met zijn Lombroso Piana-pak en stationsklok om de pols ook goed bij FvD had gepast, riep bij zijn maiden speech de Nederlandse regering op te stoppen met de 'voortdurende provocaties aan de Russische Federatie'. Een beetje respect voor de heer Poetin graag, aldus de voormalige informatiespecialist van Rijkswaterstaat. Het zoveelste parlementaire dieptepunt, zeker na de weerzinwekkende dood van Aleksej Navalny."</blockquote><p> </p><p>Op pagina 4: "Met de angst in het lijf leggen Russen bloemen voor Navalny". Het artikel beslaat bijna anderhalve bladzij inclusief een grote foto van een vrouw die Navalny in Moskou heeft herdacht en weggesleept wordt door de Moskouse politie.</p><p>Op de rest van pagina 5: "'Ík hoopte dat Navalny onze Nelson Mandela zou worden'". Dit artikel gaat over honderden betogers, 'vooral uitgeweken Russen', zaterdag op de Dam in Amsterdam.</p><p>Op pagina 6 een 'analyse' met de kop: "Wie kan Navalny opvolgen?"</p><p>Op pagina 7: "Joelia Navalny zette alles opzij voor de strijd van haar echtgenoot, die ze nooit vroeg om te stoppen".</p><p>Op pagina 12 een 'Volkskrant-commentaar' van Peter Giessen met de kop: "De dood van Aleksej Navalny illustreert de verwording van Poetins regime".</p><p>Op pagina 21 onder 'GEACHTE REDACTIE' een ingezonden brief onder het kopje ''Hypocrisie". Ik laat die brief hier volgen.</p><p></p><blockquote><p>"Ik vind al die reacties op Navalny's dood getuigen van hypocrisie. Rutte, Biden, Macron en <i>the like</i>.</p><p>Zou het niet principiëler zijn alle contacten te verbreken (à la de situatie met Noord-Korea), diplomatiek en zakelijk. Gewoon niet meer praten en/of zakendoen met deze paria Poetin en de zijnen. Ambassades dicht, alle 'diplomaten' eruit en wij ook dáár weg: jammer dan voor 'koopmansland Nederland'.</p><p>Met geboefte praat je niet en doe je zeker geen zaken. Zie het artikel zaterdag (Economie, 17/2), hoeveel bedrijven er nog steeds zitten in dit door God verlaten land.</p><p>Dik Samson, Woensdrecht" </p></blockquote><p>Ook op pagina 21 onder de ingezonden brieven, vetgedrukt de 'BRIEF VAN DE DAG' onder de kop: "Hoe mooi, ambassade aan de 'Navalnylaan'". Het voorstel van de briefschrijver is de straat in Den Haag waar de Russische ambassade staat, te hernoemen tot: Navalnylaan.</p><p>Op pagina 21 verder nog de reeds op de voorpagina vermelde column van Arie Elshout met de kop: "Laat het niet alleen bij lof voor Navalny. We moeten ons ook spiegelen aan zijn offerbereidheid tegenover het kwaad dat Poetin is."</p><p>Daarna niets meer over Navalny. De krant telde in totaal 24 bladzijden.</p><p> </p><p>Wat valt me op?</p><p>Allereerst veronderstelt vrijwel iedereen dat Navalny inderdaad dood is. Dat kan heel goed kloppen, maar het kan in dit geval ook heel goed, dat de man nog niet gedood is. De bron van het bericht staat bekend als uiterst onbetrouwbaar.</p><p>Het tweede dat me opvalt, is al die emotie. Men is geschokt, men is boos, men is verdrietig. Men zag dit kennelijk niet aankomen. Maar hoe realistisch ben je dan?</p><p>Het doet me denken aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog. Men was druk bezig de vloot tot zinken te brengen, alle geweren en alle tanks en kanonnen te vernietigen en alle vliegtuigen op de schroothoop te dumpen. Want het mocht nooit weer oorlog worden!</p><p>Door die entousiaste vernietiging van alle verdedigingsmiddelen kreeg Hitler vrij baan. Het resultaat: 65 miljoen overbodige doden. Nog veel meer zwaar gewonden en verminkten. En 6 miljoen vermoorde Joden.</p><p>Was dat de schuld van Hitler? Of was het de schuld van die Nederlandse premier in die tijd, die dacht,
dat we het beste lekker konden gaan slapen, want er was geen enkele
reden tot ongerustheid.</p><p>Of was het de schuld van al die idioten die dachten dat het nooit weer oorlog zou worden als je maar gewoon enthousiast je eigen verdedigingsmiddelen vernietigde?</p><p></p><p>Churchill dacht het laatste en hij was niet de enige. Hitler was gewoon, wie hij was. Net zoals Poetin nu gewoon is, wie hij is.</p><p>Ik ben dus bang dat al die emotionele opwinding tegenover iemand als Poetin niet echt zal helpen.</p><p>Integendeel! Het is in Europa oorlog en wij nemen ondertussen aan die oorlog deel. Maar waarmee? En hoe? Kennelijk vooral door ons een enkele keer even op te winden. Op die manier hopen we het leger van Poetin niet alleen te stoppen, nee, we hopen zelfs Poetin te straffen. </p><p>Hoe gek kun je zijn?</p><p>Nou, kennelijk een stuk gekker dan je je als normaal mens kunt voorstellen.<br /></p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p> <br /></p><p></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-23967891910795593932024-02-18T05:15:00.014+01:002024-02-18T22:37:08.156+01:00Bevooroordeelde mensen laten zich leiden door sociale waarheid, niet door feitelijke waarheid<p></p><p></p><p><br /></p><p><span style="font-size: xx-small;">Laatst bijgewerkt: 18/2/2024 om 13.11</span><br /></p><p> </p><p>In de vorige blogpost ging ik in op een column van Paul Krugman. De volgelingen van Trump laten zich volgens hem leiden door aangeprate angsten en zijn volledig de koppeling met de realiteit kwijt. Wat ze geloven is feitelijk gezien vaak kolder.</p><p>Ik generaliseerde die stelling wat tot: Trump-volgelingen laten zich leiden door hun emoties en hebben lak aan de feiten. Letterlijk schreef ik:<br /></p><p></p><blockquote>"Eigenlijk kun je de stelling dan dus zo formuleren:</blockquote><p></p><p><b></b></p><blockquote><b>MAGA is Based on Emotions, Not Facts."</b></blockquote><p></p><p></p><p>Toen ik echter de volgende dag die post nog een keer naliep, zag ik, dat er iets niet helemaal leek te kloppen.</p><p>De MAGA-mensen volgen hun emoties, ze gebruiken vooral hun systeem 1 en zullen dus hoog scoren op bevooroordeeldheid. De variabele die heel goed aangeeft of men een strongman-enthousiast is.</p><p>Maar hoe zit het dan met de onbevooroordeelden? De mensen die niets van de strongman moeten hebben? Je bent dan geneigd te denken, dat die vooral hun systeem 2 zullen hanteren. Alleen in werkelijkheid klopt dat niet. Want systeem 2 is traag, kost veel tijd en energie, en daardoor gebruikt vrijwel iedereen heel vaak systeem 1. Dat is gemakkelijker, handiger en zuiniger en werkt vaak ook heel behoorlijk.</p><p>Maar als beide groepen vooral systeem 1 hanteren, wat is dan precies het verschil tussen beide groepen?<br /></p><p></p><p>Onbevooroordeeldheid
betekent natuurlijk niet dat men voortdurend zijn systeem 2 volgt. Maar het betekent wel dat men bij belangrijke
beslissingen eerder terugvalt op systeem 2.</p><p>Onbevooroordeeldheid betekent ook dat het systeem 1 dat men
hanteert, anders werkt. Men ziet immers de uitkomst van het systeem 2
denken als leidend. Het emotionele systeem pikt dat op en probeert dan
die uitkomst te voorspellen.</p><p>Bij het lezen van onderzoek (wat
ik vele tientallen jaren gedaan heb en nog steeds doe) voel ik al snel
dat er dingen niet kloppen of juist wel kloppen. Wanneer je daarna
gericht verder gaat zoeken, blijken die gevoelens doorgaans ook te
kloppen.</p><p></p><p>Het verschil zit in het systeem 2 denken. In
het respect voor de harde feiten. Ik denk misschien wel vaak via mijn
emoties, maar uiteindelijk geloof ik dat de harde feiten het laatste
woord hebben en dat mijn emoties daaraan ondergeschikt zijn. Als de
feiten zeggen A en je voelt B, dan kies ik voor A. Althans dat hoop ik
en dat probeer ik.</p><p>Maar dan klopt de geformuleerde stelling
hierboven dus niet of niet helemaal. Of is die op zijn minst misleidend.
MAGA is dus niet zondermeer gebaseerd op emoties. Waarop dan wel?</p><p>Het
soortenmodel geeft daarop het antwoord. De volgelingen/gelovigen van de
strongman (inclusief de zogenaamde 'men of action', RWA- en SDO+)
zitten in een machtige groep. Daar zitten ze in vanuit twee
verschillende motiveringen. Ze zoeken aan de ene kant veiligheid en geborgenheid en mogelijk een
bestaan in die machtige groep door daar bij te willen horen. Aan de andere kant
zoeken ze macht, ze willen in de machtige groep zo hoog mogelijk komen, omdat dat de meeste voordelen levert.<br /></p><p>Dat
betekent dat ze het geloof van de groep omarmen als de ultieme
werkelijkheid. Hun door de groep aangeleerde emoties vormen de neerslag
van het geloof van de groep, dat uiteindelijk grotendeels door de
strongman bepaald wordt.</p><p>De stelling moet dan dus worden:</p><p style="margin-left: 40px; text-align: left;"><b>MAGA is Based on Social Truth, Not Factual Truth.</b></p><p><b><span style="font-weight: normal;">Bij
nazoeken via Google (via de opdracht: "social truth" "factual truth")
blijkt Google op internet geen teksten te kunnen vinden, die beide
termen tegelijk hanteren als enige soorten waarheid.</span></b></p><p><b><span style="font-weight: normal;">Dat suggereert dat dit onderscheid (althans tegenwoordig) niet gangbaar en niet bekend is. Het laatste deel van de stelling hierboven (social truth, not factual truth) is kennelijk in deze blogpost voor het eerst verwoord als de twee tegenovergestelde soorten waarheid, die mensen hanteren. </span></b></p><p><b><span style="font-weight: normal;">Met 'tegenovergesteld' bedoel ik in dit verband dat beide soorten waarheid niet compatibel zijn. Wie kiest voor de harde feiten, kan niet tegelijkertijd ook kiezen voor sociale waarheid. Die twee zijn niet verenigbaar.</span></b></p><p><b><span style="font-weight: normal;">Het kan natuurlijk wel gebeuren dat iets dat door de groep als waar wordt gezien, tegelijk ook feitelijk waar is. De strongman zal niet honderd procent van de tijd liegen en onwaarheid spreken. Anders zou men een simpel mechanisme hebben om feitelijke waarheid te ontdekken, wat natuurlijk niet zo is.<br /></span></b></p><p><b><span style="font-weight: normal;">Als het onderscheid tussen deze twee vormen van waarheid inderdaad niet eerder op deze manier is verwoord, heeft deze blog daarmee de primeur voor dit resultaat. Een en ander overeenkomstig onze missie, zoals in de kop van de blog vermeldt.<br /></span></b></p><p><b><span style="font-weight: normal;">Uiteindelijk gaat het natuurlijk niet alleen om Trump en zijn
volgelingen/gelovigen. Meer in het algemeen lijkt dus te gelden dat de
volgelingen/gelovigen van een strongman zich laten leiden door de sociale
waarheid van hun groep en niet door de waarneembare feitelijke waarheid.</span></b></p><p><b><span style="font-weight: normal;">De stelling wordt dan:</span></b></p><p style="margin-left: 40px; text-align: left;"><b><span>Bevooroordeelde mensen laten zich leiden door de sociale waarheid van hun groep, niet door de feitelijke waarheid.</span></b></p><p style="text-align: left;"><br /></p><p style="text-align: left;"><br /></p><p style="text-align: left;"><br /></p><p style="text-align: left;"><br /></p><p style="text-align: left;"><br /></p><p style="text-align: left;"><br /></p><p style="text-align: left;"><br /></p><p style="text-align: left;"><br /></p><p style="text-align: left;"><br /></p><p style="text-align: left;"><br /></p><p style="text-align: left;"><br /></p><p style="text-align: left;"><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-15919962336752245122024-02-16T03:38:00.010+01:002024-02-18T12:33:22.480+01:00Paul Krugman over de aanhangers van Trump: "MAGA Is Based on Fear, Not Grounded in Reality"<p><br /></p><p><span style="font-size: xx-small;">Laatst bijgewerkt: 18/2/2024 om 6.15</span><br /></p><p><br /></p><p>Door Google News werd ik geattendeerd op een column van Paul Krugman in de New York Times. Hier: <b>https://www.nytimes.com/2024/01/29/opinion/trump-maga-fear.html</b>.</p><p>We kennen Krugman door de Nobelprijs Economie die hij in 2008 toegekend kreeg. Maar hij schrijft ook columns, die vallen vaak op door hun heldere betoogtrant.</p><p>De titel van deze column is: "MAGA Is Based on Fear, Not Grounded in Reality". MAGA in een bekende Amerikaanse afkorting die Trump als slogan hanteert: Make America Great Again.</p><p>De stelling die Krugman in zijn column probeert hard te maken, is dat de Trump-aanhang bang wordt gemaakt met allerhande wilde berichten, maar dat die angst en die berichten niet gebaseerd zijn op de realiteit.<br /></p><p>Ik weet niet of die stelling helemaal klopt. Het lijkt duidelijk dat de Trump-aanhangers elkaar van alles en nog wat aanpraten onder leiding van hun Grote Leider. Maar ik denk dat er van Trump ook de suggestie uitgaat van 'Volg mij en jullie zullen alles krijgen, wat jullie wensen'. Ik denk dus dat het niet alleen angst is, die zijn aanhang drijft, maar dat het voor een deel ook positieve emoties zijn, waarmee hij zijn aanhang trekt.<br /></p><p>Over het tweede deel van de stelling, men baseert zich niet op feiten (maar op fictieve verhalen), zijn Krugman en ik het eens. In zijn column geeft hij een hele reeks voorbeelden, die ik hier niet ga herhalen.</p><p><br /></p><p>Wat betekent dit? De Trump-aanhang wordt met emotionele verhalen opgehitst, bang gemaakt en lekker gemaakt. Dat zijn, wat ik noem, 'mooie' verhalen. Verhalen die een sterk emotioneel effect oproepen bij de toehoorders, maar ook verhalen die vaak weinig of niets met de harde werkelijkheid van doen hebben en de werkelijkheid soms zelfs volledig omdraaien.</p><p>Dat omdraaien van de werkelijkheid is iets dat je vaak bij strongmen ziet. Toen Hitler het deed, heette dat de Grote Leugen. Je liegt zo ontzettend, dat je publiek zich niet kan voorstellen dat het een leugen is. Dat kun je bijvoorbeeld bereiken door de werkelijkheid honderdtachtig graden om te draaien. </p><p>Jij bent niet de agressor, nee, dat zijn de anderen. Jij bent niet de fascist, nee, dat is de tegenpartij (Poetin). Jij hebt niet het meisje aangerand, maar het meisje heeft jou het hoofd op hol gebracht met haar uitdagende kleding. Zij is niet het slachtoffer, nee, dat ben jij!</p><p>Als die bredere stelling ('Trump-aanhangers worden gedreven door hun emoties en kijken niet naar de harde realiteit') klopt, wat kunnen we daar dan uit concluderen?</p><p>Ik denk twee dingen. Allereerst is het opnieuw een bevestiging van het soortenmodel. De Grote Leider verzamelt een leger van volgelingen/gelovigen om zich heen, die geloven dat hij hen naar het Beloofde Land zal leiden en alle echte en fictieve tegenstanders zal vernietigen. (De vernietiging van die fictieve tegenstanders leidde in de Tweede Wereldoorlog tot de Holocaust. De volgelingen/gelovigen zijn volledig overtuigd van het verkondigde onzin-verhaal.)</p><p>Maar het soortenmodel is al vele malen bevestigd. Verder was het vrijwel volledig gebaseerd op wat er bekend was uit hard, gerepliceerd onderzoek. Het eerste punt levert ons dus niet veel nieuwe informatie op. Op naar het tweede punt.</p><p><br /></p><p></p><p>Ten tweede suggereert de stelling dat de aanhangers van de strongman denken met hun onderbuik (denken via systeem 1). Zij volgen hun emoties, die de strongman met handig praten weet op te roepen en conditioneert.</p><p>Die conditionering gebeurt via taal. Het proces (ook als het niet via taal gaat) heet 'klassieke conditionering'. Lang geleden kreeg Pavlov voor het beschrijven van de manier waarop het gaat de Nobelprijs Fysiologie.</p><p>B.F. Skinner noemde dit soort conditionering vele jaren later: 'respondente conditionering'. De volgeling krijgt door het verhaal van de strongman onbewust en of hij wil of niet (onwillekeurig dus) nieuwe emotionele reacties aangeleerd op voorheen neutrale prikkels.</p><p>De emoties die men in reactie op bepaalde zaken al had, worden daarna dus door andere prikkels opgeroepen dan eerst. Waren de X eerst normale mensen, na conditionering door de strongman is het tuig geworden, dat alle mogelijke problemen veroorzaakt en zo snel mogelijk volledig van Gods aardbodem moet worden verwijderd.</p><p><br /></p><p>Hoe zit het dan met systeem 2 denken? Dat is wat Skinner noemde: 'operant gedrag'. Om een bepaald doel te bereiken (bijvoorbeeld om een bepaalde beloning te krijgen) pas je je gedrag zo aan, dat die beloning tenslotte inderdaad bemachtigd wordt.</p><p>Een alledaags voorbeeld. Je kunt op heel veel manieren kaas uit een koelkast proberen te halen, zodat het niet lukt. Maar doorgaans zijn we behoorlijk goed in het vinden van de manier, waarop het wel lukt. <br /></p><p>Een boer die meer melk van zijn koeien wil, schiet niks op met boos worden (een emotionele reactie) of met op zijn koeien inpraten. De methode die de strongman gebruikt om zijn volgelingen/gelovigen te manipuleren. Ook de methode die via systeem 1 het meest voor de hand zou liggen.<br /></p><p>De boer zal dus iets anders moeten bedenken, iets dat wel werkt. Hij zal in dit geval echt moeten doen aan systeem 2 denken. Nauwkeurig observeren, zich zijn doel goed realiseren, een aanpak bedenken en tenslotte die aanpak toetsen aan de realiteit. Werkt de aanpak inderdaad of is het probleem nog steeds niet opgelost? De feedback van de harde natuur bepaalt dus of het resultaat van het systeem 2 denken succesvol is.<br /></p><p>In onze moderne samenleving geldt dit voor boeren noodzakelijke systeem 2 denken inmiddels natuurlijk in mindere mate. Tegenwoordig worden boeren soms gewoon erg boos, gaan ze samen massaal demonstreren en krijgen tenslotte via de politiek wel, wat ze ongeveer willen hebben.</p><p>Dit voorbeeld laat ook zien, waarom mensen tegenwoordig steeds meer moeite hebben met het rationele denken dat systeem 2 vraagt. Volg gewoon je systeem 1, verwoord luid je gevoelens en wensen, word zo nodig heel erg boos of heel erg verdrietig en je krijgt tenslotte vaak, wat je wilt hebben.</p><p>Daarnaast krijg je echter ook iets, dat je op de lange termijn beter niet kunt hebben. Je leert daardoor onbewust en onwillekeurig dat je problemen oplost via systeem 1. Je ontwikkelt niet langer het lastige, moeilijke en tijdrovende systeem 2 denken.<br /></p><p>Systeem 1 werkt niet goed in gevallen dat je met de harde natuur te maken hebt. Je mag dus best vinden en van de daken roepen dat inenten niet nodig is, maar het virus en je afweersysteem gaan daarna niet opeens je probleem oplossen. De natuur is hard en als je pech hebt, overleef je je eigen gekkigheid niet.</p><p><br /></p><p></p><p>Hoe kunnen we nu de bredere stelling, die we ontleenden aan Krugman, samenvatten? Zo:</p><p></p><blockquote><blockquote>MAGA is Based on System 1 Thinking, Not on System 2 Thinking.</blockquote></blockquote><p></p><p></p><p>Maar dat bevestigt mijn veronderstelling dat de variabele die zo goed* voorspelt of men Trump volgt of niet (bevooroordeeldheid, prejudice), staat voor de manier waarop men denkt. Hanteert men systeem 1 (snel denken via emoties) of systeem 2 (traag denken door moeizaam en zorgvuldig na te denken met respect voor de feiten)? <br /></p><p></p><p>Meestal zetten we feiten tegenover fictie, of feiten tegenover opinies. Maar misschien is het nog simpeler. Focussen we op ons gevoel, of focussen we op de feiten? Focussen we op onze binnenwereld gevuld met emoties en 'mooie' ideeën of focussen we op de harde wereld om ons heen?</p><p>Eigenlijk zou je de stelling dan dus zo kunnen formuleren:</p><p></p><blockquote><b><blockquote>MAGA is Based on Emotions, Not Facts.</blockquote></b></blockquote><p> </p><p></p><p>Laat ik een simpel voorbeeld geven. In onze achtertuin staat een prachtige boom. Dat wil zeggen: wij vinden het een 'prachtige' boom. Maar die boom staat gevaarlijk scheef en is akelig groot. Vroeg of laat gaat die om.</p><p>In dit geval heb je twee opties. Je kunt je gevoel volgen en zeggen: het is zo'n prachtige boom, die moet blijven staan! Of je kunt je verstand volgen en zeggen: als die boom naar beneden komt, richt hij een hoop schade en met wat pech kan hij bovenop iemand vallen. Het is beter die boom te knotten.</p><p>Op de korte termijn is het heerlijk om die boom te laten staan, maar op de lange termijn kan het veel ellende geven. </p><p>En dat is precies, wat we voortdurend weer zien. Zodra een deel van de bevolking een strongman aan de macht brengt, wordt het daarna een gigantische rotzooi. Vaak snel, soms duurt het wat langer, maar een rotzooi wordt het!</p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p>---</p><p><span style="font-size: x-small;">* Altemeyer vermeldt in de bijlagen (op internet te vinden) van zijn laatste met John Dean geschreven boek een gevonden correlatie van hoger dan 0.80 waarbij prejudice zeer betrouwbaar gemeten was. Een correctie voor onbetrouwbaarheid zal die gevonden correlatie dus niet meer wezenlijk verhogen.<br /></span></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p><br /></p><p><br /></p><p> <br /></p><p><br /></p><p> <br /></p><p> </p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-15489843505673310952024-02-12T04:54:00.001+01:002024-02-16T03:49:46.856+01:00Bob Altemeyer is niet langer onder ons<p> </p><p>Bob Altemeyer (1940-2024), de psycholoog die 'rechts autoritarisme' (RWA) meetbaar maakte en valideerde, is niet langer onder ons.</p><p>De site waarop hij tot voor kort nog publiceerde (<b>https://theauthoritarians.org/update/</b>), meldde op 10 februari 2024:<br /></p><p> </p><p></p><blockquote> "I regret to inform readers that Bob Altemeyer has passed away."</blockquote><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p> </p><p><br /></p><p></p>Unknownnoreply@blogger.com0tag:blogger.com,1999:blog-5874779735654330691.post-1708680129788107842024-02-11T04:06:00.004+01:002024-02-11T04:06:35.709+01:00Messianistische politiek: de Grote Leider als Messias<p> </p><p> </p><p>In de NRC van 31 januari 2024 vind ik een artikel van Ian Buruma getiteld: <i>Rechts populisme als de nieuwe opium voor het volk</i> (https://www.nrc.nl/nieuws/2024/01/30/rechts-populisme-als-de-nieuwe-opium-voor-het-volk-a4188584#/krant/2024/01/31/#118).</p><p>Ik ben geneigd te denken dat het eigenlijk 'het' opium zou moeten zijn, maar wie ben ik? Goed, ter zake.</p><p>Buruma legt een verband tussen religie en de moderne rechts-populistische politiek. Beter gezegd: hij ziet dat veel strongman-politici een behoorlijk religieuze koers varen. Ze proberen gelovigen als gewillig stemvee aan zich te binden (mijn woorden, MvE).</p><p>Buruma noemt in dit verband Narendra Modi, Donald Trump, de terreurgroep Hamas en Geert Wilders.</p><p> </p><p>Over Modi merkt hij ondermeer op:</p><p></p><blockquote>"Modi heeft zich ontpopt als een soort politieke hogepriester van het hindoeïsme. In die rol bracht hij offers aan de god. De nieuwe tempel heeft bovendien een bijzondere betekenis voor de partij van Modi, de BJP, omdat hij werd opgetrokken op de ruïnes van een moskee uit de 16de eeuw die in 1992 werd verwoest door joelende Hindoe-nationalisten, daartoe aangespoord door leiders van de BJP.<br /><br />Modi belooft zijn volgelingen dat hij een ‘nieuw India’ zal stichten, een hindoeïstisch India namelijk, waar de meer dan 200 miljoen moslims worden gezien als ongewenste vreemdelingen."</blockquote><p> </p><p>Over Trump merkt hij op:</p><p></p><p></p><blockquote>"Donald Trump mag dan een fraudeur en een aanrander zijn, die vrouwen naar hun ‘pussy’ grijpt, maar veel van zijn trouwe volgelingen zien hem als een verlosser die door God op aarde is gezet om de VS te bevrijden van feministen, homo’s, liberale elites, immigranten, asielzoekers, en andere zondaars.<br /><br />Volgens een video op Trumps website, Truth Social, moeten we dit zo zien: „God moest iemand hebben om zich te begeven in de vuige slangenkuil... Daarom heeft God Trump geschapen.”<br /><br />In evangelische en reactionaire katholieke kringen is Trump meer dan een politicus. God heeft de voormalige president gekozen om Amerika weer groot te maken. Hij wordt weliswaar aangeklaagd wegens financiële en politieke fraude en ophitsing tot geweld, maar dat betekent dat hij een martelaar is, die wordt vervolgd door snode machten, net als Onze Lieve Heer."</blockquote><p></p><p> </p><p>Over Hamas merkt hij op:</p><p></p><blockquote>"Daarom kan een beweging van religieuze extremisten – Hamas bijvoorbeeld – nooit een democratische partij worden. In een radicale moslimstaat is geen plaats voor debat of compromis. En hetzelfde geldt voor extremisten in Israël die de bezetting van de Westoever en de uitzetting van Palestijnen rechtvaardigen door de bijbel te citeren. Over waterrechten kun je soebatten. Over heilige grond niet."</blockquote><p></p><p> </p><p>Over Wilders merkt hij op:</p><p></p><blockquote>"Geert Wilders, de poldermessias, zegt dat hij bereid is om tot een schikking te komen met andere partijen en om zijn extremisme tijdelijk in de ijskast te bewaren, maar een politicus die de Koran wenst te verbieden en zich presenteert als de redder van de ‘joods-christelijke traditie’ is ook niet de juiste man om een democratische regering te leiden."</blockquote><p> </p><p>Buruma eindigt zo:</p><p></p><blockquote>"Dat veel democratische staten nu te kampen krijgen met messianistische politiek komt niet omdat de macht van de kerk is toegenomen. Ik denk eerder dat het tegendeel waar is. In de meeste westerse democratieën geniet de georganiseerde godsdienst nauwelijks nog enig gezag. Dat is zelfs zo in de VS, waar de meeste mensen nog wel de een of andere religie aanhangen. Maar erg veel Amerikaanse christenen, met name de Trump aanhangers, volgen freelance dominees en geestelijke entrepreneurs.<br /><br />Juist op plekken in Europa waar rechts populisme sterk is toegenomen is het gezag van de kerk – en ook de communistische ‘kerk’, denk aan het oosten van Duitsland – in elkaar gezakt. Mensen die vroeger braaf naar de kerk gingen en zich door de priester of dominee lieten vertellen op wie zij moesten stemmen, voelen zich vaak verloren en zoeken nu naar een nieuwe verlosser die de oude vertrouwde wereld, waarin alles zo duidelijk leek, weer te voorschijn kan toveren. Er zijn nu meer dan genoeg volksmenners die maar al te graag aan dat verlangen tegemoet willen komen."</blockquote><p> </p><p>Ik weet niet of al zijn beweringen kloppen, maar onmiskenbaar lijkt mij dat er inderdaad een koppeling tussen religie en strongmen bestaat, Uitgaande van het (op deze blog geïntroduceerde en besproken) soortenmodel moet je dat ook verwachten.</p><p>De Grote Leider predikt zijn evangelie, de grote schare van gewone (niet sociaal-dominante) volgelingen/gelovigen gelooft dat blindelings. Zijn élite (de hem omringende double highs) geloven dat nog fanatieker, omdat ze en autoritaristisch zijn en sociaal-dominant. En de men of action die hij aantrekt, doen fanatiek alsof ze zijn evangelie ook geloven, terwijl ze dat in werkelijkheid niet echt doen. Alleen de double lows moeten er niets van hebben, maar die worden vervolgd en zo nodig opgesloten of vermoord.<br /></p><p></p><p>Rechtse politiek is messianistische politiek, ben ik geneigd te zeggen. Maar dat is natuurlijk een gevaarlijke uitspraak. Om te beginnen is het begrip 'rechtse politiek' uitermate vaag en voor verschillende uitleg vatbaar. En vervolgens zal niet iedereen helder op het netvlies hebben, wat 'messianistische politiek' dan precies is. Het is dus de vraag of die uitspraak verduidelijkend werkt.</p><p>Maar uitgaande van het soortenmodel valt dat wel te verduidelijken. Het grote bindmiddel voor de machtige groep (ook wel aangeduid als: lethal union, dodelijke club) is bevooroordeeldheid. Uit onderzoek weten we dat bevooroordeeldheid de beste voorspeller is van enthousiasme voor de strongman.</p><p>Wat is bevooroordeeldheid? De strongman vertelt zijn aanhangers wat ze graag willen horen. Die aanhangers vinden dat heerlijk om te horen en zien in ruil daarvoor de strongman als hun Grote Leider, die hen naar het Beloofde Land zal leiden. Onder zijn bezielende leiding zullen zij de Wereld veroveren en bezitten. Alle andere groepen zullen gedood worden of hun slaven zijn.</p><p>De machtige groep belooft zijn volgelingen akelig veel, mits ze bereid zijn alles blindelings te geloven en hun leider blindelings te volgen. Tussen bevooroordeeldheid en het irrationele geloof in de slogans van de groep moet je dus een duidelijk verband verwachten.</p><p>Wat betekent dit artikel nu concreet? Buruma ziet een verband tussen strongman en messianistische politiek. Uit de voorbeelden die hij geeft, volgt dat dat verband er ook echt is. Dat bevestigt opnieuw de waarde en juistheid van het soortenmodel.<br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p><p><br /></p>Unknownnoreply@blogger.com0