donderdag 19 maart 2020

Een foute mentaliteit en het corona-virus


Als ik vandaag (17/3/2020) de Volkskrant lees, word ik niet vrolijk. Het begint al met de voorpagina. De kop luidt: Leren leven met het virus. Denk daar even over. We moeten leren leven met het virus. Maar het probleem is juist, dat het virus velen van ons zal vernietigen.

Jammer dan, is kennelijk het idee. De economie moet nu eenmaal doordraaien. We kunnen prima met wat minder Nederlanders toe in dit overvolle land.

Dan krijgen we het onderschrift bij de titel. "Nederland moet zich voorbereiden op een lange strijd tegen het coronavirus, waarschuwt premier Mark Rutte. De bevolking zal langzaam immuun worden, maar voor het zover is, zullen velen ziek worden."

Klopt dat allemaal? Ik vermeldde in mijn vorige post een artikel in het Dagblad van het Noorden. (Hier volgt de link nog een keer: hier.) Volgens dat artikel groeit de epidemie in Nederland met een factor van ongeveer 1,2 per dag.

Als ik de Google rekenmachine erbij pakt, zie je dat over ongeveer 3 maanden iedereen in Nederland besmet zou kunnen zijn. Laat het in de praktijk iets langer duren. Dan is het met vier maanden voorbij, althans dan is vrijwel iedereen besmet geworden. Uitgezonderd de schaarse enkelingen die zichzelf voldoende wisten te isoleren.

Zijn ze dan alleen ziek geworden? Ongeveer een vijfde van alle besmette personen is ernstig ziek geworden. Van die 20 procent zal naar verwachting een vierde op de intensive care (IC) opgenomen moeten worden. Maar die capaciteit is er natuurlijk volstrekt niet. De helft daarvan (2,5 procent van alle besmettingen) zal het niet redden. Dan praat je dus over minimaal 350.000 doden. Het lijkt me niet, dat die mensen nog echt zullen leren leven met het virus.

Volgens het onderschrift zal de bevolking op die manier immuun worden. Maar op dit moment is helemaal niet bekend of het gehad hebben van het virus er toe leidt, dat je daarna niet opnieuw ziek wordt. Ik dacht in ieder geval al eenmaal van iemand gehoord te hebben, die COVID-19 kreeg, die genas en het daarna weer kreeg.

Het idee van die bevolkingsbrede immuniteit die zal ontstaan door bijna 2,5 procent van alle Nederlanders te laten doodgaan, is heel mooi en aantrekkelijk om te geloven, maar niet ontleend aan hard onderzoek. Met andere woorden: het is geloof, opinie, geleuter, babbelpraat.

In een groot artikel even verderop in de Volkskrant (p. 4 en 5) wordt geschermd met '60 procent' van de bevolking die het virus gehad zou moeten hebben om groepsimmuniteit te bereiken. Een bewering van het RIVM, dat ondertussen een gigantische reeks niet-kloppende uitspraken over het virus en de epidemie heeft geproduceerd. Het RIVM bedenkt voortdurend hoe het virus zich dient te gedragen, helaas trekt het virus zich daar vervolgens niets van aan.

Is dit idee van groepsimmuniteit bij 60% besmettingen realistisch? Het virus bleek in sommige Europese landen een reproductiegetal van vier te hebben. Iedereen die het had besmette vervolgens gemiddeld vier anderen. Om groepsimmuniteit te krijgen, zul je in dat geval 3 van de 4 mensen immuun voor besmetting moeten maken. Met andere woorden: minstens 75 procent. Dat percentage moet je verder in alle mogelijke bevolkingsgroepen realiseren, niet slechts in bepaalde, zoals alleen jongeren.

Bij het artikel zie ik een grafiekje van het aantal ziekenhuisopnames staan. Het is geen rechte lijn die netjes omhoog loopt, maar iets dat steeds sneller omhoog begint te gaan. Het begint langzaam en geleidelijk, maar gaat tenslotte steil de lucht in.

Op 7 en 8 maart werden er respectievelijk 24 en 36 mensen opgenomen. In een dag kwamen er dus 12 mensen bij. Op 15 en 16 maart hadden we respectievelijk 162 en 205 opgenomen patiënten. In één dag kwamen er 43 gevallen bij. Na ongeveer een week is de stijging in het aantal opnames per dag meer dan verdrievoudigd. Als je die curve doortrekt, zit je een week later op een negenmaal zo'n grote stijging. En de week daarop op ongeveer dertig of veertig keer zoveel. En na drie maanden?

Even verderop in de krant zie je een grote foto staan van een collectie jongeren die gezellig bij elkaar zitten (p.11). Ze krijgen les in digitaal lesgeven. Ik dacht dat we de scholen dicht hadden gegooid, maar hier zit een bedrijf zich niets van alle regelingen aan te trekken. Als we geld kunnen verdienen, gaat dat natuurlijk voor. Dan kijken we niet op een paar doden meer of minder.

Dan op pagina 16 een hartverwarmend bericht. Een kleine 2000 oud-verpleegkundigen hebben zich aangemeld om bij te springen in ziekenhuizen en zorginstellingen. Dat zijn in doorsnee oudere mensen, die dus extreem risico lopen zelf dood neer te vallen, maar dat niet schijnen te begrijpen. En dat soort mensen zou dan opeens op de IC bij moeten springen? Misschien kun je als toekomstig IC-patiënt maar beter besluiten om gewoon thuis dood te gaan.

Op bladzijde 17 krijgen we een volgend emotie-verhaal van, let wel, een 'spoedeisendehulparts'. Je komt bijna in de verleiding bij zo'n woord om je af te vragen of ze inderdaad spoed eisende hulp nodig heeft.

Wat me in haar verhaal opvalt, is allereerst de manier waarop ze besmet is geraakt. Ze kregen een patiënt die niet aan de definitie van het RIVM voor Corona-gevallen voldeed, maar later wel positief bleek te testen. Dat wijst er weer op dat de mensen bij het RIVM uitgaan van hun eigen ideeën, maar niet van de harde realiteit. Eerdere opmerkingen van mij over het RIVM maakte ik op precies dezelfde grond.

Een tweede punt dat me in dit verhaal opvalt, is de persoonlijkheid van de desbetreffende arts. Op grond van wat iemand zegt, kun je snel inschatten waar iemand zit op de zooifactor (bevooroordeeldheid). Wanneer je patiënt bent, wil je liever een kundig, zakelijk iemand aan je bed, dan een populaire roeptoeter, die 'prachtige' verhalen vertelt, maar ondertussen vooral bezig is met de eigen status.

Ook uit een ander artikel krijg ik de indruk dat zorgmedewerkers en artsen vol goede bedoelingen zitten en heel empathisch zijn. Maar als ik in een straalvliegtuig zit, heb ik liever een captain die in de seconden dat het er echt op aankomt, ijzig kalm blijft en doet wat hij moet doen, dan een captain die druk bezig is, mij gerust te stellen. Wanneer je bewusteloos, plat op je buik, drie weken lang afhankelijk bent van de personen om je heen, is een klein slordigheidje genoeg om het niet na te kunnen vertellen en koop je weinig voor al die blijken van warm medeleven.

Wanneer je dan nog de moed niet hebt opgegeven, krijg je op bladzijde 20 de volle laag. De kop luidt: Westen mist de instrumenten voor harde Chinese aanpak. Het is een betoog in vier punten dat China wel in staat is de oorlog aan het virus te verklaren, maar dat wij in het hoog ontwikkelde en democratische Westen dat natuurlijk volstrekt niet kunnen. Wij zijn niet gek! Laat die Chinezen maar idioot doen, wij weten gelukkig wel beter. Je moet gewoon leren leven met het virus.

Maar een virus dat een deel van je bevolking vermoordt, is iets dat je als overheid behoort te bestrijden. Zelfs als je een rijk land in het rijke Westen bent. Als je dat niet begrijpt, is er echt een steekje los, vrees ik. Het doet me denken aan 'peace for our time'. Het idee was toen: je moet leren leven met mijnheer Hitler. Hij is er nu eenmaal en gaat niet meer weg. Het idee nu is: je moet leren leven met het virus, want dat is er nu eenmaal en gaat niet meer weg.

Maar nog ben je als lezer niet voldoende plat gewalst. Op bladzijde 27 krijg ik een wild opinie-verhaal met de titel: Laat paniek niet omslaan in obsessieve fixatie op risico's. De strekking: we moeten vooral niet te veel willen doen. Laat maar gewoon wat Nederlanders doodgaan, anders gaat het ons veel geld kosten. Moet kunnen toch, een paar oude mensen minder?

Als uitsmijter krijg je als lezer tenslotte een stukje van een huisarts (p. 27). Wat hij schrijft klinkt niet erg geruststellend. Te weinig beschermende kleding. Geen mondmaskers. Aanhoestende patiënten. Voorschriften die niet kloppen.

Wat moeten ze doen als ze zelf ziek worden? Antwoord van de GGD: ga er maar vanuit dat het Corona is en ga thuis uitzieken. Behalve als je geen koorts hebt, dan werk je maar gewoon door.

Die opmerking betekent dus, dat je in ieder geval nooit, maar dan ook nooit, een arts moet opzoeken of ontmoeten. Want die man of vrouw kan dus heel goed al besmet zijn. Als je het nog niet was, ben je het daarna wel. Het Nederlandse zorgsysteem is al ingestort, voordat je je als patiënt gemeld hebt.

Deze huisarts schrijft verder: 'Vlag in de hand en gaan voor het vaderland is het motto.' Het doet denken aan de Eerste Wereldoorlog, toen de dienstplichtigen massaal moesten aanvallen en genadeloos werden neergemaaid door het moordende vuur uit de vijandelijke machinegeweren. Hij schrijft: 'We doen ons best, maar de grens is bereikt.'

Wat hij aan het einde van zijn stukje schrijft, stelt nog minder gerust. Hij schrijft: 'want daar draait het allemaal om -- de zorgcapaciteit van de ziekenhuizen niet te overvragen.' Ja, zo staat het er echt!

Maar daar gaat het dus helemaal niet om. Althans, daar zou het helemaal niet om moeten gaan. Het gaat erom, dat er zo min mogelijk mensen doodgaan en dat bereik je alleen door te zorgen dat er zo min mogelijk mensen besmet worden. Dat is geen rocket-science, maar logica van het niveau '1+1=2'.

Wat moet je denken van een huisarts, waarvoor zo'n simpel idee al te hoog gegrepen is? Kennelijk gaat er in zijn brein ergens iets grondig mis.








Geen opmerkingen:

Een reactie posten