maandag 2 mei 2016

Waarom deze blog?


'Discriminatie' is een lastig begrip. Laat ik een simpel voorbeeld geven. Je bent transvrouw en je solliciteert op een functie als docent bij de universiteit. Je voldoet meer dan volledig aan de eisen voor de functie, maar toch word je het niet en geeft men de voorkeur aan een andere kandidaat. Discriminatie of niets aan de hand? Zonder aanvullende informatie valt dat niet te zeggen.

Laten we veronderstellen dat de transvrouw in mijn voorbeeld onraad ruikt en denkt dat er iets niet klopt. Ze neemt daarom contact op met de universiteit en wil weten waarom ze het niet geworden is. Wanneer de reden voor haar afwijzing inderdaad was, dat ze geboren was in een mannenlichaam, kun je van de universiteit moeilijk verwachten dan men dat vrolijk gaat meedelen. Je mag van een dader niet vragen dat hij gaat meewerken aan zijn eigen veroordeling. Via deze route zal de transvrouw dus normaal niet de benodigde aanvullende informatie krijgen, waarmee ze kan aantonen dat het om discriminatie ging.


Het doelwit kan wegkijken of terugvechten

Een tweede probleem bij discriminatie is merkwaardig genoeg het beoogde slachtoffer. Probeer je even in die transvrouw te verplaatsen. Je bent je baan kwijt, je bent je partner kwijt, je bent je kinderen kwijt, je bent je contacten kwijt. Je gaat echter niet bij de pakken neer zitten en probeert energiek een nieuwe baan te vinden. Dan word je om onduidelijke redenen afgewezen. Ga je nu heel assertief veel energie stoppen in het proberen aan te tonen dat het om discriminatie ging of probeer je gewoon door te gaan met solliciteren?

Eigenlijk is het probleem nog fundamenteler. De meeste transgenders die ik gekend heb, zijn er heilig van overtuigd dat discriminatie (van transgenders) niet bestaat. (Met 'transgender' bedoel ik iedere man of vrouw die om enigerlei reden niet perfect voldoet aan het stereotype idee van 'echte man' of 'echte vrouw'.) Transgenders overtuigen zichzelf er vaak van voordat ze uit de kast komen, dat iedereen hem of haar zal accepteren. Wanneer je dat heilig gelooft, ben je vervolgens niet in staat eventuele discriminatie die plaatsvindt, als discriminatie te benoemen. Je gelooft dat het er niet is, dus dan is het er ook niet. Je ziet het gewoon niet.

Dat niet willen zien van discriminatie is overigens niet iets dat alleen bij transgenders voorkomt. Een bekend voorbeeld was de overgrote meerderheid van bijvoorbeeld de Nederlandse Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Verplaats je even in hun situatie. Aan de ene kant weet je heel goed dat de nazi's jou als inferieur zien. Aan de andere kant suggereren de nazi's dat je elders een nieuw bestaan gaat opbouwen. Het is dus verleidelijk die suggestie te accepteren. In de opvatting van de Joden was er vermoedelijk ook geen duidelijk alternatief.

Stel je bent zwart en woont in de VS. Discriminatie is dan iets dat frequent voorkomt. Maar helpt het, om dat voortdurend te constateren en te roepen? In eerste instantie, ondertussen al weer een hele tijd geleden, vonden zwarte Amerikanen het vaak heel normaal dat ze in de bus bij gebrek aan zitplaatsen voor blanken moesten opstaan. Tegenwoordig hebben we in de VS de 'Black lives matter'-beweging. Het is genoeg geweest; het vermoorden van zwarte Amerikanen moet stoppen. Dat betekent niet dat de discriminatie in de VS van zwarte Amerikanen zal afnemen of verdwijnen, maar het betekent wel dat ze als groep belangrijk strijdbaarder zijn geworden.

Kort geleden, op 3 april 2016, overleed Jules Schelvis, de enige overlevende van een transport op 6 juni 1943 van 3006 mensen van Westerbork naar Sobibor. Ik ontmoette Schelvis ooit in de trein waarna er merkwaardig genoeg een levendig gesprek ontstond over de plattegrond van het kamp. Op een of andere manier bleek hij daar op dat moment niet goed mee op de hoogte te zijn.

Op 14 oktober 1943 vond in kamp Sobibor een opstand plaats. Ik dacht dat Discovery nog regelmatig een gedramatiseerde documentaire over die opstand uitzendt. Vroeger heb ik ooit een boek over die opstand gelezen en zo kwam het dat ik tot verrassing van Schelvis vrij goed op de hoogte was met de plattegrond van het kamp. Bij die opstand vielen natuurlijk aan de kant van de gevangenen talloos veel doden. Toch was de opstand een gigantische overwinning doordat een 42 mensen aan vernietiging wisten te ontsnappen en het een gigantische afgang was voor de nazi's die zichzelf zagen als superieur, de Joden als inferieur en nu smadelijk merkten dat de praktijk soms toch wat tegenviel.

Die opstand had echter nooit kunnen plaatsvinden als het kamp bevolkt was geweest met Nederlandse Joden. Nederlandse Joden golden in het kamp als 'blöd'. Doordat Joden in Nederland relatief goed waren behandeld, hadden ze geen ervaringen met pogroms, met vechten en waren ze niet assertief genoeg. Ze waren veel te lief, te netjes, te aardig, te meegaand en te weinig doortrapt.

Ook met alleen Poolse Joden zou de opstand vermoedelijk nooit gelukt zijn. De Duitsers maakten de fout Russische Joden die uitgebreide gevechtservaring hadden als soldaat en officier, in het kamp te werk te stellen. Dit voorbeeld laat zien dat de attitude en de training van de gediscrimineerde groep, eindeloos veel verschil kan maken. Ben je bereid je dood te vechten of laat je je als een schaap naar de slachtbank leiden?

De eerste stap voor een mogelijk slachtoffer is te erkennen dat discriminatie bestaat en gebeurt en een daadwerkelijk risico vormt. De tweede stap is informatie verzamelen, mogelijkheden aflopen en een plan maken. De derde stap is in actie komen als de tijd daar is.


Discriminatie tegengaan

De titel van deze blog is 'Stop discriminatie!' Valt discriminatie te stoppen? Ik denk dat dat niet kan. Wat we ook zullen doen, het zal nooit mogelijk zijn discriminatie volledig te voorkomen. De reden daarvoor is dat de neiging tot discrimineren ingebakken zit in de menselijke natuur. Ik zal dat later toelichten en onderbouwen.

Wat kunnen we wel doen? Er zijn drie manieren om discriminatie tegen te gaan.

1. De eerste manier heb ik hiervoor al aangegeven. Het beoogde slachtoffer weerbaarder maken. Een doelwit dat voorbereid is op wat komen kan, een doelwit dat terug vecht zodra de gelegenheid zich voordoet, kan veel verschil maken. Denk aan de succesvolle opstand in Sobibor! Denk aan de 'Black lives matter'-beweging.

2. Niet iedereen discrimineert en niet iedereen discrimineert even gemakkelijk. Dankzij tientallen jaren onderzoek is tegenwoordig bekend welke mensen vooral discrimineren en waarom ze dat doen. Mensen die discrimineren doen dat bij voorkeur uit een machtspositie, in groepsverband en op zo'n manier dat ze weinig risico lopen. Naarmate de kans om gepakt te worden en de daaraan verbonden 'kosten' groter worden, neemt de animo om te discrimineren bij mensen die bereid zijn tot discrimineren, snel af. Maatregelen vanuit de samenleving om discriminatie op te sporen en aan de kaak te stellen, zijn dus zeer belangrijk.

Om discriminatie effectief tegen te gaan, moet men op de hoogte zijn met wat er op dit punt via empirisch wetenschappelijk onderzoek bekend is. Deze blog is bedoeld aan de verspreiding van die uitkomsten een bijdrage te leveren.

3. Discriminatie is vermoedelijk sterk afhankelijk van de cultuur en het gevolgde onderwijs. Bepaalde culturen, waaronder de moderne Nederlandse cultuur, bevorderen vermoedelijk -- zonder dat men zich dat realiseert -- discriminatie. Onderwijs is waarschijnlijk een factor waardoor grote aantallen mensen onbedoeld getraind worden in een discriminerende houding en cultuur.

Cultuur en onderwijs zijn natuurlijk niet eenvoudig te wijzigen, maar in eerste instantie is ook dit een kwestie van bewustwording. Zoals beoogde slachtoffers zich eerst moeten realiseren dat discriminatie kan bestaan en een probleem kan zijn, zo moeten we ons eerst ook realiseren dat de cultuur en het onderwijs elementen bevatten die discriminatie kennelijk aanmoedigen. Op dit punt is deze blog bedoeld informatie te geven.

Deze blog is niet bedoeld als propaganda of reclame. Het doel is informatie te verschaffen. Het is aan de lezer om die informatie te beoordelen en wel of niet toe te passen.


Wat is er bijzonder aan deze blog?

1. Mensen denken vaak in specifieke vormen van discriminatie. Je kunt je bijvoorbeeld richten op de discriminatie van LGBT-personen. Mijn eerste voorbeeld van de solliciterende transvrouw kwam uit die hoek.

Ik denk dat dat te beperkt is. Discriminatie is een algemeen verschijnsel dat in de praktijk vrijwel nooit beperkt is tot een specifieke bevolkingsgroep. Op het moment dat er razzia's op Joden worden uitgevoerd, denkt iedere niet-Jood: gelukkig, ik hoef niet bang te zijn. In werkelijkheid werkt het zo niet. Want daarna zijn de communisten aan de beurt en daarna de mensen met een 'foute' religie. Ten slotte ben jij ook aan de beurt.

Mensen die discrimineren, en dat zijn er nogal wat zoals ik later zal laten zien, zijn niet kieskeurig. Ze zijn niet specifiek gericht op slechts één enkele bevolkingsgroep of één enkel slachtoffer. Wie dat denkt, begrijpt het mechanisme achter discriminatie niet goed. Ik kom daar later op terug.

2. Een tweede reden waarom deze blog afwijkt, is dat ik expliciet een empirisch wetenschappelijke benadering van het probleem voorsta. Discriminatie is een algemeen probleem dat op veel grotere schaal voorkomt dan men zich doorgaans realiseert. De beste manier om dat probleem aan te pakken, is via de empirisch wetenschappelijke methode.

Een methode die volgens mij niet werkt, is de moralistische. Discriminatie is slecht, waar ik het mee eens ben, en dus is degene die discrimineert ook slecht. Daar zit ogenschijnlijk wel wat in, maar de impliciete boodschap is dan dat de spreker niet discrimineert en dus goed is. Het resultaat is dat je twee strijdende partijen krijgt, die elkaar slecht vinden en zichzelf goed. In feite zijn we elkaar dan aan het discrimineren. Een oplossing die dus niet echt opschiet.

Moralisme en discriminatie liggen dicht tegen elkaar aan, in feite leidt het een tot het ander. De empirisch wetenschappelijke benadering en discriminatie vallen daarentegen niet met elkaar te verenigen. De ene sluit de andere uit. Enerzijds levert de empirisch wetenschappelijke benadering werkende oplossingen waarvan je je als gewoon mens in eerste instantie geen voorstelling kunt maken. Anderzijds zorgt de cultuur en de attitude die voor die benadering nodig zijn, er ook nog eens effectief voor dat discriminatie tegengegaan wordt. De empirisch wetenschappelijke benadering fungeert in dit geval dus als een tweesnijdend zwaard. Laten we dat enthousiast gebruiken.


Mik van Es