maandag 25 maart 2019

Wat is een 'fascist'?



Laatst bijgewerkt 25-3-2019 om 23.01


Via een bericht in de mail werd ik geattendeerd op een stuk dat verscheel op de site Saltmines.nl. Het is getiteld: Noem Thierry Baudet geen fascist, en is geschreven door 'Repelsteeltje' (hier).

Omdat het stuk een heel aantal links geeft, naar mensen die precies het tegenovergestelde beweren, vond ik het de moeite waard te lezen. Helaas vond ik het stuk niet echt overtuigend. Het stuk dat men probeerde te weerleggen (dat Baudet wel een fascist is) vond ik zo mogelijk nog minder overtuigend.

Je zou denken dat Baudet of wel, of niet een fascist moet zijn. In dat geval zou dus in ieder geval één van beide auteurs zijn gelijk moet kunnen halen, maar kennelijk lukte dat op een of andere manier beiden niet.

Vervolgens liet ik me tot een reactie op de site van het artikel verleiden. Die reactie laat ik in bewerkte vorm met wat aanvullingen hier volgen.

-----

Wat is een ‘fascist’? Wanneer mag je iemand ‘fascist’ noemen? Over een (operationele) definitie van het woord ‘fascist’ bestaat geen overeenstemming. De een kan er dus dit onder verstaan, de ander dat.

Wanneer je echter uitgaat van het empirische onderzoek dat tijdens de Tweede Wereldoorlog is gestart naar nazi’s en de Holocaust, zie je dat we sinds kort weten dat ‘bevooroordeeldheid’ (het omarmen van vooroordelen) de variabele is, die het enthousiasme voor de strongman voorspelt. (Zie daarvoor mijn blogpost: https://stopdiscriminatie.blogspot.com/2017/12/wat-is-het-essentiele-verschil-tussen.html .) Bevooroordeeldheid is dus de maat om ‘fascisme’ te meten.

Verder heeft dat empirische onderzoek de twee onderliggende variabelen voor bevooroordeeldheid opgeleverd: autoritarisme en sociale dominantie. Die twee variabelen blijken samen de mate van bevooroordeeldheid vrijwel volledig te kunnen voorspellen. We weten dus ook wat mensen bevooroordeeld maakt. Wat ze drijft tot het omarmen van vooroordelen. Autoritarisme is de motivatie om veiligheid te vinden in een machtige groep. Sociale dominantie is de drijfveer om ten koste van alles in die groep zo hoog mogelijk te komen.

Van mensen die hoog scoren op die twee onderliggende variabelen, de zogenaamde double-highs, heeft het empirische onderzoek duidelijke eigenschappen opgeleverd. We weten dus vrij precies om wat voor soort gasten het gaat. Andere benamingen voor double-highs zijn: alfa’s en ‘men of words’.

De vraag waar het dus eigenlijk om gaat, is of Baudet zo’n double-high is. Is het iemand met een ‘mooi’ verhaal, die graag leider wil zijn van een machtige club en om dat doel te bereiken discriminerende uitspraken niet schuwt? Wel, wie een beetje thuis in het onderzoek naar discriminatie en agressie, zal daar niet aan twijfelen. Baudet is onmiskenbaar een double-high of alfa.

Wanneer je toch twijfelt, kun je zijn interviews en toespraken analyseren. Double-highs hebben een totaal ander taalgebruik dan hun tegenhangers, de double-lows (of bèta’s). Een belangrijk verschilpunt is de manier van de redeneren. Bevooroordeelde mensen redeneren vanuit hun geloof, hun overtuiging. De mensen aan de andere kant van het discriminatie--spectrum, de double-lows of bèta's, redeneren normaal vooral inductief. Vanuit waarnemingen naar een conclusie.

Mocht je inderdaad de interviews en toespraken van Baudet willen analyseren, dan geeft mijn blog een vijftal duidelijke punten waar je op moet letten (https://stopdiscriminatie.blogspot.com/2018/01/de-basic-five-van-discriminatieagressie.html).

Dit betekent dus dat Baudet graag strongman (dictator) wil zijn en dat hij extreem bevooroordeeld (racistisch) is.

Nu naar het betoog van Repelsteeltje. Op dat punt ben ik het eens met de reacties van Floris en Johan. Zijn verhaal overtuigt me niet echt, hoewel ik zijn conclusie wel deel. Het verhaal van Bram Ieven dat hij probeert te weerleggen, is mijns inziens nog minder overtuigend (hoewel ik dus tot dezelfde conclusie als Ieven kom).

Ieven definieert niet duidelijk wat hij precies onder ‘fascisme’ verstaat en kan daardoor ook nooit overtuigend aantonen dat Baudet inderdaad duidelijk ‘fascistische’ kenmerken heeft. Beide verhalen overtuigen me dus helaas niet.

Ik denk dat het probleem is, dat beide verhalen vooral uitgaan van wat de auteurs willen aantonen. Als dat inderdaad zo is, zou je verwachten dat beide auteurs last hebben van ‘bevooroordeeldheid’.

In het geval van Repelsteeltje verklaart dat, waarom hij op de partij van Baudet gestemd heeft. Dat klopt dan dus met de theorie. Het zijn bevooroordeelde mensen die op de strongman stemmen.

Maar het leuke is dan, dat Bram Ieven iemand anders verwijt ‘fascist’ te zijn, terwijl hij zelf kennelijk ook behoorlijk hoog op die factor scoort. De pot verwijt de ketel dat hij zwart kijkt.

Maar als je dan doordenkt, lijkt er iets mis te zijn met de theorie. Het zijn bevooroordeelde mensen die op de strongman stemmen. Maar Ieven bestrijdt de strongman juist. Hoe zit dat?

Bevooroordeelde mensen hebben drie eigenschappen. Allereerst zijn ze natuurlijk vooringenomen. Hun geloof bepaalt hun praten en hun acties. Ten tweede zijn ze autoritaristisch. Ze zoeken dus de bescherming van een machtige groep. Ten derde proberen ze in die groep zo hoog mogelijk te komen. Het zijn dus status-zoekers.

Ieven zit in een andere groep dan Baudet en zijn volgelingen. Zijn groep gelooft dat Baudet niet deugt. Daar zit mogelijk iets in, maar voor hem is dat slechts een geloofsovertuiging. Hij kan zijn overtuiging dus niet baseren op harde feiten. Het is voor hem slechts opinie.

Vervolgens wil hij graag hogerop komen. Dat is de reden om publiekelijk Baudet aan te vallen. De ene alfa bestrijdt de andere alfa. Tja, zo gaan die dingen.














Geen opmerkingen:

Een reactie posten