vrijdag 23 december 2022

Zelfmoord en de olifant in de kamer (1)

 

 

In The Economist (December 10th 2022, p. 40-41) trekt een artikel over zelfmoord onder jonge Amerikanen mijn aandacht. Zelfmoord is de op een na belangrijkste oorzaak van overlijden in de leeftijdsgroep van 10 tot 18, lees ik. Alleen ongevallen is qua aantal doden nog belangrijker.

In Engeland en Wales lag het zelfmoordcijfer in 2021 op 6.4 per 100.000 voor 15- tot 19-jarigen, in de VS lag het op 11.2. Ook internationaal gezien ligt het cijfer exceptioneel hoog.

Wat de zaak nog beangstigender maakt, is de snelle stijging. In 2007 lag het volgens de afgebeelde grafiek rond de 7 per 100.000 voor 15- tot 19-jarigen. In 14 jaar tijd is het dus bijna met 50% toegenomen.

Voor 10- tot 14-jarigen is de stijging in verhouding nog dramatischer. In 2007 lag het rond de 1, in 2021 is het ongeveer 3. In 14 jaar is het aantal verdrievoudigd.

Wat veroorzaakt die stijging? 

Op dit punt is het artikel merkwaardig optimistisch: experts hebben een redelijk begrip over hoe ze zelfmoord moeten voorkomen. Wel, als dat echt zo was, zou je verwachten dat die stijging er niet was.

Dan zijn er de gangbare verklaringen. Kinderarmoede, ouderverslaving en ouderdepressie. Alle drie zijn volgens het artikel niet duidelijk toegenomen. Armoede tijdens de jeugd is zelfs afgenomen.

Meisjes zijn in de VS veel vaker zelfmoord aan het overwegen dan jongens volgens het artikel. Maar tienerjongens hebben een ongeveer driemaal zo'n grote kans dan meisjes door zelfmoord te sterven.

Dit lijkt me een belangrijk punt. Kennelijk is het denken over zelfmoord dus iets totaal anders dan het plegen van zelfmoord!

Zelfmoord lijkt sterk afhankelijk van de omgeving waarin iemand zit, precies zoals je zou verwachten. Het artikel meldt dat gedurende de COVID-pandemie kinderen die 'abuse or neglect' hadden meegemaakt 25 keer zoveel kans hadden zichzelf te doden als hun leeftijdsgenoten die dat niet hadden meegemaakt. (Kennelijk heeft men het eerst gevraagd en later gekeken, wie er nog in leven waren.)

Landelijke streken doen het op dit punt veel slechter dan stedelijke gebieden. Het artikel vermeldt Alaska met maar liefst 42 jaarlijkse doden per 100.000 jeugdigen.

Wat is de verklaring? Het artikel denkt dat dat komt door een slechtere toegang tot zorg. Ik zou eerder denken dat het komt, door de cultuur. De landelijke gebieden in Amerika zijn Trump-country. De bevooroordeeldheid ligt daar torenhoog. Een staat als Alaska is ultra-rechts.

Wat het artikel zeer de moeite waard maakt, is de volgende constatering.

'Nine out of ten children who died by suicide had some contact with the health-care system in their final year of life.'

Het artikel concludeert daar uit:

'Doctors' offices are important, too. [...] If paediatric practices were better prepared and incentivised to address behavioural problems, this could make a huge difference ...'

Maar als je het logisch bekijkt, is het verband natuurlijk andersom. Kennelijk pakt het contact met het gezondheidssysteem vrijwel altijd volledig verkeerd uit. Daarna plegen de patiënten inderdaad zelfmoord. Kennelijk zijn hulpverleners heel effectief in het op weg helpen naar de zelf veroorzaakte dood.

Natuurlijk kun je een wolf uiteindelijk leren schapen niet dood te bijten, maar die juist te hoeden. Je moet je alleen wel afvragen, hoe lang de mens daarover gedaan heeft. Op dezelfde manier zou je hulpverleners dus zo moeten kunnen omvormen, dat ze patiënten niet langer de dood inpraten, maar juist het tegenovergestelde gaan doen. Alleen hoeveel generaties hebben we daarvoor nog nodig?


 

 





Geen opmerkingen:

Een reactie posten