zaterdag 25 december 2021

Anti-semitisme, vreemdelingenhaat, politiek rechts en fascisme duiden we nu aan als 'bevooroordeeldheid'


'Discriminatie' is een vage term. Wat bedoel je er precies mee? Mensen en dieren discrimineren de hele tijd en moeten dat ook doen. Voor een rood licht moet je stoppen, bij een groen licht moet je doorrijden. Discrimineren (onderscheid maken) is dus een normale activiteit, waar normaal niets mis mee is.

Wat bedoelen we met 'stop discriminatie'? Simpel gezegd: stop met geweld. Kaïn sloeg Abel dood, want Abel was een succesvolle boer en Kaïn niet. Dat was een situatie die Kaïn woedend en jaloers maakte. Dus maakte hij Kaïn een kopje kleiner.

Zo beschrijft het Bijbelverhaal de nieuwe oplossing die de mensheid zo'n 12.000 jaar geleden vond voor het brandende probleem, dat men zich achtergesteld voelde. Sla de ander gewoon dood.

Als de mensen in die tijd verstandig waren geweest, hadden ze gewoon daarna Kaïn een kopje kleiner gemaakt en was het probleem niet verder gegroeid. Maar de mensen waren laks en geloofden het wel. Misschien vonden ze de oplossing van Kaïn ergens wel heel knap. Geen gezeik, gewoon erop los slaan.

Volgens het Bijbelverhaal richtte Kaïn daarna een stad op. Hij werd een belangrijk iemand met zijn eigen hofhouding. Het Kwaad kreeg volop de kans zich te verspreiden en te vermenigvuldigen.

Twaalf duizend jaar na het ontstaan van de irrationele geweld vertelt een halve gare volksmenner zijn volgelingen/gelovigen een 'prachtig' verhaal. Zij zijn geweldige mensen, maar de X deugen niet. De X zijn de bron van alle kwaad. Zijn verhaal leidt tot het uitmoorden van 6 miljoen X'en. Dat is de gekte, de craziness, die we in deze blog bestuderen.

Hoe werd die gekte genoemd? In de Bijbel heet het de zondeval. Dat was vermoedelijk zo'n 10.000 jaar na het ontstaan van het irrationele geweld.

Pas toen de situatie met het vermoorden van zo'n 6 miljoen Joden toch wel wat erg uit de hand begon te lopen (een 12.000 jaar na het ontstaan van de ellende) kreeg een klein aantal wetenschappers van de overgebleven Joden niet de opdracht een massavernietigingswapen te construeren om de foute nazi's voor eens en altijd het zwijgen op te leggen. Nee, ze kregen de opdracht om uit te zoeken, wat er precies mis was met de moordenaars. Misschien kon de wetenschap het probleem waar ze al duizenden jaren mee worstelden, oplossen.

De overgebleven Joden hadden een vreemd idee. Ze dachten, dat die enorme moordpartij misschien helemaal niet zo vreemd was. En misschien helemaal niet zo uniek. En dat het misschien zo weer kon gebeuren. En dat het misschien overal kon gebeuren. Ze dachten, dat het misschien een soort ziekte was in de hersenen van mensen die vrijwel overal voorkwam. Daarom kreeg een handjevol psychologen de opdracht uit te zoeken, wat er precies mis was met de moordenaars.

Welke term gebruikten die onderzoekers van het eerste uur* voor het probleem van het Kwaad? De heilsleer van de moordenaars heette 'fascisme'. Voor veel mensen was dat fascisme kennelijk onweerstaanbaar. Ze werden er door aangetrokken als door een magneet. De onderzoekers wilden daarom dat 'enthousiasme voor fascisme' vaststellen en kunnen meten. Ze noemden dat enthousiasme:  pre-fascisme, aanleg voor fascisme. Maar toen ze de (derde) vragenlijst voor het meten van de zieke persoonlijkheid klaar hadden, noemden ze die simpelweg de F-schaal. De 'F' stond voor fascisme.

Dat was echter al hun derde poging om fascisme te meten. Wat waren de eerste twee? Je wilt fascisme meten, maar hoe doe je dat? Dat is nog niet zo gemakkelijk. Eén ding leek echter duidelijk. Fascisten hebben de pest aan  Joden. Ze hebben geleerd dat Joden de bron zijn van alle kwaad. De eerste poging om iets te meten op dit gebied, begon daarom met het meten van anti-semitisme.

Die poging lukte boven verwachting goed. De vragenlijst die men geconstrueerd had, leverde een  betrouwbare score, kon men vaststellen. Alle vragen leverden soortgelijke uitkomsten op. Maar mat de vragenlijst inderdaad, zoals je op basis van de vragen zou verwachten, jodenhaat? De onderzoekers wilden graag een check, dat ze inderdaad maten, wat ze dachten te meten.

De onderzoekers dachten: jodenhaat is misschien een veel te beperkt begrip. De mensen die antisemitisch waren, toonden niet alleen afkeer van Joden, maar ook van vrijwel ieder andere minderheidsgroep. De onderzoekers maakten hun vragenlijst daarom breder, zodat ook de mening over andere minderheidsgroepen werd gevraagd. Opnieuw bleek dit prima te lukken. Alle vragen bleken soortgelijke uitkomsten te leveren en leverden daarmee samen een betrouwbare score.

Tegenwoordig noemen we zo'n lijst met vooroordelen in het Engels: generalized prejudice. Men haat alles dat vreemd is en afwijkt. In het Nederlands vertalen we dat als: bevooroordeeldheid. Het instemmen met een reeks populaire vooroordelen over minderheidsgroepen.

De onderzoekers van het eerste uur kozen echter een andere term voor deze uitgebreide vragenlijst. Ze noemden dit de Etnocentrisme-schaal. Deze term was bij andere psychologen niet echt bekend en dat leidde er mogelijk toe dat zij zich het grote belang van dit resultaat niet realiseerden. Deze onderzoekers waren er als eersten in geslaagd vreemdelingenhaat te meten. Afkeer voor alles dat niet tot de eigen groep behoort.

Maar is die vreemdelingenhaat (generalized prejudice) inderdaad hetzelfde als fascisme? Om meer zekerheid te krijgen op dit punt bedachten de onderzoekers een tweede vragenlijst: Political Economic Conservatism (de PEC-schaal). Wij zouden nu zeggen: men probeerde met deze lijst de voorkeur voor politiek rechts te meten. Maar is dat inderdaad hetzelfde als bevooroordeeldheid (etnocentrisme)?

De onderzoekers deden hun best, maar waren op psychometrisch gebied niet altijd even goed onderlegd. Ze vergaten daardoor rekening te houden met de onbetrouwbaarheid van hun vragenlijsten. Voor hetzelfde geld kan de score van iemand iets hoger of lager uitvallen. Wanneer je wel rekening houdt met die onbetrouwbaarheid  (via de formule voor 'correction for attenuation') vind je dat de PEC-schaal en de Etnocentrisme-schaal vrijwel perfect correleerden (een soortgelijk resultaat opleverden). Bevooroordeeldheid en politiek rechts, zoals gemeten met deze vragenlijsten, leverden vrijwel dezelfde resultaten op. Met andere woorden: de onderzoekers hadden tweemaal hetzelfde gemeten. Een aanwijzing dat ze inderdaad fascisme hadden weten te meten.

De onderzoekers hadden wee pogingen gedaan om fascisme te meten, maar dachten zelf niet echt geslaagd te zijn. Dus ondernamen ze een derde poging. Dit keer wilden ze geen vooroordelen jegens minderheidsgroepen meten en geen voorkeur voor politiek rechts. Nee, ze wilden rechtstreeks de persoonlijkheid checken. Ze dachten de punten te weten, waarop de persoonlijkheid van een fascist anders moest zijn. Dit leverde de eerder genoemde F-schaal op. Deze F-schaal bleek betrouwbaar, maar mat hij inderdaad fascisme?

Een eerste probleem met de F-schaal was dat de vragenlijst 9 sublijsten had. Maar de scores op die 9 sublijsten correleerden onderling maar matig. Het was dus niet zo dat iedere sublijst duidelijk dezelfde factor mat. Met andere woorden: die hele indeling in sublijsten leek niet te kloppen. Maar die indeling was juist gebaseerd op de 'theorie' die men bedacht had over hoe een fascist in elkaar zat. Met de theorie die men had, was dus kennelijk iets grondig mis.

Om ondanks dit probleem toch ondubbelzinnig aan te tonen dat de lijst fascisme mat, hadden de onderzoekers een tweede maat nodig, bedoeld om fascisme te meten, die hetzelfde zou opleveren. Die hoog zou correleren met deze maat. Wel, ze hadden de twee eerdere maten (PEC en Etnocentrisme).

Maar nu deed zich het eerdere probleem opnieuw voor. De onderzoekers vergaten te corrigeren voor de onbetrouwbaarheid van hun instrumenten. Ze zagen dus geen kans echt aan te tonen, dat ze inderdaad fascisme gemeten moesten hebben.

Aan de andere kant was duidelijk dat de drie vragenlijsten onderling wel duidelijk correleerden. Alle drie vragenlijsten leken enigszins dezelfde factor te meten. Je kon dus ook niet stellen dat hun onderzoek volledig geflopt was. Kennelijk hadden ze wel iets als fascisme gemeten, maar waren die metingen niet echt helemaal gelukt (onvoldoende betrouwbaar).

Hoe los je zo'n probleem op? In dit geval ging in ieder geval één van de onderzoekers stevig opscheppen over de geweldige kwaliteiten van de F-schaal. Alleen was dat verhaal natuurlijk gebaseerd op drijfzand. En het gevolg was dat het hele onderzoek in een kwade reuk kwam te staan. Veel geblaat, weinig wol. Dat idee.

Wanneer we echter wel rekening houden met de onbetrouwbaarheid van de verschillende vragenlijsten, vonden de onderzoekers in werkelijkheid driemaal dezelfde factor. Alle drie variabelen die bedoeld waren fascisme te meten, correleerden onderling hoog, mits men rekening hield met hun onbetrouwbaarheid. De onderzoekers hebben -- achteraf gezien -- driemaal op verschillende manieren 'fascisme' gemeten.

Wat is nu de beste benaming voor deze variabele? Anti-semitisme is duidelijk te beperkt. Politiek rechts is vaag, want iedereen kan daar iets anders onder verstaan. Fascisme is ook vaag, want iedere historicus heeft daar zijn eigen opvattingen over.

Het meest in aanmerking komt dan de term 'bevooroordeeldheid' (generalized prejudice).We meten deze eigenschap immers door een reeks vooroordelen voor te leggen. De standaard maat voor de neiging onterecht te discrimineren en ook de standaard maat om de neiging tot agressie te meten.

Maar 'bevooroordeeldheid' ligt moeilijk in de mond. Is de term die dr. Fauci hanteert, craziness (gekte), niet beter? 

Waar denken Amerikanen aan bij die term? Ik vroeg Wordhippo om de synoniemen. De volgende lijst leverde Wordhippo onder het kopje: The state of being mentally insane or mad.

 ------------
- insanity
- derangement
- psychosis
- psychopathy
- insaneness
- brainsickness
- unsoundness
- mental disorder
- mental illness
- madness
- lunacy
- mania
- dementia
- delirium
- neurosis
- frenzy
- dementedness
- aberration
- hysteria
- phobia
- unsoundness of mind
- distraction
- delusion
- rage
- deliration
- unbalance
- instability
- dotage
- schizophrenia
- depression
- hallucination
- unreasonableness
- irrationality
- disturbance
- inanity
- mental derangement
- mental unbalance
- personality disorder
- loss of reason
- senselessness
- deliriousness
- mental instability
- psychoneurosis
- crazedness
- neuroticism
- recklessness
- illusion
- toxicity
- psychological maladjustment
- psychological disorder
- mental disturbance
- maladjustment
- psychopathology
- paranoia
- delusions
- mental ill- health
- emotional disorder
- troubled mind
- disturbed mind
- loss of mind
- neurotic disorder
- unbalanced mind
- mental sickness
- emotional instability
- sick mind
- nervous disorder
- mental disease
- nervous breakdown
- dingbats
- meshugaas
- hydrophobia
- lycanthropy
- cynanthropy
- zoanthropy
- moon- madness
- wildness
- raving
- violence
- imbalance
- crazy
- psychiatric condition
- incoherence
- calenture
- Alzheimer's
- confusion
- disorientation
- temporary insanity
- temporary madness
- obsession
- fixation
- senile dementia
- Alzheimer's disease
- mental deterioration
- personality change
- mental decay
- softening of the brain
- neurasthenia
- problem
- complex
- idiosyncrasy
- crack- up
- affliction
- hang- up
- abnormality
- breakdown
- quirk
- compulsion
- inhibition
- deviation
- cognitive decline
------------

De lengte van de lijst suggereert dat het fenomeen in de Verenigde Staten veel voorkomt en zeer relevant wordt gevonden. Anders zou je niet zo'n groot aantal termen hebben. Maar de lijst suggereert ook, dat men niet goed weet, hoe men het verschijnsel precies moet labelen.

Ik denk dus dat het wel een soort gekte is, wel een probleem met het denken, maar dat je met een term als craziness (gekte) niets opschiet.

Wat 'bevooroordeeldheid' is, begrijpen we echter steeds beter. Als je iets gevraagd wordt, kun je antwoorden op grond van de harde feiten of je kunt antwoorden op grond van wat men graag wil horen. Mensen die het laatste doen, noemen we 'bevooroordeeld'. Ze zeggen niet hoe het werkelijk is, maar ze bevestigen onze vooroordelen.

Zo simpel is het dus.

Het mooie van 'bevooroordeeldheid' is dat we het prima kunnen meten. Dat we begrijpen, hoe het werkt.






---

* Bedoeld worden de auteurs van The Authoritarian Personality (1950).






Geen opmerkingen:

Een reactie posten