zondag 7 juni 2020

Helpt demonstreren tegen racisme?


Laatst bijgewerkt: 7-6-2020 om 21.49


In Amsterdam, Den Haag en Rotterdam is massaal geprotesteerd tegen racisme. Ik herinner me het Malieveld van vroeger. Als studenten togen we naar Den Haag om tegen iets te protesteren. Dat voelde goed en was vaak ook best gezellig. Inmiddels is me soms niet meer helemaal duidelijk waar we toen precies tegen demonstreerden.

In de NRC van vrijdag, 5 juni 2020 gaat het commentaar van de redactie over het racismeprotest. De grote kop luidt: Racismeprotest houdt Nederland spiegel voor. De kleine, vet gedrukte kop luidt: BLACK LIVES MATTER.

Waar is die spiegel dan? Waarom doen zwarte levens er wel toe, maar blanke niet? Waarom zijn 6 miljoen vermoorde Joden kennelijk nu opeens niet langer een punt?

Het commentaar eindigt met het aanhalen van de nieuwe korpschef van de Nationale Politie, Henk van Essen. Hij stelt: "We moeten 'onszelf de maat blijven nemen'."

Dat klinkt mooi, maar als psychometricus lopen de rillingen mij over de rug. Stel je voor dat iedereen voortaan zijn eigen intelligentie bepaalt, ongeveer zoals Trump nu al van alles beweert over zijn eigen intellect. Wat krijg je, als je studenten zelf hun niveau laat schatten? Allemaal kleine 'Einsteins', die tot niets in staat zijn.

De NRC vervolgt: 'Het expliciet benoemen van racisme, juist ook in Nederland, is een belangrijke stap naar een samenleving met gelijke kansen voor iedereen.'

Als je maar 'racisme' schreeuwt, komt het helemaal goed met de gelijkheid in de samenleving. De werkelijkheid is dat bezit hier uitermate ongelijk verdeeld is. De werkelijkheid is dat sociale verschillen in het Nederlandse onderwijs een veel grotere rol spelen dan in andere OESO-landen. De werkelijkheid is dat die ongelijkheid bijna jaarlijks groter wordt.

De gedachtegang is: we schreeuwen een emotioneel geladen woord, waarvan we geen idee hebben, hoe we het precies operationeel moeten definiëren en dan komt het automatisch helemaal goed. Dat is het standpunt van een krant die zichzelf ziet als een baken voor het denkende deel van de natie. Schreeuw wat en het komt goed!

In Trouw van vrijdag (5 juni 2020) vind ik daarna een merkwaardig opinie-stuk van Hilko Timmer (hier). Hij beweert dit. Op de Dam waren maandag veel meer demonstranten dan verwacht. Tenminste de helft van de mensen die daar waren, willen slechts even laten zien dat ze tegen racisme zijn. Als ze daarmee klaar zijn, gaan ze over tot de orde van de dag. Het zijn mensen die dat voor hun gevoel doen. Het zijn: 'Ik doe tenminste iets'-demonstranten.

Maar het zijn natuurlijk geen echte activisten. Al dat soort mensen leidt tot een overvolle Dam. Timmer vindt: laat die mensen thuis blijven. Die horen daar niet echt.

Wat Timmer dus doet, is onderscheid maken. Je hebt echte racisme-activisten. Die mogen wel op de Dam staan te demonstreren. En je hebt gevoelsdemonstranten. Die moeten thuis blijven. Die horen niet op de Dam.

Maar hoe voorkom je, dat die gevoelsmensen toch op de Dam gaan staan? Mag ik een suggestie doen? Kampen! De oplossing is: stop ze in kampen. Zorg dat ze zo'n demonstratie niet opnieuw in het honderd laten lopen. Neem geen risico met dit soort mensen. Er is genoeg historisch bewijs: kampen werken! Was ook niet ene Adolf al tot dit inzicht gekomen?

Goed, hoe gaan de mensen die wel mogen demonstreren het racisme bestrijden? Op dit punt krijg ik van Timmer geen duidelijk antwoord. Ze zijn kennelijk racisme aan het bestrijden door heel druk van alles en nog wat te roepen en uit te dragen. Ze bestrijden racisme in zijn opvatting dus kennelijk echt door alleen te demonstreren. Meer is niet nodig.

Waar Timmer echter wel expliciet over is, zijn de gevoelsdemonstranten, die (nog) niet mogen demonstreren. Wat moeten die mensen doen om hun leven te beteren? Deze mensen kunnen beginnen met lezen over racisme, vindt hij.

Mijn ervaring met deze blog is dat lezen over racisme niet populair is. Mensen willen vermaak, mensen willen emotie, mensen willen ervaringen opdoen. Maar lezen over racisme en discriminatie is niet iets waarvoor je de gemiddelde Nederlander het bed uit krijgt. En iedereen weet: lezen in bed is niet verstandig.

Een tweede oplossing voor de gevoelsdemonstranten is volgens Timmer: schilderen. Uiteraard met als thema: racisme.

Ik herinner me ooit als student zelf een schilderij gemaakt te hebben. De muur in mijn kamer had wat warme, felle kleuren nodig. Op het abstracte schilderij pende ik linksonder een spreuk vrij naar George Orwell: 'the future, a boot stamping on a human face'. Mensen vonden het een mooi schilderij, maar hoe haalde ik het in mijn hoofd daar zo'n vreselijke tekst op te zetten. Die bedierf alles.

Een derde oplossing is volgens Timmer een lied schrijven. Uiteraard met een scherpe, originele tekst. En hoe publiceer je dat? Wie leest dat? Wie zingt dat? We zijn niet allemaal Lady Gaga. Dit punt laat hij helaas onbesproken.

De vierde suggestie is abstracter. Timmer schrijft: ''Doe iets actiefs om elke dag de strijd tegen racisme levend te houden en als u dat een tijdje volhoudt, kunt u de volgende keer met opgeheven hoofd deelnemen aan een demonstratie."

Tja, dat is natuurlijk wat vaag. Doe iets! Het idee is kennelijk: als je maar iets doet, als je maar iets de ruimte in gooit, komt het allemaal goed. En dan heb je je ook bewezen als echte activist. Dan mag je daarna als een echte anti-racisme activist meedoen met de demonstraties.

Wat Timmer dus in feite voorstelt, is: voortaan mag niet iedereen meer demonstreren. Alleen mensen die voldoen aan de criteria van de zelf-benoemde anti-racisme activisten hebben in de toekomst nog het recht mee te lopen in demonstraties. Wie ook wil toetreden tot de club moet eerst kunnen aantonen uit het juiste hout gesneden te zijn. Alleen echte anti-racisme activisten zijn nog welkom.

Toen Hitler een paar jaar de macht had overgenomen in Duitsland, kon je je nog wel melden als lid van de NSDAP, maar je moest dan wel kunnen aantonen ook een echte nazi te zijn. Je moest duidelijk kunnen maken dat je niet een populaire meeloper was, maar dat je bereid was onvoorwaardelijk de orders van de Grote Leider uit te voeren. Ik denk hier enige overeenkomsten te zien.

Maar afgezien van die ballotage, is het idee van Timmer precies hetzelfde als het idee van de NRC-redactie. Als we maar voldoende hard schreeuwen wat we vinden, komt het helemaal goed.

Ook in dit verband is de historie leerzaam. Na het keerpunt in de Tweede Wereldoorlog was opeens voor veel mensen duidelijk dat de strijd voor de nazi's niet echt goed ging. Ook de leidinggevende Duitsers van dat moment realiseerden zich dat. Wat doe je als je merkt dat de strijd niet goed gaat?

Ik zou denken: kennelijk doen we iets verkeerd. We moeten uitvinden wat we niet goed doen en het vervolgens wel goed doen. Lijkt me simpel.

De nazi's zagen dit echter totaal anders. Ze voerden hun propaganda-inspanningen verder op. Goebbels verklaarde op 18 februari 1943 in zijn beroemde Sportpalast-rede (hier) de oorlog tot een 'Totaler Krieg'. Je moest niet gaan analyseren wat er precies mis ging, nee, je moest gewoon nog harder schreeuwen. De geschiedenis heeft geleerd dat dat extra harde schreeuwen niet gewerkt heeft. De Sovjets werden er niet  door geïmponeerd en trokken gestaag verder op.

Dan is er nog een belangrijk punt in het verhaal van Timmer. Hij heeft het over 'strijd'. Maar wie zien alles in termen van strijd? Welke mensen denken op een vreemde, gecorrumpeerde manier? Welke mensen geloven, dat als je maar heel hard schreeuwt, je zorgzame moeder je bekje wel zal vullen? Of dat het gevuld zal worden door je machtige Grote Leider die niet aarzelt om iedereen die het met hem oneens is, te vermorzelen?

Inderdaad, dan heb je het over extreem bevooroordeelde mensen. Over wat we vroeger benoemden als 'fascisten'. Anti-racisme activisten hebben kennelijk een zwak voor het fascistische gedachtegoed.

In Trouw van donderdag, 4 juni 2020, gaat het over Pinksteren, maar ook over de problemen in de VS. In dat verband komt Matthias Smalbrugge aan het woord, hoogleraar Europese cultuur en christendom aan de VU.

Hij merkt op: het is maar "de vraag of wij echt nieuwe idealen nodig hebben. Martin Luther King had een prachtig visioen. Als ik nu naar Minnesota kijk, zeg ik: wij hebben geen nieuw visioen nodig. Wij hebben een grondige analyse nodig van de situatie, een precieze uitleg die laat zien waarom die droom steeds maar weer mislukt. Want kijk maar: na eerdere crises namen we ons ook steeds voor om voortaan alles anders te doen."

Smalbrugge vervolgt: "Na 11 september, na de Tweede Wereldoorlog, na de crises van 2008. Steeds weer zou de wereld nooit meer hetzelfde zijn. En steeds kwamen we binnen de kortste keren weer terug op het oude spoor. Het laat mij zien dat een ideaal vaak als een afleiding fungeert. Als een ontsnapping aan de broodnodige reflectie en kritische zelfanalyse die er ook nodig is."

Hij ziet dus -- als hoogleraar cultuur en christendom -- het onderscheid tussen de mensen die heel hard idealen rond bazuinen en mensen die grondig analyseren en uitzoeken waarom het voortdurend weer misgaat. In feite ziet hij -- hoewel hij uit een totaal ander vakgebied komt -- de zooifactor. Hij is bepaald niet de eerste historicus die dat ziet. Ook iemand als Johan Huizinga (hier) rapporteerde al iets soortgelijks toen hij schreef over fascisme (In de schaduwen van morgen).

Bij de NOS vind ik een korte video van tennistiener Gauff (hier). Haar verhaal is kort en duidelijk. Er moet iets veranderen. Je kunt horen dat het verhaal prima valt bij haar publiek.

Maar in feite kun je niets met haar hele verhaal. Ze vindt iets. Ze verwoordt het. En ze verwacht vervolgens dat een magische hand van boven haar wensen zal realiseren. Op die manier krijg je als baby voeding van je mama. Je wilt iets, je zet het op een schreeuwen en vervolgens kun je drinken. De kille werkelijkheid is echter minder aardig dan je zorgzame moeder van vroeger. Die kille werkelijkheid trekt zich doorgaans van al je prachtige wensen geen sikkepit aan.

Ook bij Gauff hoor je weer dat praten over strijd. Tegen wie moet de strijd gestreden worden? Als mijn analyse klopt, moet de strijd gestreden worden tegen de mensen die vooral strijd willen voeren. Bevooroordeelde, fascistisch ingestelde mensen moeten dan strijd leveren tegen hun eigen bevooroordeeldheid en fascisme. De betogers moeten zichzelf omvormen tot rationeel denkende mensen. Ik vrees dat dat niet gaat lukken, want dat vergt langdurig hard werken. En dat is iets dat bevooroordeelde mensen niet graag doen.

Ik sluit af met een clip die een emotionele oproep uit Amerika bevat: 'to find a better way' (hier). De mijnheer in de clip probeert een jonger iemand duidelijk te maken dat we met demonstraties niets opschieten. Ook die oproep is niet nieuw en in Amerika al eerder en vaker gedaan. Jonathan Haidt begon zijn boek (hier) er heel handig mee en komt vervolgens met het verhaal dat we ons niet zo druk moeten maken over wat sociale onrust en overbodige doden. Dat hoort er nu eenmaal bij. Dat is het mooie en bijzondere van mensen.

Als je iets wilt doen tegen racisme, meer in het algemeen tegen discriminatie dus, zijn er voor mensen slechts twee mogelijkheden. Of je kiest de strijdbenadering van de alfa's, of je kiest de analytische benadering van de bèta's. Of je kiest voor zooi of je kiest voor geen zooi.

De strijdbenadering van de alfa's heeft in al die duizenden jaren onvoorstelbaar veel strijd opgeleverd en onvoorstelbaar veel doden, maar verder weinig goeds.

De analytische benadering van de bèta's heeft ons de wonderen van de moderne wetenschap opgeleverd, maar -- als je verder terug gaat in de tijd -- ook het onvoorstelbaar grote probleem dat de uitvinding van de landbouw met zich mee bracht. Het ontstaan van het irrationele geweld. Het ontstaan van zooi. De komst van het irrationele gebabbel. Het blind varen op emoties en kretologie.

Het probleem dat in de Bijbel bekend staat als de zondeval. Het probleem dat uiteindelijk resulteerde in Auschwitz en Dachau. Het probleem dat in deze blog centraal staat.

Het probleem waarvan de oplossing nu misschien uit de mist begint op te doemen, maar dat nog heel lang niet opgelost zal zijn en door de mens misschien wel nooit opgelost zal worden.




















Geen opmerkingen:

Een reactie posten