donderdag 14 februari 2019

Hoe ontstaat geloof? Voorbeeld: het overnemen van een 'mooi' verhaal


Wie ervaring heeft met het herkennen van nepnieuws (en daar lol aan beleeft), wordt soms al gewaarschuwd door de context. De bijlage Zaterdag van de Volkskrant (zaterdag, 9 februari 2019) opende met een wazig en romantisch portret ter grootte van een volledige pagina. De tekst in het portret: ''Dit rayonhoofd stond 8.071 dagen klaar voor een Elfstedentocht die niet kwam". Waarom in die tekst de ''8.071 dagen klaar" niet vet gedrukt werd, is me wat onduidelijk, maar zo staat het er.

Dat is natuurlijk vreselijk! Ik moest een traan wegpinken. Meer dan 8000 dagen startklaar staan, je Noren ondergebonden. Je kunt niet slapen, want je weet nooit of misschien niet opeens de magische oproep gedaan wordt. Vreselijk! Dit tearjerker-verhaal was niet bepaald niks: vier volle bladzijden lang ging het door. Een weekend is lang, dachten ze kennelijk bij de Volkskrant en kan wel enige vulling gebruiken met die lange winteravonden.

Daarna ging men echter pas goed los. Zes bladzijden lang ging het over: "HET GEVAAR VAN YOUTUBE". De titel van het artikel moest uit de illustratie van een volledige pagina gedecodeerd worden, maar blijkt dan te luiden: "Hoe YouTube rechtse radicalisering in de hand werkt".

De intro van het artikel luidt: "Op YouTube krijgen gebruikers vaak filmpjes gesuggereerd die net iets extremer zijn dan ze zelf bekeken. Hoe dat ertoe kan leiden dat ze steeds radicaler rechts worden, zochten de Volkskrant en de Correspondent uit op basis van een omvangrijk onderzoek."

Kijk, dat is de ware geest. Kranten die zelf onderzoek gaan doen en niet zo maar wat, nee, omvangrijk onderzoek. Onderzoek moet vooral heel groot zijn. Als je wilt weten of een steen omhoog of omlaag valt, heb je zeker tien miljoen stenen nodig voordat je enigszins betrouwbare conclusies kunt trekken. Dat is pas echte wetenschap!

De kogels (cilinders als ik het goed heb) die Galilei van zijn schuine plank liet afrollen, waren vermoedelijk op de vingers van een hand te tellen. Laten het de vingers van twee handen geweest zijn. Die knullige experimenten van Galilei vormden het begin van de moderne wetenschap zoals we die nu kennen en zouden ons wereldbeeld ingrijpend veranderen. Niks geen omvangrijk onderzoek, maar wel onderzoek dat stond als een huis en dat de weg wees. En dat gerapporteerd werd, zoals deze blog dat ook probeert te doen. Als een helder en logisch verhaal. Geen woord Frans bij.

Bij echte (empirische) wetenschap gaat het om twee of drie dingen. Allereerst moet je je uitkomsten kunnen samenvatten. Alles dat niet samenvatbaar is in enkele regels, is geen serieuze wetenschap.

Als voorbeeld geef ik de samenvatting van het proefschrift van mijn vrouw en mij (Van Eerden en Van Es, 2014). In totaal heb ik zelf gedurende een 34 jaar aan dit onderwerp gewerkt (vanaf ongeveer 1980) en heeft het totale onderzoek (inclusief de ontwikkeling van het digitale programma) ons samen een 40.000 uur gekost (meer dan 20 normale werkjaren). Je kunt dus bepaald niet zeggen, dat het om een klein onderzoekje ging.

Het gezamenlijke proefschrift telt 487 bladzijden. De (kortste) samenvatting van het totale onderzoek telt echter precies 75 woorden (volgens OpenOffice) en luidt als volgt.
This study shows that basic writing skill is an important measure to predict dropout
and to indicate the level of students. Three new methods are presented to measure
basic writing skill. By using confirmed errors per A4 (500 words) it was possible to
show that the basic writing skill of Dutch first-year students is far from ideal. The
newly developed TAVAN program succeeded in ten 2-hour lessons to reduce the
number of errors with 20%.
Terug naar het onderzoek van de Volkskrant en de Correspondent. Waar is de samenvatting? Je kunt toch moeilijk verwachten dat een serieuze wetenschapper vijf bladzijden tekst op goed geluk gaat doorworstelen? Wel, een fatsoenlijke samenvatting ontbreekt. In plaats daarvan heeft men op het eind van het artikel een Verantwoording waar je als onderzoeker niet echt verder mee komt.

Een volgend punt is de vraagstelling. Wat is de vraag precies die je wilt beantwoorden met je onderzoek? De onderzoekers komen met de volgende tendentieuze omschrijving: ''Heeft YouTube een 'rechts' radicaliseringsprobleem, zoals een groeiende groep onderzoekers stelt?"

Om onderzoek te kunnen doen, heb je echter een vraag nodig, naar iets dat je moet kunnen waarnemen. De laatste keer dat ik door het bos liep, heb ik wel gezocht naar een 'rechts radicaliseringsprobleem' maar ik kwam alleen een ree tegen die snel wegschoot de schemering in. We willen dus graag de vraag zo geformuleerd, dat we de boel kunnen waarnemen. Wanneer je 'God' definieert als een theepot tussen Venus en Mars die in een baan om de zon cirkelt, is dat voor wetenschappers geen enkel probleem. Het zal even tijd kosten, maar dan weten we zeker of die theepot er wel of niet is. Maar zonder die definitie lukt het niet. Met vage termen als 'rechts radicaliseringsprobleem' vult men de krant, maar kunnen we geen onderzoek doen.

Een derde punt bij onderzoek doen, is de methode. Je hebt in het bos gezocht naar X. In welk bos precies? Wanneer? Hoe heb je precies gezocht? Het verhaal in de krant googelt met grote getallen en dat zal moderne krantenlezers vast imponeren, maar verder slaat het nergens op.

Een vierde punt bij onderzoek is: wat heb je precies gevonden? Je bent naar het bos gegaan en hebt daar gezocht naar X. Hoeveel X heb je gevonden? Of denk je gevonden te hebben?

Wel de onderzoekers van de krant gingen naar YouTube. Maar YouTube is heel erg groot. Wat hebben die onderzoekers daar gedaan? Volgens hun verhaal verzamelden ze 1500 kanalen, 600.000 video's en 120 miljoen reacties. Verder nog: 15 miljoen aanbevelingen en 440 duizend transcripties van video's. Heel indrukwekkend, maar als ik naar het bos ga, kom ik daar ook veel bomen tegen, misschien wel een paar miljoen. Dus wat is de zin van dit alles, behalve indruk maken op de lezer?

Wel, wat de onderzoekers tenslotte gevonden denken te hebben, zijn 175 Nederlanders. "Van hen konden we gedetailleerd reconstrueren welke video's ze bekeken en welke opvattingen ze op dat moment tentoonstelden," stellen ze.

Prachtig! Laat dan zien! Waar is de lijst van die 175 Nederlanders? Welke video's hebben ze precies bekeken? Hoe weet je dat zo zeker? En hoe weet je precies hun opvattingen? Kortom, er wordt veel in het artikel beweerd, maar niets hard gemaakt.

De strekking van het artikel is dat YouTube radicalisering in de hand werkt. Is dat echt zo? Mensen radicaliseren wel eens, maar waar komt dat precies door? Uitgaande van de informatie in deze blog is dat vooral een kwestie van persoonlijkheid.

Als de onderzoekers van de Volkskrant en de Correspondent echt hard kunnen maken, dat die verklaring niet klopt, dan is dat groot nieuws en zal ik het graag horen. Voorlopig zie ik echter nog niet, dat ze dat aangetoond hebben.

In reactie op het artikel neem ik zelf de proef op de som. Ik start op de Ipad mijn YouTube-app op. Doordat ik veel zoek via Google en dan ook nog op onderwerpen als 'fascisme', 'autoritarisme', 'agressie', 'terreur', 'geweld', 'nazisme' en Google dat uiteraard weet en bijhoudt, mag ik toch wel een behoorlijk rechtse oogst verwachten.

De eerste clip die ik krijg aangeboden is Lady Gaga: A Star is Born. De tweede clip is Miley Cyrus in de BBC Live Lounge met Summertime Sadness. De derde clip is Miley Cyrus met Lilac Wine. Mijn vrouw kan de verleiding van het rechtse gedachtegoed niet weerstaan en komt er geboeid bij staan kijken en luisteren. De vierde clip is weer van Lady Gaga. Onze radicalisering is begonnen! Ik ben dus geneigd te denken, mede op grond van mijn volstrekt 'foute' zoekgeschiedenis, dat het voorlopig allemaal nog wel wat meevalt.

Ik krijg nu echter de smaak te pakken. Het artikel begint met het uitgebreid beschrijven van de clip waardoor 'Lukas' helemaal het rechtse pad werd ingezogen: The Truth About Slavery: Past, Present and Future van de historicus Stefan Molyneux. Ik wil die clip wel eens zien, ook al ga ik dan misschien volledig het foute pad op.

Wel, kennelijk is mijn radicalisering al ver gevorderd. Ik zie een keurige clip waarin Molyneux op gedegen wijze een lang college geeft over slavernij. Wat is er zo fout aan Molyneux?, vraag ik me af. Het foute is kennelijk dat hij -- net als deze blog -- de zaak rationeel probeert te benaderen. Ik weet niet of hem dat altijd lukt, hij heeft natuurlijk een alfa-achtergrond als historicus, dus ook een aangeboren neiging naar rechts (uitgaande van het soortenmodel). In ieder geval is zijn college terecht en goed en bevat dat mijns inziens geen of weinig onjuiste informatie. Kortom, ook het verhaal over die clip klopt niet.

Ik zit nu al een tijd tegen mijn zin over dat enorme verhaal in de weekend-krant te schrijven. Ik geloof dus de strekking van het VK-verhaal niet zo. Het verhaal lijkt me meer een opinieverhaal dan een feitenrelaas. Het is uiteindelijk een 'mooi' verhaal.

Is dat erg? Nee, want de krant moet vol en in de krant van vandaag de dag spelen opinies een belangrijke rol. Dus ook zo'n artikel moet kunnen, wat mij betreft. Het is aan de lezer om het koren van het kaf te scheiden.

Maar lukt dat altijd? Zijn lezers daartoe wel altijd gemotiveerd? De strekking van de voorgaande blogposts was juist dat gelovigen een sterke neiging bezitten tot napraten. Ze verwerken informatie niet actief, maar passief. Ze geloven bij voorbaat wat hun verteld wordt.

Is dat echt zo? Ik vind dat zelf altijd nog wat moeilijk te geloven. In de NRC van vandaag (13-2-2019) vind ik een artikel van Paul Scheffer met de indrukwekkende titel: Een global village roept tribalisme op. Ik heb me nooit uitgebreid in de man verdiept, maar op grond van wat ik zoal gezien heb, zou ik toch vrij zeker verwachten dat hij behoort tot een van de drie groepen gelovigen. Het lijkt me duidelijk dat hij geen typische bèta is. Hij is dus minimaal een gewone gelovige. In zijn geval is het zelfs waarschijnlijker dat hij een 'man of words' (alfa) is.

Scheffer begint zijn column zo:
"De ontnuchtering over de sociale media grijpt snel om zich heen. In een lange reportage over YouTube konden we dit weekeinde lezen hoezeer het medium een rol speelt in de radicalisering van gebruikers. Vooral de rechts- radicale scene blijkt gebruik te maken van dit internetkanaal. De extreme stemmen ter linkerzijde hebben meer vertrouwen in de gevestigde media. Dat verbaasde me niet.

Het omvangrijke onderzoek van de Volkskrant en De Correspondent liet vorige week zien hoe een kanaal als YouTube de broedplaats kan worden van haat. Een technologie-socioloog wordt aangehaald: 'Met een miljard gebruikers of meer is YouTube mogelijk een van de grootste radicaliseringsinstrumenten van de 21ste eeuw.' Dat verbaasde me wel – ik zoek dan ook vooral naar video’s van Bob Dylan."
Blijkens zijn verhaal accepteert hij dus de misleidende informatie uit het VK-artikel alsof het om harde feiten gaat. Interessant daarbij is dat hij zelf ook al nattigheid voelt, hij krijgt op YouTube slechts clips over Bob Dylan, maar dat zet hem verder niet aan tot denken en checken. Het verhaal klinkt goed, de column moet af, dus het onzinverhaal wordt op vol vermogen overgenomen.


Terugblik

Laten ik even proberen terug te kijken naar wat we inmiddels hebben over de vraag: Hoe ontstaat geloof?

In de eerste blogpost (hier kwam ik tot de conclusie dat geloof ontstaat doordat men anderen napraat om vervolgens op die manier zelf sociaal bekrachtigd te worden. Het 'mooie' verhaal wordt door iemand in de alfacultuur (minimaal een gewone gelovige, maximaal een alfa) klakkeloos overgenomen en doorverteld om op die manier zelf sociaal te scoren.

In de tweede blogpost (hier) over deze vraag viel via de gelinkte clip Flat Earth Rising te zien dat geloof inderdaad een groepsactiviteit is, waarbij sociale bekrachtiging de drijvende rol vervult.

In de derde blogpost (hier) ging ik in op het rapport Crises in Democracy dat vooral een 'mooi' verhaal is van de alfa-auteurs om zichzelf te promoten. Men houdt een plechtige toespraak, die indrukwekkend klinkt, maar geen harde feitelijke basis heeft. Deze blogpost laat zien wat de producenten van zo'n 'mooi' verhaal allemaal kunnen produceren om hun doel te bereiken.

In deze vierde blogpost laat ik zien dat een 'mooi' verhaal door een lid van de alfacultuur inderdaad klakkeloos wordt overgenomen en verder verspreid.

Alle punten uit de eerste blogpost zijn dus geïllustreerd. De productie van het 'mooie' verhaal, het sociale karakter van het napraten en de bevestiging die dat kan leveren. En het klakkeloos overnemen van het 'mooie' verhaal om op die manier zelf weer te scoren.





















Geen opmerkingen:

Een reactie posten