woensdag 3 oktober 2018

Het 'mooie' verhaal van Sigrid Kaag


Laatst bijgewerkt 6-10-2018 om 4.46


De NRC levert vandaag (2 oktober 2018) naast de naam van de krant op de voorpagina, een intrigerende aankondiging: "'Mensen kunnen niet gereduceerd worden tot één kenmerk van hun wezen'". Naast die stelling staat een kleurenfotootje van Sigrid Kaag: blond, keurig en glimlachend. Onder die stelling staat: "Sigrid Kaag, minister". En daar weer onder: "In het nieuws 3".

Het vereist enige studie, maar ik begin tenslotte te begrijpen dat die intrigerende uitspraak gedaan is door Sigrid Kaag en dat zij ook nog minister is. Ik vind het een prachtige uitspraak, maar die uitspraak roept bij mij wel enige associaties op met een bullshit-generator. Is die uitspraak toetsbaar of is het gewoon diepzinnige onzin? Is het beleid of is erover nagedacht, zou een bekende wethouder gezegd hebben. Ik vrees het eerste.

Waarom zouden mensen niet gereduceerd kunnen worden tot één aspect van hun wezen? In de wetenschap doen we bij wijze van spreken niet anders. Ook de politie doet het, als je een paar luttele kilometers te hard rijdt. De werkelijkheid is complex, maar soms moet je het toch wat simpel houden.

Dit klinkt alsof ik wat vooringenomen ben ten opzichte van de rede van Kaag. Dat viel echter wel mee, het is echt die uitspraak die -- zodra je erover na gaat denken -- mijn rughaar overeind doet staan. Voor de goede orde: dat is bij wijze van spreken.

Op pagina 3 besteedt Lamyae Aharouay aandacht aan de rede van Kaag. De rede werd uitgesproken in het kader van de Abel Herzberg-lezing. Aharouay is heel positief over haar toespraak. De titel van haar stuk luidt: Sigrid Kaag sprak op het goede moment. Ze meldt verder 'juichende reacties' van Eduard Nazarski, directeur van Amnesty International Nederland, oud-Tweede Kamervoorzitter Frans Weisglas (VVD) en PvdA-fractievoorzitter Lodewijk Asscher.

Ik laat hier het slot van haar stuk volgen.
"Op het goede moment voor D66
De lezing komt D66 ook goed uit. Het eerste jaar in de regering viel de partij zwaar, het zwaarst van alle vier de coalitiepartijen. Er kwam een eind aan het raadgevend referendum. De Wet op de Inlichtingen en Veiligheidsdiensten, waar D66 als oppositiepartij kritisch over was, werd aangenomen. En vorige maand lag het privéleven van partijleider Alexander Pechtold op straat.
Aanstaande zaterdag is het partijcongres, waar veel heikele onderwerpen worden besproken en Pechtolds koers ter discussie staat. Dat leden in aanloop naar het weekend een toespraak horen die ze inspirerend vinden, kan de stemming verbeteren."
Via internet begrijp ik dat er ook nog het probleem is van een flatje dat Pechtold zogenaamd voor niets cadeau had gekregen van een relatie. Ach ja, wat betekent een flatje tussen vrienden tegenwoordig nog helemaal?

Ik heb net een blogpost af over de vraag, waarom mensen 'mooie' verhalen verkondigen (hier). En dan biedt de NRC de rede van Sigrid Kaag min of meer op een presenteerblaadje aan. Eerst een diepzinnige uitspraak die onzin blijkt te zijn. Een redacteur die het een prachtig verhaal vindt in een stuk dat verkocht wordt als 'Analyse'. En dan  Lodewijk Asscher, iemand die in het verleden zelf wel eens bedenkelijke uitlatingen heeft gedaan met betrekking tot minderheidsgroepen, die stelt het een 'prachtige lezing' te vinden.

Ik zoek de lezing van Kaag op (hier). Het is inderdaad een prachtige lezing. Ik kan het niet anders zeggen. Op bepaalde punten weet ze me werkelijk emotioneel te raken. Ik beschreef dat al even in de vorige blogpost. Ik heb echter de vervelende gewoonte zo'n verhaal in de tekstverwerker te trekken, zodat ik de belangrijke passage in de tekst vet kan zetten. En dan begin je toch wel wat twijfels te krijgen. Wat wordt er eigenlijk precies beweerd?

Bij verder zoeken val ik vervolgens met mijn neus in de boter. Abel Herzberg en ik blijken gelijk te denken over 'mooie' verhalen en het omarmen van het noodlot (hier, hier, hier). Hij waarschuwt expliciet voor 'mooie verhalen'. Als een verhaal goed voelt, moeten we ons juist afvragen of het verhaal wel klopt. Ik zou de inhoud van mijn blogpost (hier) niet korter kunnen samenvatten.

Iemand houdt op de Abel Herzberg-lezing een prachtig verhaal. Daar is iedereen het wel min of meer over eens. Sterker nog, bij een artikel in de NRC over de rede van Kaag (hier) staan 46 reacties van lezers vermeld (op het moment dat ik dit schrijf). Ik tel vijf reacties van mensen die hun bedenkingen hebben bij haar verhaal, maar mogelijk telt iemand er zes of zeven. Het hangt een beetje van je criterium af. De uitkomst lijkt echter duidelijk te zijn.

Waarom vindt de overgrote meerderheid van de NRC-lezers haar verhaal goed? De reacties zijn overwegend kort en geven een duidelijk beeld. Haar verhaal gaf een goed gevoel. De redenering is: het voelde goed, dus het was goed. Hoe je het dus ook draait of keert: we hebben hier te maken met een 'mooi' verhaal.

Laten we uitgaande van het schema in mijn vorige blogpost eens naar het verhaal van Kaag kijken. Voor het gemak herhaal ik dat schema hier:
1. een sociale component in de situatie (naast vermoedelijk een feitelijke);
2. een spreker die focust op die sociale component;
3. een publiek dat gevoelig is voor 'mooie' verhalen (dat informatie oppervlakkig verwerkt);
4. een 'mooi' verhaal (dat een goed gevoel oproept);
5. de kenmerken van het verhaal (de basic five):
    a. bevooroordeeldheid;
    b. dogmatisch denken in plaats van inductief;
    c. subjectieve waarheid hanteren in plaats van objectieve;
    d. mands gebruiken in plaats van tacts (beïnvloeding in plaats van beschrijving);
    e. uitgaan van zachte informatieverwerking in plaats van harde;
6. het doel: de sociale positie van de spreker/schrijver te verbeteren.

We hebben in Nederland allerhande problemen. Dat is niet bijzonder, maar normaal. Als we verstandig zijn, proberen we die problemen zo goed mogelijk op te lossen. Het verhaal van Kaag focust echter niet op concrete problemen, maar focust op het oproepen van emoties, op algemene vaagheden en op mensen. In concreto begint ze haar verhaal met het begrip 'stilte'. Maar dat is puur om emoties op te roepen. Er is niets van een concrete probleemstelling.

Over zichzelf vertelt ze echter wel iets. De relevante passages heb ik vet gemaakt en voorzien van een nummer:
"Ik heb vroeg leren omgaan met een gevoel van onmacht (1), met de kwetsbaarheid van het leven. Een memento mori, dat me er toe bracht alles uit het leven te willen halen wat erin zit (2). Ik wilde iets gaan betekenen. Voor mezelf (3). En zéker voor anderen (4). Deze persoonlijk gevoelde opdracht vraagt vooral om één ding. Verantwoordelijkheid nemen (5), als dat wordt gevraagd. Dit besef, en vele andere levenslessen zijn ook geboren in stilte. Een stilte die kracht geeft (6)."
Als je deze passage wat langer bekijkt, zie je dat ze graag macht wil (1), dat ze alles uit het leven wil halen dat erin zit (2). Ze is dus niet met het kale minimum tevreden, maar wil het voor haar maximaal bereikbare. Verder wil ze iets betekenen. Dat wil zeggen: belangrijk zijn, omdat ze dat zelf nu eenmaal belangrijk vindt (3). En ze wil voor anderen 'belangrijk' zijn. Dat wil zeggen: ze wil leiding geven, de baas zijn over anderen (4 en 5). Tenslotte vindt ze kracht (macht) belangrijk (6). Er valt, hoe je ook draait of keert, weinig in die passage te ontdekken over het werkelijk oplossen van problemen. Het gaat over Kaag, over macht en over belangrijk zijn.

Deze passage vertelt nog iets. Haar toespraak was kennelijk bedoeld voor een publiek dat geen 'close reading' toepast. Dat informatie niet hard verwerkt. Verder blijkt uit deze passage dat ze dat zelf ook niet doet. Ze vraagt zich niet af: wat beweer ik nu eigenlijk? Is het concreet wat ik beweer of leuter ik zo maar wat? Er blijkt niets van de tekst nog eens kritisch overgelezen te hebben.

Ze gaat in haar rede vervolgens nog even door met het slim oproepen van diepe emoties en stelt daarna: "De bittere les van de geschiedenis is dat in de stilte van het zwijgen de dissonant van stigmatisering, uitsluiting en vervolging manifest wordt." Het klinkt goed, maar waar slaat dit op? Dit is volstrekte onzin. De bittere les van de geschiedenis is dat strongmen zoals Hitler helemaal niet zwijgen, ze hebben juist een akelig grote bek.

De bittere les van de geschiedenis is dat er voortdurend een 40% van de bevolking is, die zich laat opjutten door de vage verhalen van een strongman. Dat lijkt misschien niet veel, maar in een democratie is dat ruim voldoende om legaal de macht te grijpen. Precies het soort vage verhalen dat Kaag hier vertelt.

Ze merkt dan op: "Abel Herzberg worstelde als overlever met de vraag: waarom?" Ze roept daarmee een beeld op, dat volledig niet klopt als je bijvoorbeeld dit stukje van Herzberg leest (hier, zie ook de 2 volgende links). Herzberg valt op door zijn extreme rationaliteit en scherpe analytische vermogen. Hij was juist volstrekt het tegenovergestelde van iemand die vertwijfeld uitroept: waarom moest mij dat allemaal overkomen?

De waarom-vraag bij Herzberg is precies dezelfde vraag als de vraag die in deze blog centraal staat. En zelfs onze benadering is in essentie dezelfde. Hier gebeurde iets belangrijks en wij willen graag weten, hoe dat precies in zijn werk gaat. We omarmen in zekere zin het kwaad, het noodlot. Vandaar dat Herzberg zijn boek over het concentratiekamp Bergen-Belsen de titel gaf: Amor Fati (hier en hier). Liefde voor het noodlot. Alleen door het noodlot te bestuderen, kun je verder komen. Alleen door het Kwaad rustig en zorgvuldig te bestuderen, kun je het ooit misschien begrijpen en overwinnen.

Welke van de zes punten uit het schema gaan in haar geval op? Als ze zich ergens op richt in haar toespraak dan is dat in ieder geval de sociale component. Punt 1 en 2 worden mijns inziens bevestigd.

Ze mikt op een publiek dat verhalen oppervlakkig verwerkt en produceert zelf onmiskenbaar een 'mooi' verhaal. Ook de punten 3 en 4 worden dus bevestigd.

Kloppen de vijf kenmerken van de basic five voor haar toespraak? Is ze bevooroordeeld? Daar ze via wat ze beweert over zichzelf (macht en groep) en via wat ze doet (politica, minister) alfa lijkt te zijn, moet het antwoord bevestigend luiden. Dit valt ook op verschillende punten in haar toespraak te zien, voor wie er naar gaat zoeken.

Van inductief denken heb ik niets kunnen ontdekken, het is allemaal dogmatisch. Ik zie wel subjectieve waarheid (het is zo, omdat ik het zeg), maar nergens objectieve (het is zo, omdat het waargenomen is). De toespraak vormt in feite één grote mand, één grote schreeuw om erkenning en aandacht. Het is allemaal promotie en reclame voor zichzelf.

Verder bleek uit de rede duidelijk dat deze geschreven was voor een niet kritisch publiek. Mijn inziens kun je haar verhaal moeilijk verruilen met een van bijvoorbeeld Albert Einstein, die zich over zaken als discriminatie en uitsluiting toch ook behoorlijk druk kon maken. De punten van de basic five lijken me in dit geval wel op te gaan.

Klopt het zesde punt? Probeert ze met haar rede een zaak te verduidelijken of zichzelf te promoten? Ik kon weinig verhelderends ontdekken aan haar verhaal. Als ik een klein stukje van Abel Herzberg lees, denk ik: wow! Hier heeft iemand goed gekeken en scherp nagedacht. Zelfs in zijn meer algemene stukken (bijvoorbeeld het begin en het einde van Amor fati en zijn stuk over Eichmann) is hij helder, analytisch en concreet. Bij haar heb ik niets van dat alles. Het is een slap verhaal zonder echte inhoud. Het is geroeptoeter.

Wel riep ze bij eerste lezing bij mij emoties op, dat zal ik niet ontkennen. Maar zoals Herzberg al stelde:
"Het verhaal van de kindermoord te Bethlehem wordt door millioenen mensen als waarheid aanvaard, omdat zij daarvoor ontvankelijk zijn. Wij vinden een verhaal ‘mooi’, ja wij geloven aan een verhaal, indien het in spanningen, welke in ons leven, weerklank vindt. Een goed gerichte propaganda kan er daardoor in slagen, als onweersprekelijke waarheid ingang te doen vinden, wat volkomen uit de lucht gegrepen, of zelfs in strijd is met het objectief waarneembare. De heksenvervolging, die millioenen mensen het leven gekost heeft, of de Jodenvervolging van Hitler, zijn daarvan de meest bekende voorbeelden. En de hemel mag weten, aan welke ‘waarheden’ wij geloven, zonder er ook maar de flauwste notie van te hebben dat hier slechts van subjectieve, niet van objectieve waarheid sprake is."
Nu is het mijn beurt om Herzberg samen te vatten.
We geloven graag 'mooie' verhalen. Het resultaat van dat geloof was bijvoobeeld de heksenvervolging en de Jodenvervolging. Wat geloven we allemaal nog meer, zonder ons te realiseren dat het slechts om opinies en emoties gaat en niet om echte feiten?
























Geen opmerkingen:

Een reactie posten