woensdag 7 februari 2018

Omgaan met foute grapjes en informatie



Laatst aangepast 7/2/2018 om 17:30.


In de Volkskrant van dinsdag 6 februari 2018 een groot (3/5 pagina) en vlammend opinie-artikel van Julia van den Hoogen over de transgendergrap van Voetbal Inside (hier). Van den Hoogen is 17 jaar, 'lesbienne' aldus het artikel en vindt die transgendergrap helemaal fout!

De strekking van haar artikel is dat wij die transgendergrap ook heel erg fout moeten vinden.

Ik ben sinds mijn twintigste uit de kast. Ik beschouw het als een wonder dat ik nog steeds leef. Ik heb een vrouw, ik heb drie kinderen, ik ben financieel onafhankelijk en dan komt een 17-jarige jongedame mij vertellen, wat ik moet vinden!

De kunst van Karel Appel riep vroeger sterke emoties op. Je kon het mooi vinden of het zien als rommel. Ik heb echter nog nooit meegemaakt dat iemand me kwam vertellen wat ik ervan moest vinden. Som ben je geneigd te denken dat de jeugd wat worstelt met de normen.

Natuurlijk mag je best een mening hebben over iets. Het punt waar het om gaat, is dat die opinie andere mensen dwingend wordt opgelegd. De schrijfster brengt haar opinie, niet als slechts haar opinie, maar als een absoluut feit. 'De grap is geen humor meer! Wie denkt dat het humor is, zit helemaal fout!'

Wie de grap wel kan waarderen, moet volgens haar stil staan bij het in elkaar slaan van transgenders. Het doet me denken aan een kamp, waar de gevangenen verplicht worden om te kijken naar een executie. Dat zal ze afleren om foute grapjes leuk te vinden!

De schrijfster blijkt echter niet alleen met normen te worstelen. Wanneer ik haar stuk lees (hier) heeft ze het over 'negatieve' reacties waar ze een greep uitdoet, maar in werkelijkheid bedoelt ze 'positieve' reacties van kijkers, die zij ervaart als negatief en fout. Ze schrijft daarmee iets totaal anders op dan wat ze bedoelt, zonder zich dat te realiseren.

Is zo'n taalfout toeval? Dat denk ik niet. Die taalfout is niet een vormfoutje, maar duidt op een probleem met betekenis. Degene die de tekst schreef, was niet in staat kritisch naar de eigen zin te kijken. Dat soort fouten zijn aanwijzingen voor een hoge alfafactor. Een hoge alfafactor betekent dat iemand geneigd is tot discriminatie en agressie.

Wat voor argumenten geeft ze om de grap te zien als een 'foute' grap?

Het eerste argument dat ze noemt, is de bron. Derksen en Van der Gijp deugen niet, omdat ze transgenders en homoseksuelen niet echt accepteren en dat maakt alle verschil van de wereld.

Wie zo redeneert, redeneert als een typische alfa. Het moet gaan om de inhoud, om de grap, en niet om de bron. Een persoon is misschien zwart of buitenlander of Jood of transgender. Maar daar gaat het niet om. Het gaat erom wat die persoon zegt en doet.

Ik krijg liever een nuttig advies van een zwarte, buitenlandse transgender van Joodse origine die er misschien niet uitziet, dan een draai om mijn oren van een leuke, jonge, knappe, blanke, lesbische tante.

Wie op deze manier redeneert, ik kijk naar de bron en dat bepaalt de waarheid van de boodschap, discrimineert zelf en niet zo'n beetje ook. Men hanteert een omgekeerd autoriteitsargument. Het argument van de nazi's tegen Einstein. Omdat hij Jood was, kon de relativiteitstheorie niet waar zijn.

Dat de schrijfster inderdaad discrimineert, blijkt vervolgens ook. Want ze verdeelt de mensheid in twee klassen: vrienden en niet-vrienden. Haar vrienden mogen foute grapjes maken, maar haar niet-vrienden mogen dat niet. Misschien moeten de niet-vrienden over een tijdje een ster dragen, zodat we ze beter kunnen herkennen.

Het tweede argument dat ze geeft voor het fout zijn van de grap, is als volgt. 'Stel je eens voor: je bent erachter gekomen dat je je eigenlijk het andere geslacht voelt en erover twijfelt om dat op je club te vertellen. Ik zou na het zien van dit programma dat idee direct uit mijn hoofd zetten.'

Wel, dit argument is een reden om Derksen en Van der Gijp een belangrijke onderscheiding toe te kennen. Een tv-programma dat transgenders ervan weerhoudt gekke dingen te doen, is van onschatbare waarde juist voor transgenders. Het probleem bij transgenders is niet dat ze in de kast blijven, daar zitten ze prima. Het probleem is dat ze uit de kast komen, daarna gaat het helaas vaak mis.

Ze noemt dan nog dat een kwart van de niet-sportende transgenders zegt niet te sporten vanwege het feit dat men transgender is. De strekking van dit argument is kennelijk dat we de hele Nederlandse sportwereld moeten veranderen, vanwege zeg één procent niet-sportende transgenders. Mijn idee is dat je die niet sportende transgenders een trap onder hun achterste moet geven.

In feite is dit een argument in de trant van: wat zijn ze toch zielig! Ze zijn niet zielig, maar misschien wel lui, althans sommige. Op dat punt wijken ze dus niet echt af van de rest van Nederland.

Vervolgens komt ze met de stelling: 'Dat iemand het zo stelselmatig bespotten van een minderheidsgroep oké vindt, daar kan ik met mijn hoofd niet bij.' Hebben Derksen en Van der Gijp een minderheidsgroep bespot? Ik denk dat dat soort grapjes in werkelijkheid heel vaak gemaakt worden, maar dan zonder camera's. Dan heb ik veel liever dat iemand dat in de openheid brengt, dan dat het in het geniep gebeurt.

Veel Nederlanders hebben moeite met dit soort dingen, waarom zouden al die Nederlanders hun gevoelens nooit mogen uiten, terwijl LGBT'ers niets in de weg gelegd mag worden? Kennelijk zijn de gevoelen van de ene groep voor Van den Hoogen heiliger dan de gevoelens van de andere groep. Kortom, ze zit ook nu weer te discrimineren.

Haar laatste argument waarom we dit verplicht een foute grap moeten vinden, zijn de transgenders die uitgescholden en in elkaar geslagen worden in Nederland. Maar dat je een grapje maakt over een situatie die veel mensen als moeilijk ervaren, betekent nog niet dat je oproept tot het in elkaar slaan van transgenders.

Dit is typisch associatief denken. De clip roept negatieve gevoelens op bij Van den Hoogen, die gevoelens doen haar aan andere dingen denken en vervolgens worden die als feit gekoppeld aan de clip waar het allemaal mee begon. Die associatieve manier van denken is typerend voor mensen die extreem geneigd zijn te discrimineren.

Ze sluit af met een passage waarin ze zichzelf neerzet als een jonge, dappere, strijdlustige wereldverbeteraar die een onderscheiding verdient. 'En al heb ik als klein, 17-jarig meisje misschien niet zoveel te zeggen hier, mijn strijdlust om ook maar iets te kunnen veranderen aan deze wereld is groter dan mijn angst.'

Volgens een in de krant toegevoegd commentaar heeft ze echter in werkelijkheid niet eens haar eigen naam gebruikt. Laten we eerlijk zijn. Een jonge vrouw heeft in Nederland niets te vrezen. De wereld ligt aan haar voeten. Zelfs als je lesbisch bent, want ook dan ben je nog steeds vrouw. Maar onze dappere lesbienne durfde in werkelijkheid haar eigen naam niet te gebruiken. Volgens mij is dat niet dapper, maar is dat laf. Ook dat is iets, dat hoort bij een hoge alfafactor. Men wil wel vechten, maar laat liefst anderen het vuile werk opknappen, terwijl men zelf grinnikend op veilige afstand staat toe te kijken.

Laten we nu kijken naar de inhoud van die laatste opmerking. Strijdlust, de wereld willen verbeteren, angst, dapper zijn en erkenning willen voor die dapperheid.

Hitler wilde de wereld ook verbeteren en was ook heel strijdlustig. Het resultaat was 65 miljoen doden. Misschien is het verstandig om oplossing nu eens een keer niet te zoeken in strijd, maar in nadenken en onderzoek.

Ik denk dat deze onbekende jongedame net als Hitler nog een hele strijd zal moeten voeren. Mijn aanbeveling is echter niet om de wereld te onderwerpen, maar om de eigen alfafactor te verlagen. Dat geeft haar als lesbienne tegelijkertijd een belangrijk betere uitgangspositie om op een verstandige manier om te gaan met discriminatie.

Deze aanbeveling is problematisch, realiseer ik me. Mensen die hoog op de alfafactor scoren, zijn in beginsel niet in staat informatie (hard) te verwerken. Ze zijn niet echt in staat tot leren door het bestuderen van informatie, doordat ze die informatie vertalen in emoties en die emoties vervolgens terugvertalen in woorden. De essentie van de informatie gaat daardoor voor hen verloren.


















Geen opmerkingen:

Een reactie posten