zaterdag 4 november 2023

Bevooroordeeldheid is de grote factor die discriminatie, racisme en antisemitisme verklaart

 

Alles draait om bevooroordeeldheid! Bevooroordeeldheid is de grote variabele in het empirische onderzoek naar discriminatie. Wanneer je weet, hoe bevooroordeeld iemand is, kun je voorspellen wat die man of vrouw gaat doen.

Eigenlijk moet ik dat laatste punt wat nuanceren. Bevooroordeeldheid (het instemmen met vooroordelen) is de strongman-variabele. Het is de maat, die aangeeft of iemand de strongman (de dictator) wel of niet gaat steunen in zijn mars naar de absolute macht. Ben je iemand die Trump gaat steunen? Ben je iemand die Poetin gaat steunen? Je mate van bevooroordeeldheid voorspelt het.

Iemand die bevooroordeeld is, steunt de strongman door dik en dun. Zodra de strongman de macht heeft, worden minderheden het slachtoffer, maar de bevooroordeelde geest ziet geen problemen en voert enthousiast de orders van zijn grote baas uit. Veel bevooroordeelde geesten wachten expliciete orders niet eens af. Aan een hint hebben ze voldoende om te weten, wat hun strongman willen. Graag komen ze in actie om zijn beoogde slachtoffers een kopje kleiner te maken.

Met bevooroordeeldheid is iets vreemds aan de hand. Het vreemde is, dat nog maar sinds kort duidelijk is, dat bevooroordeeldheid de strongman-variabele is.

Je zou verwachten, dat als je meer duidelijkheid wilt over discriminatie, de vooroordelen die iemand koestert een logisch beginpunt zijn voor alle onderzoek. Menselijk gedrag begint vaak met ideeën, geloof en (foute) gedachten. Het meten van hoe iemand denkt over allerhande vooroordelen zou dan een logische eerste stap zijn.

Maar om een of andere reden lukte het als het ware voortdurend niet goed die eerste stap te zetten. De aartsvaders van het empirische onderzoek naar discriminatie (de auteurs van The Authoritarian Personality, 1950) begonnen met het meten van antisemitisme. Die poging lukte prima.

Daarna werd de vragenlijst uitgebreid met enkele andere minderheidsgroepen. Het ging niet langer alleen om antisemitisme, maar om iets als haat tegenover minderheden. Ook die uitbreiding lukte prima. Antisemitisme was te beperkt als term, het ging om iets dat veel wijder was. De auteurs noemden dat etnocentrisme. Uitgaan van de normen van je eigen groep.

Vervolgens kozen ze een totaal invalshoek. Ze probeerden de vooroordelen van politiek rechts (politiek economisch conservatief, PEC) te meten. Ook dat lukte goed. Verder bleken etnocentrisme en de PEC-schaal behoorlijk te correleren (samen te hangen).

Wanneer je beide maten corrigeert voor hun mate van onbetrouwbaarheid (zoals ik gedaan heb), blijkt de gevonden correlatie (na correctie) bijna maximaal te zijn. De auteurs hadden tweemaal dezelfde factor gemeten op totaal verschillende manieren. Een duidelijke aanwijzing dat ze een belangrijke factor te pakken hadden.

Maar doordat de auteurs nalieten die noodzakelijke correctie door te voeren, realiseerden ze zich niet goed, wat ze precies gevonden had. Daarom gooiden ze het weer over een totaal andere boeg. Dit werd de beroemde/beruchte F-schaal om fascisme te meten via diepere persoonlijkheidskenmerken.

Ook dit lukte min or meer, zou je kunnen zeggen. De schaal bleek wel redelijk betrouwbaar. Maar deze vragenlijst was niet gebalanceerd (niet even veel positieve als negatieve antwoorden) en tot overmaat van ramp bleek deze vragenlijst niet een enkele factor te meten, maar minstens twee en mogelijk meer.

Wie de moeite neemt de F-schaal te corrigeren voor onbetrouwbaarheid (zoals ik gedaan heb), vindt ook nu weer dat de auteurs voor de derde maal dezelfde factor hebben gemeten. Etnocentrisme, de PEC-schaal en de F-schaal maten allemaal dezelfde persoonlijkheidseigenschap.

Hierna ontstond er eindeloze verwarring. Het boek was te dik, vaak tegenstrijdig, dus niemand nam de moeite het volledig door te ploeteren. Iedereen concentreerde zich op de F-schaal en daar waren duidelijk problemen mee.

Het eerste deel van het probleem werd tenslotte opgelost door Bob Altemeyer. Hij destilleerde uit de F-schaal een nieuwe variabele (Right Wing Authoritarianism, RWA) en zorgde dat die betrouwbaar was, homogeen (er werd slechts één factor gemeten) en valide.

Het tweede deel van het probleem werd opgelost door de ontdekking van SDO (Social Dominance Orientation). Een vragenlijst die nagaat of mensen denken en geloven in groepen die meer of minder zijn.

Nu bleek uit onderzoek een bijzonder feit. De RWA-schaal en de SDO-schaal voorspelden allebei bevooroordeeldheid, maar correleerden niet of amper. Daardoor waren ze samen in staat bevooroordeeldheid in zeer hoge mate te voorspellen. Het was alsof de ene variabele het linker deel van bevooroordeeldheid voorspelde en de andere variabele het rechterdeel. Ieder van de twee variabelen voorspelde een ander stukje bevooroordeeldheid.

Een dergelijk resultaat dat twee niet-correlerende variabelen een derde variabele voorspellen, is in de psychologie uiterst ongebruikelijk. Hoe valt dit te begrijpen? Om hier licht op te werpen,  construeerde ik het soortenmodel. Mensen bestaan (na de uitvinding van de landbouw) in beginsel uit vier verschillende soorten mensen. Van die vier soorten gaan er drie klitten. Dat levert een machtige groep, die de vierde groep het werk laat doen en onderdrukt.

Maar wat is het bindmiddel dat de machtige groep samenbindt? Dat is het geloof, de gemeenschappelijke vooroordelen die de groep aanhangt. Met andere woorden: bevooroordeeldheid is dat wat de machtige groep bindt. En de mate van bevooroordeeldheid bepaalt dus of iemand in de onderdrukte groep (van de vrije geesten) zit of in de machtige groep.

In wezen maakt dat de zaak met betrekking tot bevooroordeeldheid simpel. Bevooroordeelde mensen volgen voor hun geloof en opvattingen de groepsnorm. De groep bepaalt, wat waar is. Onbevooroordeelde mensen volgen voor hun geloof de harde werkelijkheid. De feiten bepalen, wat waar is. Kijken we naar de groep òf kijken we naar de harde werkelijkheid?

Bevooroordeeldheid vertelt dus eigenlijk waardoor iemand zijn denken en praten laat bepalen. Door de groep of door de harde feiten.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten