Laatst bijgewerkt op 19/2/2018 om 23:24.
IQ-verschillen tussen groepen zouden niet bestaan, meent de Nederlandse minister Kajsa Ollongren met kennelijk weinig verstand van zaken. Joden zouden precies even slim zijn als niet-Joden. Ja, dat zou die laatste groep wel willen.
De Volkskrant probeerde ons kort geleden van deze onzin te overtuigen via een groot interview met . . .
Jawel: een wetenschapsjournalist. Wetenschapsjournalisten zijn normaal alfa's die afgaande op mijn ervaringen in doorsnee werkelijk helemaal niets begrijpen van empirisch wetenschappelijk onderzoek. C.P. Snow merkte het indertijd al op: alfa's zijn toondoof voor wetenschap.
Het interview met Angela Saini vormt een prachtige bevestiging van mijn stelling. Wie de moeite neemt, kan een bijna eindeloze reeks punten vinden die niet verenigbaar zijn met de empirisch wetenschappelijke benadering.
Op The Post Online (tpo.nl) vond ik naar aanleiding van dit interview een nuchter en degelijk artikel over de verschillen in IQ tussen groepen en wat die voor betekenis hebben. Het artikel is geschreven door Jan te Nijenhuis die is verbonden aan de VU en de UvA. Ik geef hierna als intro twee citaten uit zijn artikel.
IQ-tests zijn de beste instrumenten die 100 jaar psychologie heeft voortgebracht. Het zijn uitstekende voorspellers van schoolprestaties en werkprestaties. Aangezien integratie van immigranten loopt via de schoolbankjes en de werkvloer is het gemiddelde IQ van een groep immigranten essentieel voor de integratie in de Nederlandse samenleving.
Hoe groot zijn de IQ-verschillen binnen Nederland? Autochtone Nederlanders hebben een gemiddeld IQ van 100. In mijn onderzoek kwam naar voren dat Roma (Zigeuners) een gemiddeld IQ van 74 hebben. Surinamers, Antillianen, Marokkanen, en Turken hebben een gemiddeld IQ van ongeveer 85. Chinese Nederlanders hebben een gemiddeld IQ van 105 en Joden hebben een gemiddeld IQ van 112.
Over het bewuste interview met Angela Saini merkt hij op:
Het interview met wetenschapsjournaliste Angela Saini is een schoolvoorbeeld van taboeïsering van wetenschappelijke kennis: racisme, racisme, racisme, persoonlijke aanvallen op onderzoekers, Hitler, et cetera. Dezelfde technieken die gebruikt werden om Dr. Buikhuisen in de jaren ’70 succesvol onderuit te halen.Zijn artikel staat hier.
Is IQ gekoppeld aan discriminatie/agressie?
Wat mij nog opvalt in zijn artikel, is deze passage.
Een ander voorbeeld is corruptie: landen met een laag IQ zijn veelal corrupt, terwijl landen met een hoog IQ, zoals Nederland, maar een fractie van die corruptie van laag-IQ-landen hebben.Wanneer hij gelijk heeft, dan betekent dat, dat er een verband bestaat tussen de IQ-score en de alfafactor (discriminatie/agressie). Corruptie is immers sterk gekoppeld aan de alfa-factor.
Op grond van zaken als Nobel-prijzen en dit blijkt ook uit het beschikbare onderzoek, lijkt duidelijk dat de bèta's (de double-lows) uitblinken in rationeel denken en scherp analyseren. Zij zijn de informatie-analisten bij uitstek. Dat maakt een koppeling tussen IQ en de alfafactor dus inderdaad plausibel. Hoe zit dit?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten