zaterdag 18 april 2020

De onzichtbare helper van het coronavirus


Qua aantal corona-doden staat Nederland op dit moment op de zesde plaats in de wereld-ranglijst met 183 doden per miljoen inwoners (hier, op 16-4-2020 om 5.10). Kleine ministaatjes als Andorra tel ik dan niet mee.

In werkelijkheid weten we via het CBS dat de oversterfte door het corona-virus ongeveer tweemaal zo groot is, als het officieel gerapporteerde dodenaantal. Het RIVM telt alleen de slachtoffers die via een test positief scoorden op het virus. In werkelijkheid scoren we dus ongeveer net zo hoog als België: we horen bij de absolute wereldtop. Als klein land hebben we dat toch maar weer gepresteerd! Hoewel deze bijzondere prestatie natuurlijk wel enige mensenlevens heeft gekost.

Als je de kranten leest, zie je niets over dit soort minder leuke getallen. Iedere dag weer krijgen we te horen dat de cijfers dalen. Ja, dat is doordat de meldingen altijd een paar dagen achterlopen. De laatste twee of drie dagen in de grafiek vallen daardoor iedere keer een stukje lager uit, dan ze uiteindelijk blijken te zijn.

Laat ik een simpel voorbeeld geven. Een bericht in Trouw vandaag (15 april 2020) meldt: Nogmaals: het is geen gewone griep. Je denkt dan als lezer al snel, dat men kennelijk de ernst van de situatie wil benadrukken. Maar laten we even verder lezen.

In de subkop staat: "Nu de sterftecijfer dalen, wordt weer vaker de vergelijking gemaakt tussen Covid-19 en gewone griep. De vergelijking gaat mank. De kreet 'het is maar een griepje' klopt zeker niet." Men doet dus alsof men de ernst van het virus wil benadrukken, maar smokkelt ondertussen foute informatie het geheugen binnen. Want dalen die sterftecijfers echt?

Ik pak er in zo'n geval even een grafiek bij. Ik wil het altijd zelf graag even zien. Vanaf 27 maart gaat de grafiek met het totale aantal doden (hier) rustig omhoog in een bijna perfecte rechte lijn. Wat er dus ieder dag bijkomt, is dus door de bank genomen, steeds hetzelfde.

Dat is goed nieuws, want het betekent dat de epidemie niet meer exponentieel groeit, maar voorlopig is er nog geen sprake van een steeds kleiner wordende groei. Als dat zo was, zou de lijn van de grafiek een knik moeten vertonen en meer horizontaal gaan lopen. De helling van de grafiek is echter steeds hetzelfde: schuin omhoog. Het tempo van de groei versnelt niet, maar het vertraagt ook niet.

Nu is dit maar een enkel voorbeeld, maar zo zijn er talloze te vinden. Voortdurend wordt er in de media een beeld geschetst, dat niet klopt met de harde feiten.

Men lijkt, kortom, collectief te vluchten in een geloofswereld. In een wereld van dromen en wanen. Vaak lijkt men te doen, alsof er helemaal geen probleem is. Men heeft het maar over de tijd dat de epidemie voorbij zal zijn. Hoe moeten we dan al die beperkende maatregelen weer afbouwen? Zo gaat het maar door.

Als je de harde natuur tegenspel moet bieden, moet je de regels van die harde natuur respecteren. Dan kom je er niet met geloof en wensdenken. Dan kom je er niet met het vertellen van 'mooie' verhalen. Dan kom je er niet met het zoveelste borrelpraat-verhaal.

Ik vrees dat het collectieve onvermogen het beest in de bek te kijken, uiteindelijk zal betekenen dat het virus niet meer te stoppen valt. Volgens de Hopi-legende moet je als gemeenschap bij een prairiebrand in actie komen, zodra iemand roept, dat het vuur nadert. Maar dat vermogen, acuut over te gaan tot gerichte actie, raak je kwijt als je je hele leven geklept en geleuterd hebt. Heel gezellig, daar niet van, maar het helpt niet mee op de momenten dat je rationeel moet denken.

De natuur vindt dat gebrek aan rationeel denken geen probleem. Die gaat onverbiddelijk haar kille gang. Het virus doet zijn werk, het is aan ons daarmee te leven of te sterven. Als verstokte feestvierders zullen we uiteindelijk een hoge prijs moeten betalen voor dat onvermogen tot snelle en effectieve actie.


















Geen opmerkingen:

Een reactie posten