vrijdag 2 december 2022

Tieners hebben na de corona-epidemie hersenen die 3 jaar te oud zijn

 

Laatst aangepast op 3/12/2022 om 12.31 uur

 

Op de site van de Guardian vind ik een artikel waarin gerapporteerd wordt over een onderzoek naar het brein van post-corona tieners (https://www.theguardian.com/science/2022/dec/01/brains-of-post-pandemic-teens-show-signs-of-faster-ageing-study-finds). 

Men heeft de MRI-scans van een groep tieners na de corona-epidemie vergeleken met een soortgelijke groep van voor de epidemie. Om de scans zo vergelijkbaar mogelijk te houden heeft men de groepen gematcht op leeftijd en sekse. (Ik volg nog steeds het Guardian-artikel.)

 

Het Guardian-artikel vat de resultaten als volgt samen:

'After matching 64 participants in each group for factors including age and sex, the team found that physical changes in the brain that occurred during adolescence – such as thinning of the cortex and growth of the hippocampus and the amygdala – were greater in the post-lockdown group than in the pre-pandemic group, suggesting such processes had sped up. In other words, their brains had aged faster.

“Brain age difference was about three years – we hadn’t expected that large an increase given that the lockdown was less than a year [long],” said Ian Gotlib, a professor of psychology at Stanford University and first author of the study.'

 

Men vindt dus op grond van de MRI-scans een verschil van 3 jaar in hersenleeftijd tussen beide groepen. Wat houdt dat in dit geval precies in? 'Thinning of the cortex and growth of the hippocampus and the amygdala.' De cortex is dunner geworden en de hippocampus en amygdala groter.

In de cortex vinden vooral de hogere denkprocessen plaats, is het idee. Het abstracte denken dat hoort bij systeem 2. Het denken dat mens vroeger zo bijzonder maakte.  Het groter worden van de hippocampus en de amygdala staan voor een sterker ontwikkeld systeem 1 denken. Meer emoties  en die emoties koppelen aan de eigen persoonlijke ervaringen.

Als het gevonden verschil dus inderdaad zou komen op een of andere manier door de corona-epidemie (dat weet je niet zeker) dan zou dit betekenen een verschuiving naar systeem 1 denken. Nog meer emoties, nog meer opinie, nog meer persoonlijke ervaringen. Anders geformuleerd: nog meer bevooroordeeldheid, nog meer fascisme, nog meer bijgeloof.

Wat we weten over systeem 2 denken, is dat het moeizaam geleerd moet worden door interactie met de harde natuur of objectieve opgaven (opgaven met harde feedback). Wat we weten over systeem 1 denken, is dat het spontaan ontstaat en snel sterker wordt in sociale interactie. Als de covid-jeugd in de tijd van de pandemie nog meer op internet en facebook heeft gezeten, zouden de conclusies dus gemakkelijk kunnen kloppen.

 

Strikt genomen weten we natuurlijk zonder deugdelijk onderzoek niet volledig zeker of die dunnere cortex en die grotere hippocampus en amygdala inderdaad staan voor meer systeem 1 denken.

De MRI-scans werden echter gemaakt in het kader van een groter onderzoek naar stress, depressie en angstigheid. Daardoor had men ook op dat punt informatie. Het Guardian-artikel vat dit samen als:

'The post-lockdown group self-reported greater mental health difficulties, including more severe symptoms of anxiety, depression and internalising problems.'

Dat bevestigt dus dat die grotere hippocampus en amygdala in combinatie met die dunnere cortex inderdaad staan voor een sterker systeem 1 en een zwakker systeem 2.

Verder klopt die waarneming (meer depressie en angstigheid) met wat er bekend is uit andere bronnen over de jeugd na de corona-epidemie. Het past allemaal in wat er al bekend was.

 

Kennelijk is het dus zo, dat door de lock down jongeren vooral hun systeem 1 ontwikkeld hebben ten kosten van hun systeem 2. Ze hebben niet een krantenwijk genomen, ze zijn niet gaan puzzelen, ze zijn niet als een gek wiskundesommen gaan maken, ze zijn niet gaan hollen, ze zijn niet gaan suppen, ze hebben geen balanstraining gedaan. Nee, ze zijn gaan kleppen en kletsen. Ze hebben met het verstand op nul naar leuke clips gekeken en hebben zich onderling suf gekletst.

Misschien zijn de gevolgen niet zo vreemd, maar dit onderzoek laat dan wel pijnlijk zien, wat de concrete gevolgen zijn.

Maar als de hersenen van tieners die het er van nemen in korte tijd drie jaar kunnen verouderen, dan zou je verwachten dat de hersenen van oude mensen in korte tijd belangrijk jonger kunnen worden (qua hersenleeftijd) als ze systematisch systeem 2 activiteiten gaan doen en gaan trainen!

Met andere woorden: de veroudering van hersenen waar de samenleving zo mee worstelt, zou door gericht trainen en oefenen vermoedelijk belangrijk tegengegaan kunnen worden en misschien wel omgedraaid.

Kennelijk moeten we uit dit onderzoek concluderen: alles wat je niet gebruikt van je hersenen, verdwijnt en het verdwijnt snel. Alles wat je wel gebruikt, groeit en het groeit snel.

In feite bevestigt dit onderzoek het uitgangspunt van de behavioristen: je leert door te oefenen, door te doen. En helaas geldt dat ook voor onzinnige activiteiten: wie de hele dag onzin produceert, wordt vooral goed in het produceren van (sociale) onzin. En moet daarvan zelf de kosten dragen.



Nawoord

Uit de reacties op mijn blogpost maak ik op, dat de post wel duidelijk is, maar dat een belangrijk punt niet goed voor het voetlicht komt. Wie namelijk het oorspronkelijke Guardian-artikel leest, ziet dat de verklaring die ik geef voor het waargenomen fenomeen totaal anders is, dan de verklaring waar de geciteerde deskundigen mee komen.

Wat zeggen deze deskundigen? Het artikel vermeldt:

'Gotlib said the findings chimed with those from other researchers studying the impact of the pandemic on teens’ mental health. “Deterioration in mental health is accompanied by physical changes in the brain for teens, likely due to the stress of the pandemic,” he said.'

En even verderop:

'“In older adults, these brain changes are often association with reduced cognitive functioning. [...] this is the first demonstration that difficulties in mental health during the pandemic are accompanied by what seem to be stress-related changes in brain structure.”'

En:

'Michael Thomas, a professor of cognitive neuroscience at Birkbeck University of London, who was not involved in the study, said the research confirmed the struggles that teenagers in particular experienced in the pandemic, with increases in anxiety and depression.'

Men schrijft de veranderingen in het brein toe aan de stress die de pandemie veroorzaakt zou hebben. Maar jonge mensen liepen amper kans ziek te worden door corona, laat staan dood te gaan, dus het idee dat ze daardoor veel stress hebben ervaren, lijkt me nogal vergezocht. Mijn verklaring is misschien minder wat we graag willen geloven. De jeugd is door de pandemie gewoon weggezakt in een soort zalig omhangen. Men kwam niet meer tot 'harde actie', tot interactie met de harde natuur en harde opgaven. In plaats daarvan ging men 'leuke' dingen doen.

Men gelooft dat de corona-epidemie stress opleverde en gaat vervolgens vanuit dat geloof redeneren. Verder is men onkundig over de grote invloed van bevooroordeeldheid (generalized prejudice) als maat voor enerzijds fascisme en anderzijds systeem 1 versus systeem 2 denken.

De Telegraaf meldde op 2/12/2022 een kort bericht over het Nemesis-onderzoek van het Trimbos-instituut. Men vindt in dat onderzoek een sterke stijging van het aantal 'psychische klachten' (mijn omschrijving). Zelf heeft men het over 'psychische stoornissen', wat ik ietwat overdreven vind. Die sterke stijging is vooral te zien onder jonge mensen en studenten. De oorzaak schrijft men toe -- zonder enig deugdelijk onderzoek te plegen -- aan de toegenomen maatschappelijke zorgen en prestatiedruk.

