In de vorige blogpost ging het er over dat feiten steeds minder belangrijk lijken te worden, althans in de opvatting van mensen.
De verklaring is simpel. In landbouw-samenlevingen, zoals de onze, heb je altijd twee tegenstrijdige culturen. De alfacultuur denkt in termen van macht en status en in termen van 'het juiste zeggen' . Dat zeggen, wat goed overkomt bij je publiek. In de alfacultuur gaat het om sociale waarheid. Wat vinden wij? Wat willen wij? Hoe denken wij?
Maar de alfacultuur moet ook gevoed en gedrenkt worden. Daarvoor heb je productieve mensen nodig die het gevecht aangaan met de harde natuur. Die noeste werkers kopen niets voor mooie gedachten en vergaande wensen. Die hebben te maken met akelige, lastige, weerbarstige feiten. En die feiten zijn voor hen God.
Naarmate de consumptieve cultuur groter wordt en de productie cultuur kleiner (qua aantal mensen dat er deel van uit maakt), worden opinies dus belangrijker en feiten minder belangrijk.
Maar valt dat ook cijfermatig aan te tonen?
In het Dagblad van het Noorden (19/12/2025, p. 9, editie Drenthe) een stuk over de opmars van drank en drugs achter het stuur. Het percentage mensen dat weleens met te veel alcohol op rijdt, steeg volgens onderzoek van 1,4 procent in 2017 naar 2,6 procent in 2024. In 6 jaar tijd bijna een verdubbeling!
Wat is het idee bij rijden met een borrel te veel op? Dat de harde werkelijkheid zich wel zal schikken naar jouw wensen. Dat die harde werkelijkheid er helemaal niet echt toe doet.
Feitenvrij leven en rijden, tot de dood ons inhaalt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten