woensdag 10 januari 2018

De bijbel en C.P. Snow over de alfafactor


Laatst aangepast op 11/1/2018 om 5:11.


Het onderzoek naar de factor die maakt dat mensen de lokroep van de strongman niet kunnen weerstaan is -- zou men kunnen zeggen -- begonnen in 1941 met de publicatie van Escape from Freedom van Erich Fromm (hier).

Sinds kort lijkt duidelijk te zijn dat de alfafactor (bevooroordeeldheid/prejudice) de factor is, waarmee de strongman trekt (1). Daarnaast vormt deze factor natuurlijk ook het verschil tussen alfa's (double highs) en bèta's (double-lows) (2).

De alfafactor is ook de maat die normaal gebruikt wordt om agressie te meten (3).  Daarnaast kan men de alfafactor nog interpreteren als maat voor irrationaliteit (4) en als maat voor gerichtheid op mensen (5).

Uit empirisch onderzoek is bekend dat de alfafactor bestaat uit twee vrijwel ongecorreleerde bestanddelen: sociale dominantie (6) en autoritarisme (7). Het eerste is het streven naar macht, het tweede is het streven te behoren tot een groep.

Uit vergelijking van teksten uit beide culturen blijkt verder dat alfa's dogmatisch denken in plaats van inductief (8). Verder hanteert men bij voorkeur mands (commando's) in plaats van tacts (beschrijvingen) (9). Tenslotte hanteert men subjectieve waarheid in plaats van objectieve waarheid (10).

Bij het nagaan hoe mensen informatie verwerken, blijken alfa's informatie zacht en passief te verwerken in plaats van hard (11).

De alfafactor geeft kennelijk aan op welke wijze men informatie verwerkt, denkt en reageert. Men zou het ook, in navolging van Daniel Kahneman, de snel-denk-factor kunnen noemen. Alfa's denken snel, dat wil zeggen via emoties. Bèta's denken langzaam via bewust en gericht nadenken.

Hoe lang is de alfafactor al bekend, kan men zich afvragen. Ik laat hierna zien dat de auteurs van het Oude Testament, in dit geval Exodus, zich al van het onderscheid bewust moeten zijn geweest.

Daarna laat ik zien dat C.P. Snow in 1956 drie grote verschillen zag tussen alfa's en bèta's. Deze drie verschillen zijn inmiddels bij onderzoek teruggevonden.


De bijbel en de alfafactor

Naar aanleiding van de vraag naar de afschaffing van de slavernij, viel het me op, dat het bijbelwoord (Exodus 20:5, hier) stelt, dat God de misdaad der vaderen bezoekt aan de kinderen tot in de derde en vierde generatie van hen die God haten. Je moet dan dus denken in een termijn van ongeveer honderd jaar. In werkelijkheid zou het als het om slavernij gaat, weleens heel wat langer kunnen duren voordat de kwalijke effecten van de grootheidswaan van de slavenhouders uitgewerkt zijn, vrees ik.

Dit bijbelfragment bevat echter een merkwaardige passage waarvan vrijwel niemand -- bij zoeken op internet -- goed lijkt te begrijpen wat er precies mee bedoeld wordt. Het fragment handelt namelijk over wandaden van mensen die God haten. Letterlijk: 'dergenen, die Mij haten.' Welke mensen worden daarmee precies bedoeld?

Mensen met een christelijke opvoeding blijken de vraag 'Wie zijn die godhaters?' vaak te beantwoorden met: 'ongelovigen'. Iemand die echter niet gelooft in 'God', kan hem moeilijk haten.

Bij zoeken op internet blijken er ook nu nog godhaters te bestaan. Mensen die negatieve gebeurtenissen hebben meegemaakt en daar God voor verantwoordelijk stellen. Men gelooft dus wel in God, maar men is kwaad op hem. Men is verontwaardigd over, hoe men door hem behandeld is.

Aan een dergelijke reactie zitten meerdere aspecten:
1. het is een emotionele reactie;
2. het is een impulsieve, snelle reactie;
3. het is een negatieve reactie;
4. het is een irrationele reactie;
5. het is een agressieve reactie;
6. het is een 'sociale' reactie (men ziet de natuur als mens);
7. het is een mand (commando: 'behandel me beter!');
8. men hanteert subjectieve waarheid ('Ik zeg het, dus het is zo!');
9. men denkt vanuit zijn ik naar buiten (dogmatisch) in plaats van omgekeerd ('Ik weet hoe ik behandeld behoor te worden, dit lijkt nergens op!' Behandel me beter of je hebt mot!);
10. men verwerkt de informatie associatief en zacht (de als negatief ervaren werkelijkheid wordt vertaald in een boos commando aan de tegenwerkende God, maar wat er precies gebeurd is, onttrekt zich ondertussen aan de waarneming en het bewustzijn van de spreker);
11. men ziet zichzelf als hoger dan God.

Dit is kortom een typische alfa-reactie: emotioneel, impulsief, negatief, irrationeel, agressief en niet de reactie van iemand die focust op de natuur, maar die focust op mensen. Verder ziet men zichzelf als superieur, ziet men niet wat er precies gebeurd is en gaat men volledig uit van zijn eigen overtuiging en gelijk.

Gelovigen/autoritaristen zijn geneigd niet te lezen. Wanneer men wel leest, leest men passief. Vervolgens vormt men de tekst om, zodat men die kan gebruiken voor een persoonlijk doel. Mocht men een helder moment hebben, dan is het in iedere geval volstrekt onvoorstelbaar dat een tekst met een ernstige waarschuwing betrekking zou kunnen hebben op zo'n bijzonder, edel en uitverkoren mens als men zelf denkt te zijn.

Wie echter de hele tekst leest (Exodus 20), ziet dat met 'God' de externe werkelijkheid wordt bedoeld. 'God' in de betekenis die Einstein aan het woord toekende: de Natuur.

Bèta's zijn kennelijk geneigd 'God' te interpreteren als de 'Natuur'. Ze zien er geen persoon in, maar het gigantische heelal dat ze niet kunnen bevatten en nog minder volledig kunnen controleren. Ze kunnen het hoogstens een beetje proberen te begrijpen en zo goed mogelijk wat eten bij elkaar scharrelen.

Alfa's zijn echter niet gericht op de natuur, maar op mensen. Ze zijn daardoor geneigd de natuur te interpreteren als het werk van een machtig persoon die de baas is over alles. Als er dus dingen misgaan, is dat toe te schrijven aan die machtige persoon. Een idee dat een bèta verwilderd naar de hemel doet kijken met een blik van: 'Lieve Heer, wat heeft u nu weer in elkaar geprutst?'

Er waren dus in de tijd dat het bijbelverhaal gemaakt werd, kennelijk mensen die de Natuur/God zagen als iets oppermachtigs, dat gerespecteerd, omarmd en begrepen moest worden. En er waren mensen die van dat idee niets moesten hebben, omdat ze de natuur zagen als het werk van een machtig persoon, genaamd God, die verantwoordelijk was voor alle ellende waar men in zat.

Aan de ene kant waren er dus mensen die vonden, dat je blij moest zijn met wat je had, ook al viel dat misschien vergeleken met vroeger zwaar tegen. Aan de andere kant waren er mensen die uiterst ontevreden waren over de situatie en een zondebok zochten om hun woede te koelen.

Een volgend punt dat dan opvalt, is dat de auteur kennelijk een probleem met de normen en moraal ziet. Men moet zich normaal en fatsoenlijk gedragen is waar veel van de geboden op neerkomen. De ontevredenen waren kennelijk zo kwaad dat ze het met de normen ook niet altijd even nauw namen. Ook dit wijst erop dat de ontevredenen alfa's waren. Alfa's beschikken niet over ingebouwde normen doordat ze in mands denken.

Een specifiek punt in dit verband is ook het verbod op begeerte, op hebzucht. Een punt dat typerend is voor sociale dominantie. Een ander punt is het verbod op beelden. Kennelijk duidelijk gericht tegen autoritaristen.

Wat aan deze bijbeltekst verder opvalt, is dat de schrijver uiterst summier is over de mensen die deze -- in zijn ogen volstrekt foute -- reactie vertonen. Hij doet geen aanval op ze, maar hij voorspelt slechts dat hun gedrag op termijn eindeloze narigheid zal opleveren. Hij blijft dus consequent een rationele benadering volgen. 'Je kunt dat wel doen, maar dan . . .'

Het is in dit verband mogelijk dat de auteur zich op dit punt inhield, omdat hij geen problemen wilde met deze mensen. Afgaande op de irrationele reactie ging het om alfa's die onweerstaanbaar worden aangetrokken door macht. Indien men zich bevond in ballingschap waren dit de mensen die probeerden bij de machthebbers in het gevlij te komen. Verder hebben alfa's geen last van ingebouwde normen. Er was dus in hun optiek geen enkele reden om niet de gunst van de eerdere vijand te zoeken.

Waarom was de manier waarop men God zag voor de schrijver zo'n belangrijk punt, kan men zich afvragen. In moeilijke situaties staan er voor mensen twee totaal verschillende routes van reageren open: de alfa- en de bètareactie. De eenvoudigste reactie is de emotionele route te kiezen. Een zogenaamde systeem-1 reactie: reageren vanuit de onderbuik. Wat Daniel Kahneman 'snel denken' noemde.

De andere route is veel moeizamer, vergt veel meer inspanning en kost veel meer tijd, maar levert op termijn vaak ook veel meer op: nadenken, je verstand gebruiken. De schrijver van de bijbeltekst beveelt in feite deze systeem-2 reactie aan. De reactie die Daniel Kahneman omschreef als: 'langzaam denken'.

Accepteer de werkelijkheid zoals die is, bestudeer die zorgvuldig en hou vast aan onze waarden en normen. Kennelijk is de bijbeltekst tot stand gekomen in een tijd dat men als samenleving onder grote druk stond.

Deze bijbeltekst laat ook zien, dat de auteur wortelde in een samenleving waarin rationeel denken, de bètareactie, in hoog aanzien stond. Kennelijk was men meer gericht op productie dan op agressie.

De bijbelse vermaningen waren vermoedelijk goed bedoeld, maar het is de vraag in hoeverre ze daadwerkelijk effectief waren, speciaal bij het autoritaristische deel van de doelgroep. Het deel dat slechts passief luistert en dat negatieve informatie nooit op zichzelf betrekt.

Aan de andere kant lijkt het aannemelijk dat geloofsgroepen die bijbelstudie omarmen, qua empirisch wetenschappelijke attitude een duidelijk voordeel hebben. Mogelijk heeft de regelmatige verkondiging van deze boodschap dus toch invloed op de manier van denken en in het leven staan.


Snow over de problemen van alfa's

C.P. Snow beschreef in 1956 (hier) vermoedelijk als eerste de problemen van alfa's in vergelijking met bèta's. Hij baseerde zich aan de ene kant op wat hij gezien had bij de empirische wetenschappers waar hij meegewerkt had en aan de andere kant op wat hij zag en hoorde bij de literaire wetenschappers, waar hij later als schrijver tussen terechtkwam.

Allereerst hebben bèta's volgens Snow een open mind (open geest) en een bepaalde instelling. Ze beschikken over een soort pioniersmentaliteit. Ze zijn gericht op de wereld en zijn geneigd ieder probleem als een uitdaging te zien. Alfa's hebben volgens Snow kennelijk een closed mind (gesloten geest) en dat klopt helemaal, met wat er op dit punt via onderzoek bekend is. Men denkt zeer dogmatisch en is extreem agressief.

Ten tweede hebben alfa's een intellectueel probleem. Alfa's missen het vermogen empirische wetenschap te begrijpen. Ze zijn in dit opzicht toondoof, aldus Snow. In mijn termen: ze kunnen niet goed in tacts denken en hebben problemen met zindelijk denken. Ook dit punt is door het beschikbare onderzoek uitvoerig bevestigd.

Het belangrijkste verschil volgens Snow is echter de moraliteit: de kennis van goed en kwaad. Alfa's missen ingebouwde absolute normen. Men mist het gevoel voor wat nog wel kan en wat niet meer. Men ziet alles als relatief. Alles moet kunnen.

Alfa's denken in hiërarchische relaties. Men ziet de samenleving als een piramide waarin het erom gaat de top te bereiken. Daarbij ziet men zichzelf aan de top van de piramide. Men ziet zichzelf als God. Hoewel men voor zichzelf geen normen hanteert, legt men het eigen waarde-oordeel zo mogelijk wel dwingend op aan anderen. Alfa's voelen zich aangetrokken tot fascisme, zag Snow.

Bèta's geloven daarentegen in egalitaire relaties tussen mensen, maar zien de Natuur/God als hoger dan zichzelf. Ze beschikken daardoor over ingebouwde moraliteit. Van fascisme moeten ze niets hebben.

Ook dit punt van Snow is in het beschikbare onderzoek bevestigd. Alfa's zien de wereld als een strijdtoneel. Men is extreem agressief en bevooroordeeld en vergaand irrationeel. Men denkt in groepen en het doel is het verwerven van de absolute macht.

Kortweg zijn de problemen van alfa's als volgt. Men heeft een foute instelling doordat men gericht is op het bereiken van de top. Men heeft problemen met logisch en zuiver denken. Tenslotte beschikt men niet over een ingebouwd gevoel voor goed en fout: men is corrupt.

Op basis van wat er inmiddels bekend is over de alfafactor (de twaalf punten van Altemeyer en mijn elf punten) lijkt Snow scherp te hebben waargenomen. Hij vermoedde toen vermoedelijk niet, dat het verschil dat hij dacht te zien tussen beide soorten wetenschappers, een verschil zou blijken te zijn tussen mensen in het algemeen.








Geen opmerkingen:

Een reactie posten