Ook die verklaring lijkt dus een broodje aap. Waarschijnlijker is ook hier een soortgelijke verklaring op zijn plaats. Jonge mensen doen steeds minder harde activiteiten en steeds meer zachte. Het resultaat is precies wat je zou verwachten op basis van wat we weten uit de Skinneriaanse leertheorie. En die leertheorie is gebaseerd op keihard en vele malen gerepliceerd dieronderzoek. Als mensen dus inderdaad minder harde activiteiten doen, en ze zouden daardoor niet een sterker systeem 1 en een zwakker systeem 2 krijgen, dan zou er met wat we weten over de natuur iets grondig mis zijn.



Nawoord 2  -- Maar klopt het?

Het is misschien ook wel een heel 'mooi' verhaal als je erover nadenkt. Onderzoekers vinden dat jongeren door de corona-epidemie hersenen krijgen, die 3 jaar ouder lijken te zijn, dan dat ze werkelijk zijn. En ik wil het ook graag geloven. Dus dan moet je vragen: klopt het wel?

Daarom het oorspronkelijke artikel opgezocht (https://www.bpsgos.org/article/S2667-1743(22)00142-2/fulltext).

Een eerste punt dat me opvalt, zijn die vreemde aantallen. De onderzoekers matchen hun proefpersonen, de mensen waarvan ze scans gebruiken. Je zou dus verwachten dat bij iedere persoon uit de post covidgroep ook één bepaalde persoon in de pre covidgroep moeten zitten met dezelfde leeftijd en sekse. Maar de ene groep bevat 81 mensen en de andere groep 82. Dat kan dus niet. Kennelijk hanteren de onderzoekers een eigen definitie voor het begrip 'matchen'. Maar als je zo'n elementair basisbegrip totaal anders invult dan gebruikelijk, welke andere basisbegrippen heb je dan ook anders ingevuld?

Anders geformuleerd: deze club onderzoekers weet kennelijk de ballen niet van statistiek. Maar toch gebruiken ze de meest ingewikkelde soorten statistiek die denkbaar zijn. Je hebt nog nooit als piloot in een vliegtuig gevlogen, maar voor dit onderzoek spring je onvoorbereid in een hypersonische straaljager met atoomkoppen. 

Een tweede punt dat dan opvalt, is het uitgangspunt. Normaal probeer je aan te tonen dat de experimentele groep en de controlegroep niet belangrijk verschillen. Maar als je het verslag leest, lijkt duidelijk dat men hier het omgekeerde doel had. Men wilde juist graag verschil aantonen. Hoe ver ben je bereid af te wijken van de werkelijkheid om je ideaal te realiseren, vraag je je dan als lezer af.

Je doet onderzoek in een bepaalde populatie jongeren waarbij je hersenscans krijgt. Vervolgens wil je de scans van voor de corona-epidemie vergelijken met die van na de corona-epidemie. Dat lijkt me niet zo moeilijk. Maar wat je natuurlijk ten koste van alles wilt vermijden, is selectie. Je wilt niet dat de pre-coronagroep anders geselecteerd wordt dan de post-coronagroep. Dus je zou een uiterst simpele en harde werkwijze moet toepassen. Wel, dat lees ik niet terug in het verslag. Hoe die selectie precies tot stand kwam, blijft nogal onduidelijk. Maar in dat geval was er dus voor de onderzoekers alle mogelijke ruimte de resultaten in de gewenste richting te sturen.

Stel nu, dat je de lezer echt wilt overtuigen van de verschillen tussen beide groepen. Dan zou je dus een simpele maat gebruiken en de verschillen laten zien. Kijk, hier scoort de ene groep. Daar scoort de andere groep. Het zouden twee frequentieverdelingen op dezelfde as kunnen zijn. Verder zou je natuurlijk ook de totaal verschillende scans van beide groepen laten zien. Bijvoorbeeld 10 van de ene en 10 van de andere groep, zodat iedereen je werk kan checken.

Wel, wie het verslag op dit punt naleest, wordt teleurgesteld. Je verzandt in een soort statistisch potjeslatijn waar je als normaal statisticus geen wijs meer uit kunt worden. En twee serie scans, vergeet het maar.

Kortom, het kan kloppen en het kan niet kloppen. Voorlopig ben ik niet overtuigd. Ook een replicatie op hetzelfde beroerde niveau zal me niet onmiddellijk van gedachten doen veranderen. De kans dat de tweede groep de eerste groep dapper napraat, is te groot.


 

 

 

 




 



 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten